De grootste kas van de Hortus Botanicus Amsterdam gaat vanaf maandag langer dan een jaar dicht voor een verbouwing. De zogeheten Drieklimatenkas, die in 1993 is gebouwd, moet vernieuwd en verduurzaamd worden. De rest van de Hortus blijft geopend voor publiek.
In de kas zijn drie klimaten nagebootst: woestijn, tropisch en subtropisch. De kas krijgt isolerende daken, dubbelglas en er komen slimme, energiezuinige klimaatsystemen. De meeste planten worden tijdelijk ondergebracht in een kas in België. De woestijnplanten verhuizen niet, maar worden ingepakt om de verbouwing te overleven.
Na de renovatie moet de klimatenkas volledig gasloos verwarmd worden. Sinds 2017 bespaart de Hortus al flink op gas samen met het naastgelegen H’ART Museum. Een Warmte Koude Opslag (WKO) verwarmt de kassen van de Hortus met overtollige warmte van het museum. Tegelijkertijd stuurt de Hortus kou terug, waarmee kunstwerken van het museum worden gekoeld. Volgens de Hortus leverde dat de afgelopen jaren al een besparing van gasverbruik op van bijna 90 procent.
„Wij denken dat dat een voorbeeld is voor iedereen. Want als een tropische kas in hartje Amsterdam van het gas af kan, dan zou iedereen dat toch moeten kunnen”, zegt directeur Carlien Blok.
Naast over verduurzaming kunnen bezoekers straks meer over biodiversiteit leren, bijvoorbeeld via audio- en videofragmenten. Ook worden de planten anders ingedeeld. De tropische planten verhuizen naar de huidige subtropische kas, en er komt een plek voor een Kaapse plantencollectie. Dat moet „de eerste en meteen meest uitgebreide Zuid-Afrikaanse plantencollectie van Nederland” worden.
Behalve planten leven er ook gifkikkers in de Drieklimatenkas. In maart, wanneer de kikkers actief worden, worden die gevangen en losgelaten in andere kassen van de Hortus. „Daar kunnen ze een jaartje logeren, tot ze kunnen terugkeren in de vernieuwde kas.” De nieuwe kas gaat open in juni 2025, tijdens de viering van 750 jaar Amsterdam.