Dodenherdenking verloopt rustig op de Dam, twee minuten stilte zijn écht stil
Op de Dam in Amsterdam hangt zaterdag een gespannen sfeer. Gooien pro-Palestina-activisten roet in het eten? Het valt mee: Dodenherdenking verloopt relatief rustig. De twee minuten na 20.00 zijn daadwerkelijk stil.
De Dam staat zaterdag eind van de middag blauw van de politie. Een heli circelt rondjes. Een drone hangt in de lucht. Bezoekers die Dodenherdenking fysiek willen meemaken, komen niet zomaar het terrein op. Ze moeten eerst een entreebewijs overleggen. Een agente stuurt een paar mensen weg die geen ticket van ingang Rokin hebben.
Agenten fouilleren iedereen die het terrein op wil komen. Ze controleren tassen en nemen een zakmes in beslag. Vooraf was aangekondigd dat tassen niet groter dan een A4’tje mochten zijn. Ook zijn paraplu’s niet toegestaan. Vervelend, want ’s avonds valt er regen.
De extra maatregelen zijn niet voor niets. Het conflict in de Gazastrook werpt een schaduw over dodenherdenking. Pro-Palestina-activisten kondigden vooraf aan amok te maken. „Het is onze taak om 4 mei te verstoren”, verklaarde de salafistische TikTok-prediker Broeder Rahide Nesseem. „Elk jaar, keer op keer.” Mensen die stil blijven, horen volgens hem bij Israël en de zionisten. Wie daarentegen de boel ontwricht, geeft volgens de extremist blijk van steun aan de Palestijnen.
Rapper Appa (41) –zijn echte naam is Rachid El Ghazaoui– uitte zich in vergelijkbare bewoordingen. „Er is geen perfecter moment om de kreten van de genocide in Gaza luider te laten horen dan op 4 mei tijdens de dodenherdenking”, dreigde hij op een sociale media-account van Free Palestine NL. Eerder noemde hij de Holocaust een leugen. Appa krijgt geen kans de daad bij het woord te voegen, want zaterdagochtend houdt de politie hem aan. Pas laat op de avond komt hij weer op vrije voeten.
Schaamte
Tijdens de dodenherdenking op de Dam zijn volgens een schatting van het comité zo’n 4000 mensen aanwezig. Een vrouw vraagt zich hardop af waar de overige tickets zijn gebleven, want alle 10.000 beschikbare tickets waren op dinsdag al vergeven.
Onder het publiek bevindt zich Beate Mönch (61) uit Amsterdam. Met haar man is ze voor het eerst fysiek bij de plechtigheid. Mönch komt van oorsprong uit Duitsland; haar ouders hebben de Tweede Wereldoorlog als kind nog meegemaakt. Haar Duitse komaf vindt ze op dit soort momenten moeilijk, vertelt ze. „Ik voel een soort collectieve schaamte. Dat had ik ook toen ik in Westerbork was, waar de namen van de omgekomenen werden voorgelezen.”
Mounis Asdihi (35) uit Leiden vindt het belangrijk stil te staan bij de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en hun nakomelingen. „Laten we elkaar helpen, elkaar steunen.” Hij vindt het „respectloos” als mensen de dodenherdenking gebruiken om hun punt te maken. Hij betwijfelt of iedereen in het publiek goede bedoelingen heeft. „Er zitten altijd een paar rotte appels tussen.” Na de ceremonie gaat hij naar een nachtclub, waar hij beveiliger is.
Marry Otten uit Zeist vindt het zaak dat mensen zich realiseren dat we in vrijheid leven. Vrijheid betekent volgens de vrouw, die aangesloten is bij een PKN-gemeente, „dat we onze mening kunnen ventileren zonder bang te hoeven zijn om opgepakt te worden”.
Otten schrok van de hoeveelheid politie die op de been was. Ook zag ze tot haar verbazing twee of drie Palestijnse vlaggen in de buurt van de Dam hangen. Ze hoopt dat pro-Palestina-activisten zich inhouden. „Protesteren is prima, maar dan op een andere dag.”
„Protesteren is prima, maar dan op een andere dag” - Marry Otten, bezoeker uit Zeist
Wilhelmus
Het valt mee. Als een trompettiste iets voor 20.00 uur de Taptoe blaast en het geluid wegsterft, blijft het twee minuten stil. Alleen het gekraai van een jong kind en het gedrup van de regen zijn te horen.
Wel zijn er een paar kleine incidenten. Zo houdt de politie drie mensen aan die aandacht vroegen voor de politieke situatie in Oeganda. Een 53-jarige man uit Amstelveen wilde tijdens de twee minuten stilte een spandoek ontvouwen. Het drietal wordt zaterdagavond laat weer vrijgelaten.
Na het stiltemoment zet een militair orkest het Wilhelmus in. Veel hoogwaardigheidsbekleders die bij het Nationaal Monument zitten, zingen mee. Het publiek blijft echter grotendeels stil. Zijn mensen het aloude volkslied vergeten? Of durft niemand in te zetten?
Daarna vindt de kranslegging plaats. Een krans wordt gelegd ter nagedachtenis aan mensen die vermoord werden omdat ze in verzet kwamen. Een andere krans is voor de burgers die kort na de Tweede Wereldoorlog door de Japanse bezetter zijn omgekomen. Een derde herinnert aan de meer dan 100.000 Joden, Roma en Sinti die werden vermoord in concentratiekampen.
Antisemitisme
Femke Halsema, burgemeester van Amsterdam, vertelt in haar toespraak over Virrie Cohen, een verpleegster in de crèche tegenover de Hollandse Schouwburg. Tijdens de Tweede Wereldoorlog redde ze het leven van honderden Joodse kinderen. Toch ging de verpleegster niet prat op haar succes. Haar greep vooral het feit aan dat het merendeel van de Joodse kinderen níét gered werd. Tot haar dood heeft ze daarover verdriet gehad. „Wij zijn de erfgenamen van een zwaarbevochten vrede. Laten wij die erfenis –onze open samenleving– beschermen. Door op te staan tegen antisemitisme, tegen elke vorm van haat en discriminatie. Door onze grondrechten te koesteren, net als de vrije pers en onze democratie.”
„Laten we onze open samenleving beschermen door op te staan tegen antisemitisme” - Femke Halsema, burgemeester van Amsterdam
Jos Coumans, voorzitter van het Nationaal Comité 4 en 5 mei, wijst erop dat er wereldwijd nog steeds gewapende conflicten gaande zijn waarbij onschuldige slachtoffers vallen, zoals in het oosten van Europa.
Rond half negen zijn de kransen gelegd en komt er een einde aan de ceremonie. Een deel van het publiek blijft nog even staan, omdat mensen zich kunnen aansluiten bij het defilé. De meeste mensen keren echter huiswaarts. Politieagenten ogen ontspannen, ze lachen en wensen vertrekkende bezoekers nog een fijne avond. Ze zijn vast opgelucht dat alles goed is verlopen.