Een drankrijder botst in 2011 met zijn auto op Jetty van der Werf (64) uit Den Haag. Nog altijd tobt ze met de gevolgen van het ongeval.
„Ik ben door een diep dal gegaan”, verzucht Van der Werf. De moeder van twee kinderen is bestuurslid van de Vereniging Verkeersslachtoffers.
Van der Werf fietst op een septemberavond na haar dienst in de thuiszorg terug naar haar woning in Den Haag. Een automobilist met te veel drank op negeert rood licht en rijdt haar aan. „Ik heb een heel grote fout gemaakt, mevrouw”, zei hij even later. „Mijn fiets lag in de prak. Ik voelde geen pijn. Later zou blijken dat ik mijn middenvoetsbeentje gebroken had en dat een gewrichtje in mijn voet was beschadigd. Ik rook een enorme dranklucht. Dat maakte me woest.” Als Van der Werf en omstanders de politie inschakelen, slaat de man te voet op de vlucht. De politie weet hem even later in de kraag te grijpen.
De rechter veroordeelt de drankrijder tot een werkstraf van 180 uur en trekt zijn rijbewijs een half jaar in. „Hij bleek al eerder te zijn veroordeeld voor rijden onder invloed. Tijdens de rechtszaak, anderhalf jaar na het ongeval, wilde de man excuses aanbieden. Ik zei: Ik zit al anderhalf jaar in de ellende, ik accepteer je excuses niet, omdat je er te laat mee bent. Hij vond het allemaal verschrikkelijk, maar hij klonk voor mij niet gemeend.”
Het ongeval gooit het leven van Van der Werf overhoop. „Ik heb twaalf jaar grotere afstanden, bijvoorbeeld bij dagjes uit, op krukken gelopen. Vorig jaar zomer ging ik voor het eerst zonder krukken op vakantie. Ik draag nu een brace om mijn voet, dat werkt goed.”
Vanwege haar verwondingen, die maar moeizaam genezen, raakt ze haar baan in de thuiszorg kwijt, vertelt Van der Werf. „Het UWV verklaarde me een jaar na het ongeval ondanks voortdurende klachten volledig arbeidsgeschikt. Ik moest weer 20 uur werken, net zo veel als vóór het incident.”
Maar dat breekt haar op. „Ik raakte telkens overbelast, kreeg rugklachten en voelde stevige pijn in mijn been. Dan lag ik weer een paar weken plat. Gevolg was dat tijdelijke contracten niet werden verlengd en ik op zoek moest naar een andere werkgever.”
Van der Werfs inkomsten gaan omlaag. Omdat haar man tijdens de financiële crisis medio 2009 al werkloos was geraakt, komt het gezin krap bij kas te zitten. „We hebben onze auto de deur uit moeten doen. Vroeger waren we globetrotters, maar na het ongeval konden we jarenlang niet op vakantie.” Van der Werf werkt nu zo’n tien uur per week in de thuiszorg. „Ik doe dat werk met hart en ziel. Maar meer dan die tien uur zit er niet in. Ik heb mijn rust nodig.”
De strijd met de verzekeraar van de drankrijder voor een schadevergoeding ging Van der Werf niet in de koude kleren zitten. „We hadden discussie over de oorzaak van mijn voetklachten. Werden die echt veroorzaakt door het ongeval? De verzekeraar van de tegenpartij beweerde dat de klachten wel eens door mijn lange werken in de zorg zouden kunnen zijn veroorzaakt. Uiteindelijk kreeg ik een acceptabele letselschadevergoeding. Dat gaf ons gezin veel rust.”