Glooiend land, bochtige wegen, Normandië doet soms aan Zuid-Engeland denken. In 1944 was het verschil levensgroot: Engeland was vrij, in Frankrijk heersten de Duitsers.
De Normandische kuststreek was bij de invasie op 6 juni 1944 voor de geallieerde soldaten vooral vijandig land, waar overal gevaar loerde. Tijdens de aanval op zee en strand waren ze onbeschermd, daarna moesten ze steile rotsen beklimmen en tal van hindernissen nemen voordat ze de Duitse verdedigers konden overmeesteren of terugdringen. De kust werd zwaar verdedigd.
In Normandië zijn er veel herinneringen aan de indrukwekkende gebeurtenissen van acht decennia geleden. Bij de landingsstranden werden gedenktekens opgericht en geven bezoekerscentra informatie. Blauwe borden sommen alle plekken in de directe omgeving op die met D-day te maken hebben. Uitgestrekte begraafplaatsen en grote aantallen musea brengen de invasie in herinnering die de bevrijding van West-Europa in gang zette. Soms is er opeens een gedenkteken langs de weg, met de Franse en de Amerikaanse of de Britse vlag erbij. Op een klein parkeerplaatsje kunnen bezoekers dan letterlijk even stilstaan bij de bittere strijd die hier gestreden werd.
Caen
De negen kanonnen van het Britse oorlogsschip HMS Rodney konden 36 kilometer overbruggen. Ze namen Caen onder vuur. Om die stad werd zwaar gevochten en op 7 juli werd ze door een aanval van 467 bommenwerpers geteisterd. Op 9 juli was Caen in geallieerde handen, 33 dagen later dan gepland. In de stad was 35 procent van de bebouwing verwoest, 2000 inwoners waren omgekomen.
In de hal van Le Mémorial, het grote museum in Caen, lopen bezoekers onder een vliegtuig door naar de kassa’s. In een duistere ruimte is de snauwstem van Adolf Hitler al van ver te horen. Het is 1 september 1939, Duitsland is Polen binnengevallen, de Führer blaft het volk zijn oorlogsretoriek toe. Opgezweepte onderdanen schreeuwen zich de kelen schor.
Een eindje verderop klinkt Churchills stem. Hij straalde richting zijn Britse onderdanen vooral rust uit, al verzweeg hij de bittere realiteit niet.
De nazitroepen werden teruggedrongen, stukje bij beetje. Grote foto’s tonen de landingen op de Franse kust, in de vroege morgen van D-day. Vanaf landingsvaartuigen plonzen militairen het water in, onbeschermd op weg naar het strand, terwijl moorddadig vuur van de tegenpartij hen probeert weg te houden. Velen overleefden het niet.
In het museum staat een stuk muur met kogelgaten, van een van de vele verwoeste gebouwen. In een hoekje liggen brokken steen, een omgevallen stoel, een beschadigd raam; de schamele resten van een zorgvuldig opgebouwd huishouden.
Het museum besteedt ook aandacht aan de perioden voor en na de oorlog, tot aan de val van de Berlijnse Muur in 1989. Er zijn filmbeelden van de overvolle rechtszaal in Neurenberg, waar oorlogsmisdadigers werden berecht. De nazikopstukken toonden zich onverschillig; Rudolf Hess zat verveeld een boek te lezen.
Tot 5 januari is er een tijdelijke expositie over Amerika in de jaren 1919-1944, de tijd waarin de militairen opgroeiden die later deelnamen aan de bevrijding van Europa. Er hangen in het museum ook foto’s van latere oorlogen, want het geweld vlamt steeds weer op; dan hier, dan daar.
Pegasus Bridge
Bij Bénouville staat een bruin bordje bij de rivier de Orne. In de nacht van 5 op 6 juni 1944 landden hier Britse zweefvliegtuigen. De inzittenden wisten de brug binnen enkele minuten te bereiken. Ze veroverden iets verderop ook de brug van Ranville. Hierdoor werd het voor de Duitsers onmogelijk om vanuit het oosten de tegenaanval in te zetten. Na zes dagen staakten de Duitsers hun pogingen om dit Britse bruggenhoofd te doorbreken.
Bij de brug van Ranville is nu een museum ingericht. Buiten staan legervoertuigen en een replica van een zweefvliegtuig opgesteld. En je kunt er over de brug-van-toen wandelen.
Sword Beach
De militairen bij Ranville en Bénouville kregen hulp van commando’s die enkele kilometers verderop vanaf zee bij Hermanville en Colleville waren geland. Daar, bij Sword Beach, is nu een bunker geïntegreerd in een complex van vier drive-inwoningen. „Onze vrijheid had deze prijs”, staat op een monument waarop slachtoffers zijn afgebeeld.
Weids is de zee. Hoe zou je de kust ongezien kunnen naderen? De Britten leden flinke verliezen tijdens hun landing. Ook 177 Fransen deden mee; ze wilden hun vaderland graag bevrijden.
De aanvallers veroverden Duitse verdedigingswerken, maar konden daarna slechts langzaam oprukken. Ze wisten de parachutisten bij de bruggen van Bénouville en Ranville te bereiken, maar de stad Caen, een belangrijk doelwit, bleef nog meer dan een maand in Duitse handen.
Juno Beach
De Canadese vlag klappert in de wind. Op zuilen staan lange rijen namen van soldaten die zich hier hebben ingezet voor de bevrijding van het Europese vasteland. Op initiatief van veteranen en hun familieleden is hier op 6 juni 2003 een museum geopend dat de inzet van de ruim 14.000 Canadese militairen belicht. Het waren allemaal vrijwilligers. Ze kwamen in juni 1944 via het strand Frankrijk binnen of werden als parachutist neergelaten. Onder de 21.500 mannen die op Juno Beach landden, waren ook 8000 Britten.
Eind augustus was het aantal Canadezen die deelnamen aan de bevrijding van West-Europa al opgelopen tot 90.000. Ook de inzet van burgers op het thuisfront krijgt aandacht in de expositie, evenals de inzet van andere landen. Jonge Canadezen geven rondleidingen over het strand en door de tunnels die naar een Duitse commandopost leidden.
Het museumgebouw heeft de vorm van het essenblad uit de Canadese vlag. De vijf ruimten rond de centrale hal zijn naar de landingsstranden genoemd: Juno, Sword, Gold, Omaha en Utah. In een kamer die de vorm van een landingsvaartuig heeft, krijgen bezoekers eerst vijftien minuten lang heftige filmbeelden te zien. Wie alle tekst op de muren wil lezen, kan hier uren doorbrengen.
Buiten heerst rust. Op een kanon is een plaquette aangebracht: „Ter gedachtenis aan alle Canadese kanonniers die vanaf deze plaats op 6 juni 1944 begonnen te vechten om Frankrijk te bevrijden, en om onze gevallenen te eren die alles opofferden voor vrijheid.” Van de slachtoffers viel 50 procent in het eerste uur van de aanval.
Ondanks de tegenstand, de Duitse versterkingen en de obstakels slaagden de bevrijders er binnen enkele uren in het strand achter zich te laten. Een oorlogsverslaggever beschreef de strijd: „Vechtend in de duinen bestormden de Canadezen stellingen van het zware geschut. Zij renden zigzag voorwaarts door loopgraven en een netwerk van prikkeldraad. De hele morgen raasde de strijd op dat kleine stukje kust. Courseuilles, Bernières en St. Aubin werden na bittere strijd veroverd. Tanks en infanterie vochten zich een weg landinwaarts, oprukkend door dorpen, velden en bosjes die verdedigd werden door vastberaden Duitsers. Voordat de nacht inviel, was een bruggenhoofd gevormd.”
Op 14 juni keerde generaal De Gaulle, de latere Franse president, hier terug in zijn land. Op die plek staat nu een gedenkteken.