Seksuele misdaden Hamas „moesten zo bruut en sadistisch mogelijk gebeuren”
Als hulpverlener documenteerde ze nauwkeurig de huiveringwekkende seksuele misdrijven die Hamasterroristen op 7 oktober pleegden. Als vrouw en moeder probeert Orit Sulitzeanu er los van te komen. „Het is te erg om over te dromen.”
„Hoe het met me gaat? Dat vind ik sinds de aanslagen van 7 oktober een lastige vraag”, vertelt Sulitzeanu telefonisch vanuit Jeruzalem. „Het is aan de ene kant nog altijd niet te bevatten wat er op die zwarte zaterdag is gebeurd. Tegelijkertijd worden we volop met de gevolgen geconfronteerd, dus we kunnen er met geen mogelijkheid omheen.”
Dat geldt al helemaal voor Sulitzeanu. De Israëlische is directeur van de Association of Rape Crisis Centers in Israel (ARCCI), een organisatie die zich inzet voor hulp aan slachtoffers van verkrachting en ander seksueel geweld. In februari publiceerde ARCCI een rapport over de wandaden die Hamas op 7 oktober vorig jaar pleegde.
Dat er een uitgebreide documentatie zou komen, was niet vanzelfsprekend, legt Sulitzeanu uit. „Direct na de aanslagen waren er al berichten over seksueel geweld door Hamasleden. Maar als Israëliërs hadden we ons al nooit kunnen voorstellen dat terroristen in zo groten getale onze huizen zouden binnendringen, laat staan dat ze zich aan verkrachtingen zouden schuldig maken. We waren daarom heel voorzichtig om op geruchten af te gaan.”
De geruchtenstroom zwol echter gestaag aan. „We begonnen steeds meer serieuze informatie binnen te krijgen, die we vervolgens systematisch hebben gedocumenteerd. Het besef groeide dat we hier serieus onderzoek naar moesten doen, want dit kan de mensheid niet accepteren. Vervolgens kwamen ook de Verenigde Naties met een rapport, dus dat sterkte ons in de mening om onze eigen bevindingen openbaar te maken.”
Hoe kwam u aan de informatie?
„In de eerste plaats uit beschikbare openbare bronnen. Maar ook van getuigenissen van hulpverleners die als eerste ter plaatse waren na de gebeurtenissen van 7 oktober. Verder hebben we zelf interviews gehouden met getuigen die zich vrijwillig meldden. We zijn niet zelf achter overlevenden aan gegaan; dat vonden we nog veel te vroeg. Mensen kunnen overigens altijd bij ons informatiecentrum terecht.”
Welk beeld rees uit al die informatie op?
„Het allerbelangrijkste was dat ons duidelijk is geworden dat er een plan achter het gebruik van seksueel geweld zat. Er was geen sprake van sporadische incidenten. Uit alle verhalen komen dezelfde praktijken naar voren, wat bewijst dat alles gepland was en zo bruut en sadistisch mogelijk moest gebeuren. Ik zal niet in detail treden. Maar er is verschil tussen ‘alleen maar’ verkrachting en seksueel misbruik dat met gruwelijke genitale verminking gepaard gaat. Afgesneden borsten, spijkers in geslachtsdelen – en dat allemaal huiveringwekkend systematisch. Denk je dan eens in dat onze soldaten –sommigen niet ouder dan 19 jaar– met dat soort verhalen en beelden in hun hoofd de oorlog in Gaza zijn ingegaan. Ze hebben dingen gezien die ze nooit hoorden te zien.”
Hoe moeilijk was dat voor uzelf?
„Ik zit al heel lang in dit werk en ik heb al veel seksueel geweld van nabij meegemaakt. Maar wat op 7 oktober is gebeurd, tart elke verbeelding. Ik moet bij dit alles vaak aan mijn moeder terugdenken. Zij overleefde Auschwitz en was altijd bang als wij als kind de deur uit gingen. Als tiener vond ik dat heel irritant. Maar nu voel ik iets van haar zorg van destijds richting de vrouwen die dit op 7 oktober is overkomen.”
Wie helpt u om dit alles te verwerken?
„Ik ben redelijk veerkrachtig, denk ik. Ik stort me op mijn werk en probeer zoveel mogelijk anderen te helpen. Af en toe voelt het alsof ik los van de werkelijkheid ben. Het is te erg en te groot om over te dromen. Dat doe ik dus ook niet. Mijn kinderen willen er niets over horen. Ze kunnen nog steeds niet geloven dat dit is gebeurd.”
En nu?
„Er zal nog veel informatie loskomen, ben ik bang. Juridisch zal het moeilijk zijn om uit te zoeken wie wat heeft gedaan. Maar ik hoop dat ons rapport ertoe bijdraagt dat het leiderschap van Hamas de prijs voor deze gruweldaden zal betalen. Dit kan niet zomaar voorbijgaan.”
Wat betekenen deze verhalen voor het lot van de gijzelaars die nog vastzitten in de Gazastrook?
„Als ik de verhalen hoor van degenen die het overleefd hebben, dan durf ik nauwelijks te denken aan wat de gijzelaars nog moeten doormaken – als ze tenminste nog leven. Het is voor een vrouw al vreselijk om te worden verkracht. Maar dat zoiets door een terrorist gebeurt, maakt het nog veel afschuwelijker. Ze zijn op brute wijze ontmenselijkt. Het ergste is nog dat veel overlevenden zijn ondergedoken en nauwelijks om hulp durven vragen omdat ze zich schamen voor wat er is gebeurd.”
„Het bewijst dat alles gepland was en zo bruut en sadistisch mogelijk moest gebeuren” - Orit Sulitzeanu, directeur Association of Rape Crisis Centers in Israel