Op het strand van Arromanches in Normandië is stilgestaan bij de landing van de Prinses Irene Brigade in 1944. Onder de aanwezigen zijn vertegenwoordigers van het kabinet, de Franse regering en de krijgsmacht. Ook het laatste nog levende lid van de Prinses Irene Brigade, Max Wolff is erbij.
Het is deze donderdag precies tachtig jaar geleden dat de invasie van Normandië, beter bekend als D-day begon. De Prinses Irene Brigade was daar nog niet bij, maar kwam op 8 augustus aan in Arromanches. De brigade vocht met de geallieerde troepen mee in Normandië, en later ook in België en Nederland. De invasie was het begin van de bevrijding van westelijk Europa.
Demissionair minister-president Mark Rutte sprak in Arromanches over Rudi Hemmes, de in 2022 overleden veteraan van de Prinses Irene Brigade. Hij had „volledig gelijk” toen hij zei dat in de eerste twee maanden na de invasie in Normandië de Amerikanen, Britten en Canadezen al het zware werk verzetten, aldus Rutte. „En toch, zoals elke militaire strateeg weet, hangt het succes van iedere grote operatie af van talloze kleinere operaties. Het hangt ervan af of alle raderen in de machine op precies het juiste moment draaien.” Daarin speelden Nederlandse militairen volgens de premier ook een rol.
Demissionair minister van Defensie Kajsa Ollongren merkte op dat er inmiddels „een volledig mensenleven” is verstreken sinds D-day. „De plicht om te herdenken en de verantwoordelijkheid om vrede en vrijheid te bewaren rust op nieuwe schouders.”
Jongere generaties zijn volgens de minister verplicht om de nagedachtenis van de „heldendaden van duizenden” op de Normandische stranden te bewaken. Ze legde daarbij ook een link met de oorlog in Oekraïne, omdat ook daar de „veiligheid en toekomst van Europa” op het spel staan. „De geschiedenis heeft laten zien dat we bereid moeten zijn onze vrijheid te beschermen. Laten we, terwijl we hen die vochten op de stranden van Normandië herdenken, ook waakzaam zijn voor de waarschuwingssignalen om ons heen.”
Rutte zei eveneens dat lessen getrokken moeten worden uit de invasie van Normandië. „Want alles waar onze troepen toen voor vochten, staat in Europa weer op het spel. Nu wordt opnieuw een beroep op ons gedaan. En opnieuw moeten we samenwerken om vrede te bewerkstelligen.”