Christelijke studenten geven zich niet gauw bloot over geloof
Ja, ik heb mijn mond gehouden toen ik moest spreken. Alle negen studenten geven het toe in de documentaire “Self-Censored”. Het christelijk geloof is belangrijk voor hen. Maar erover praten met andersdenkenden ligt gevoelig.
De negen studenten zitten op universiteiten in zeven Europese landen. De groep is een weekend bij elkaar in de Oostenrijkse hoofdstad Wenen. Daar zetelt ook het Observatorium voor Intolerantie en Discriminatie tegen Christenen (OIDAC). Vorige week werd de documentaire daar gepresenteerd.
De camera volgt de studenten op hun wandeling door Wenen, tijdens sport in het park en bij het Bijbellezen in de stilte van hun kamer. De film bevat zowel afzonderlijke interviews als gezamenlijke gesprekken. De taal van de documentaire is Engels.
Allemaal hebben ze een verschillende achtergrond; protestanten en rooms-katholieken uit verschillende landen. Maar in de gesprekken groeit zoveel herkenning dat de Oostenrijkse Markus ineens uitroept: „Het geloof is zo belangrijk voor ons, maar toch komen we er zo moeilijk voor uit.” De anderen knikken. „Over geloofszaken spreek ik alleen met mensen die ik echt ken”, vult de Amerikaanse Danny aan.
Ze hebben daar ook hun redenen voor. Yusuf komt uit het noorden van Nigeria. Hij was daar gewend af en toe een Bijbeltekst te posten op Facebook. Toen hij zich voorbereidde op zijn studie in Hongarije, proefde hij dat het in Europa de voorkeur heeft dat je je geloof voor jezelf houdt. Sinds hij daar zit, aarzelt hij met het posten van teksten.
Mafe was in haar groep in Spanje de enige die zich tegen abortus uitsprak. Dat leverde haar zelfs doodsbedreigingen op. Een maand lang moest ze onder politiebegeleiding naar huis.
Op de universiteit in Schotland maakte de Noord-Ierse Mary hetzelfde mee. De universiteit werkte het verbreiden van prolifeopvattingen zelfs actief tegen.
De studenten hebben veel te vertellen. Af en toe onderbreekt de commentaarstem hen. Zoals met een toelichting over de vrijheid van meningsuiting en de uitgelezen taak die universiteiten daarin hebben.
Vreemd genoeg blijkt echter uit onderzoek dat juist op universiteiten de zelfcensuur bloeit. Docenten geven ruimhartig uiting aan hun atheïsme. „Het christelijk geloof wordt als achterhaald neergezet en belachelijk gemaakt”, zei Markus vorige week tijdens de (Duitstalige) podiumdiscussie bij de presentatie. „Volgens mij wordt vergeten dat er zonder de kerk geen universiteiten zouden zijn geweest.”
De kracht van deze documentaire zit in de herkenning. De achtergrond van deze studenten is uiterst divers. Je kunt hun schuchterheid dus niet wijten aan een ingetogen subcultuur. Allemaal herkennen ze dit: wat het dierbaarst is voor je, is ook het kwetsbaarst en houd je dus het makkelijkst voor jezelf.
Is er geen oplossing? Toch wel. Bij de presentatie reikte Markus de sleutel aan. „Jezus is de Weg, de Waarheid en het Leven. Laten we de vreugde daarvan uitstralen op de uni.”
buza@rd.nl