Met de naamswijziging onderstreept de van oorsprong gereformeerde vrijgemaakte vakbond zijn christelijke identiteit, vertelde directeur Pieter Cnossen woensdagmiddag tijdens een persbijeenkomst in Harderwijk. „Hoop is bij uitstek een christelijk thema”, licht hij toe. „Dat woord komt vaak in de Bijbel voor.”

Cnossen merkt dat vakbonden bij steeds meer mensen kampen met een negatief imago. Veel mensen denken dan meteen aan harde onderhandelingen en keiharde tegenstellingen tussen werkgever en werknemer, zegt hij. „Wij benadrukken juist dat het in het belang is van zowel de werkgever als de werknemer wanneer de werkomstandigheden goed zijn. Daarom kunnen beide partijen lid worden van onze vakbond.”

Loopbaancoach

Relatief weinig dertigers en veertigers zijn lid van een vakbond, terwijl zij hier juist baat bij zouden kunnen hebben, stelt Cnossen. „Ze hebben vaak een jong gezin en een drukke baan. Welke keuzes maak je dan? Wij willen ze hierin van handvatten voorzien. Bijvoorbeeld door een gesprek met een loopbaancoach aan te bieden of de hulp van een vakbondsjurist die meekijkt in het arbeidscontract.”

CGMV de Hoopvolle Vakbond wil de voordelen van het vakbondlidsmaatschap nadrukkelijker onder de aandacht brengen, onder meer door bijeenkomsten door het land te organiseren. Zo ziet Cnossen dat veel mensen een rechtsbijstandverzekering hebben, waarvan de kosten vaak variëren van 30 tot 50 euro per maand. Dat is overbodig als ze lid zijn van een vakbond, stelt hij. „Onze juristen helpen de werknemer op dezelfde manier bij problemen op het werk. De vakbondscontributie valt een aantal tientjes lager uit en als lid kun je daarbij gebruikmaken van nog meer diensten die wij aanbieden.”

Cnossen wil daarnaast maatwerk bij stichtingen gaan aanbieden. Hij heeft jarenlang in de non-profitsector gewerkt, dus hij weet hoe daar de hazen lopen. „Daar werken bevlogen mensen, maar het ontbreekt nogal eens aan kennis op het gebied van personeelszaken. Je ziet vaak dat een directeur zich bezighoudt met het opstellen van arbeidscontracten, terwijl daar zijn expertise niet ligt. En dat is maar één voorbeeld van de technisch-juridische vraagstukken waar stichtingen zich doorheen moeten zien te worstelen. Ik zou graag met ze om tafel gaan zitten om er een gestroomlijnde organisaties van te maken.”

Staken

Waarin onderscheidt zijn vakbond zich van de Reformatorisch Maatschappelijke Unie (RMU)? Cnossen ziet in de eerste plaats overeenkomsten. Zo kunnen ook bij de RMU zowel werkgevers als werknemers lid worden. Daarnaast zijn beide bonden niet zo happig op staken, maar de CGMV de hoopvolle vakbond hanteert dat uitgangspunt niet zo principieel als de RMU. Daarin zit een verschil. Cnossen: „Soms moet je op de pauzeknop kunnen drukken als de meningen te ver uiteenlopen. Daarom houden wij de deur op een kier als het om staken gaat.”

Momenteel telt CGMV de hoopvolle vakbond 5500 leden. De vakorganisatie heeft nog voldoende vlees op de botten, stelt Cnossen, maar hij hoopt wel op nieuwe aanwas. Hij mikt voor 2025 op enkele honderden nieuwe leden. „Dat zou een mooi begin zijn. Vroeger werden mensen uit onze kerkelijke achterban standaard lid van onze vakbond. Daarom hebben we nooit geleerd om ons verhaal actief voor het voetlicht te brengen. Nu we ons meer in de kijker gaan spelen, hebben we er vertrouwen in dat meer mensen ons gaan vinden.”

„Vakbondlidmaatschap biedt meer voordelen dan een rechtsbijstandverzekering” - Pieter Cnossen, directeur CGMV de hoopvolle vakbond