Overheid hield zich te lang doof voor alarmbel netbeheerders
Het stroomnet is overvol terwijl de energietransitie juist op stoom komt. Een fikse vertraging van de klimaatdoelen lijkt onvermijdelijk.
De overheid wil naar een uitstootvrije samenleving in 2050. Dat betekent bijvoorbeeld dat de cv-ketel plaats moet maken voor de warmtepomp, de auto met een verbrandingsmotor voor een vehikel met een elektromotor accu en nieuwe woonwijken niet meer op het het gas worden aangesloten. Kortom, elektriciteit is hard nodig om afscheid te nemen van fossiele brandstoffen.
De vraag naar elektriciteit stijgt al jaren omdat veel huishoudens en bedrijven aan het verduurzamen zijn. Het aanbod van energie is niet zozeer het probleem, maar wel om haar op de juiste plek te krijgen. Hier speelt het elektriciteitsnet een allesbepalende rol.
Zie het stroomnet als een wegennet. Het hoogspanningsnet is de snelweg die energie transporteert vanaf de plek waar elektriciteit wordt opgewekt, zoals een windpark of kerncentrale. Het laagspanningsnet zijn de wegen binnen de bebouwde kom die het mogelijk maken dat de stroom in huizen en bedrijven terechtkomt. Hiertussen zit nog het middenspanningsnet: de provinciale wegen van de energie-infrastructuur.
Overtollige energie die in Zeeland wordt opgewekt, kan via het hoogspanningsnet worden getransporteerd naar een andere provincie of regio. Maar net zoals er files ontstaan als er te veel auto’s over elkaar verdringen op een snelweg, zo ontstaat er ook een knelpunt in het stroomnet als er te veel stroom door een kabel gaat.
Het aanleggen van een extra rijbaan zorgt doorgaans voor een daling van het aantal files. Door het hoogspanningsnet uit te breiden, krijgt de doorstroom van energie evenzo een impuls. Tennet, de landelijke beheerder van het hoogspanningsnet, kan dit doen door extra hoogspanningslijn aan te leggen.
Huishoudens
Het kabinet meldde vorige maand een lening van 25 miljard euro aan Tennet te willen verstrekken zodat het staatsbedrijf de komende jaren de benodigde investeringen in het net kan doen. Oftewel: de snelweg zal worden uitgebreid. Dat is hard nodig, want volgens TenneT zal het totale elektriciteitsverbruik in Nederland in 2030 met minstens 20 procent zijn gestegen. In 2050 rekent het staatsbedrijf zelfs op een verdubbeling.
Ook regionale netbeheerders, die de hoogspanningsstroom van TenneT geschikt maken voor het laagspanningsnet, trekken al jaren aan de bel. De ondergrondse kabels die de aangesloten woningen en bedrijven van stroom voorzien, hebben door de vele nieuwe aansluitingen van de laatste jaren hun bovengrens qua capaciteit bereikt. Ook hier ontstaan dus files. De drie grote regionale netbeheerders – Enexis, Liander en Stedin – lieten vorig jaar al weten de komende jaren miljarden euro’s uit te zullen trekken om het laagspanningsnet te verzwaren.
Vertraging
Zowel het Rijk als de netbeheerders zijn bereid om de geldbeurs te trekken, daar ligt het zeker niet aan. Maar ook al gaat het om astronomische bedragen, de klimaatambities dreigen hoe dan ook flinke vertraging op te lopen. Zo duurt het al gauw tien jaar voordat een nieuwe hoogspanningslijn in gebruik kan worden genomen.
Daar komt ook nog eens bij dat het grootste gedeelte van de energietransitie nog moet plaatsvinden. Zo maakt het overgrote deel van de industrie nog de omslag maken van fossiele naar duurzame energie. Kortom, de vraag naar elektriciteit zal alleen maar toenemen.
Hadden de problemen op het stroomnet niet in een vroeger stadium kunnen zien aankomen? Het eerste aanspreekpunt zijn normaal gesproken de netbeheerders. Die moeten bij het uitstippelen van de langetermijnplannen signaleren waar zich problemen in het net kunnen gaan aandienen.
Die aanpak heeft altijd gefunctioneerd. De netbeheerders kregen echter met een nieuwe situatie te maken toen de overheid de snelheid van de energietransitie opvoerde na het ondertekenen van het Klimaatakkoord in 2019. Hierdoor steeg de stroomvraag sneller dan een aantal jaren eerder kon worden ingeschat.
Spitsuren
Toen de netbeheerders begonnen in te zien dat ze dit tempo niet zouden kunnen bijbenen, trokken ze meerdere keren aan de bel in Den Haag. Daar kregen ze aanvankelijk echter nauwelijks gehoor. Klimaatminister Rob Jetten erkent dat zijn ministerie, door een gemis aan deskundigen, te laat de urgentie van het probleem doorhad. De bewindsman heeft aan dit kennishiaat gewerkt door experts bij zijn ministerie in dienst te nemen.
Nu neemt Jetten nadrukkelijker het heft in handen. Vorige week presenteerde hij een aantal maatregelen aan de Tweede Kamer om de drukte op het stroomnet te verminderen, waaronder een heffing voor bedrijven als ze energie tijdens ‘spitsuren’ gebruiken.
Vanwege de problemen op het net lijkt een fikse vertraging van de klimaatdoelen een onvermijdelijk scenario. Hoeveel langer het zal gaan duren, is afhankelijk van hoe doortastend Jetten optreedt. Nog meer zal het afhangen van de vraag welke ministersploeg op het bordes naast de koning staat als het nieuwe kabinet straks aantreedt.