Als je puberdochter plotseling vertelt een jongen te willen zijn
„Onzin, je bent gewoon een meisje.” De woorden zijn eruit voor je er erg in hebt. Duizend gedachten schieten door je hoofd als je puberdochter meldt een jongen te zijn. Dit had je niet zien aankomen. Hoe kun je dan toch wijs reageren?
Sommige kinderen hebben van jongs af moeite met hun lichaam. Ze zijn geboren als jongen, maar voelen zich meisje. Of andersom. Dat merk je als ouders. Er is dan sprake van genderdysforie. Bij de meesten verdwijnt het onbehagen vanzelf bij het opgroeien. Anderen krijgen pas in de puberteit moeite met hun geslacht, min of meer plotseling. In zo’n situatie kan de boodschap bij ouders als een donderslag bij heldere hemel komen.
Wat doe je als je puber onverwachts aangeeft trans te zijn? „Luister vooral”, reageert kinderpsychiater Stella O’Malley. „Als ouder voel je je wellicht overrompeld door de mededeling. Dan is het verstandig om niet te veel te zeggen. Besef dat je kind, net als jij, vol emotie zit. De situatie kan dan snel uit de hand lopen.”
Deze adviezen komen van een expert in gendervraagstukken, want dat is de Ierse O’Malley. Haar werk als psychotherapeut overtuigde haar er nog meer van dat jongeren bij hun genderproblemen het beste geholpen zijn met een niet-medische benadering. In haar praktijk begeleidt ze tieners en jongvolwassenen met genderdysforie, samen met hun ouders. Ook buiten Ierland is O’Malley een erkende stem rond dit thema. Behalve dat ze publicaties en podcasts hierover uitbrengt, richtte ze drie jaar geleden Genspect op, een internationale organisatie die op basis van wetenschappelijke gegevens pleit voor een „gezonde benadering van geslacht en gender”. Onlangs publiceerde ze met twee coauteurs een gids voor ouders van wie een kind aangeeft transgender te zijn.
Wat O’Malley vaak ziet gebeuren is dat een kind of jongere tijdens een eerste gesprek veel meer weet dan zijn ouders. „Sommigen hebben maanden- of zelfs jarenlang online intensief het onderwerp transgender verkend. Ze krijgen daar allerlei ideeën en termen aangereikt. Hierdoor is er in zo’n eerste gesprek vaak sprake van een ongelijke situatie.”
Ouders moeten zich niet laten opjagen
De kinderpsychiater gunt ouders en kind een goede start rond dit moeilijke thema. De eerste momenten niet te veel zeggen, is dus haar advies, maar open vragen stellen: Sinds wanneer zit je hiermee, hoe zie je dit en waarom denk je dat?
Naast luisteren en verhelderingsvragen stellen, raadt de Ierse genderexpert ouders aan hun kind in deze fase om tijd te vragen. „Die hebben ze hard nodig om zich in het onderwerp te verdiepen en zich een mening te vormen over iets waar hun kind al veel verder in is.”
Na luisteren en vragen om geduld is de volgende stap voor ouders om zich in het onderwerp in te lezen, zegt O’Malley. „Het is belangrijk dat ze zich grondig verdiepen in wat transgender is en wat een transitie inhoudt. Als ouder moet je weten wat het gedachtegoed is waar je kind vol van is en wat de consequenties ervan zijn. Het is niet liefdevol of gezond om je alleen op de positieve of alleen op de negatieve kanten te richten. Het is bekend dat de hersenen van een tiener nog niet volledig zijn gevormd. Ook daarom verdient hij goede leiding.”
De psychotherapeut adviseert om in deze fase elk concreet verzoek te parkeren. „Zolang ouders geen expert zijn, is het beter om niet op wensen van het kind in te gaan, instemmend noch afwijzend. Tijd is in dit stadium voor ouders een belangrijk element. Ze hebben deze nodig om te kunnen lezen en luisteren en zo het onderwerp van alle kanten te bestuderen. Ouders zouden zich daarbij niet moeten laten opjagen, ook al kan de urgentie bij het kind erg ongemakkelijk zijn.”
Probeer met de tiener mee te leven zonder al te emotioneel te worden, en gezaghebbend maar niet autoritair
Als ouders eenmaal over voldoende kennis beschikken, is de volgende stap om te bepalen hoe ze hun kind kunnen ondersteunen, zegt O’Malley. „Opvoeders gaan vervolgens met hun kind om tafel zitten en vertellen dat ze zich hebben ingelezen en welke begeleiding ze op dit moment kunnen bieden. Niet als een dictaat, maar meer als een leidraad voor hoe het gezin de komende maanden zal functioneren, met over een paar maanden een evaluatie om te zien hoe het gaat.”
O’Malley vindt het erg belangrijk dat ouders naast hun kind staan in plaats van tegenover hem. En dat het kind hun liefde ervaart, ook al wordt het niet blij van hun keuzes. „Probeer met de tiener mee te leven zonder al te emotioneel te worden, en gezaghebbend maar niet autoritair. Omdat elke beslissing verstrekkende gevolgen kan hebben, heeft een kind geen toegeeflijke of ondoordachte begeleiding nodig, maar eerder voorzichtige, zorgvuldige en meelevende sturing. Een ouder die zich zo opstelt, stelt uiteindelijk nooit teleur, maar geeft juist steun en maakt een kind voor elke mogelijke optie ontvankelijk.”
Ouders zijn gericht op de lange termijn, terwijl kinderen vaak aan kortetermijngeluk denken
Troosten
Ouders vinden het vaak zwaar dat ze de emotionele pijn van hun kind niet kunnen oplossen. Toch kunnen ze van grote betekenis zijn, zegt O’Malley. „Ze kunnen troosten, met hun kind praten en soms ook meebewegen. Dit laatste betekent niet dat ouders altijd moeten toegeven aan de verlangens van het kind. Soms komen conflicten voor en vindt het kind dat x moet gebeuren terwijl de ouder denkt dat y beter is. De rol van de ouders is om hun kind zo veel mogelijk te beschermen. Ouders zijn gericht op de lange termijn, terwijl kinderen vaak aan kortetermijngeluk denken.”
O’Malley wijst erop dat wetenschappelijke bewijzen rond de medische behandeling van kinderen met genderdysforie ontbreken. „Het toedienen van puberteitsremmers is experimenteel, omdat niet bekend is of een medische transitie het welbevinden op de lange termijn verbetert. Er zijn steeds meer aanwijzingen dat dit niet het geval is. Reden waarom Zweden, Finland, Noorwegen, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk het voorschrijven van puberteitsremmers aan kinderen terugdraaiden.”
Een kind heeft hoe dan ook baat bij het leren omgaan met tegenslag en verdriet, ook als sprake mocht zijn van chronische genderdysforie, zegt O’Malley. „Welke keus het ook maakt. Een medische transitie is ongelooflijk moeilijk en legt een zware last op het lichaam. Ouders spelen dan een belangrijke rol, maar ook gesprekstherapie of andere coaching kan helpen. De vaardigheid om met problemen om te gaan is een geschenk voor het leven.”