Economie(online) winkelen

Heeft de winkelstraat toekomst?

Het aantal winkels in Nederland daalt bijna elk jaar. Zal die trend zich voortzetten en kopen we onze spullen in de toekomst vooral bij webshops?

17 January 2024 17:08Gewijzigd op 17 January 2024 21:11
Leegstaand pand in Waalwijk. de gemeente krijgt subsidie om de winkelstraten op te knappen. beeld ANP, Rob Engelaar
Leegstaand pand in Waalwijk. de gemeente krijgt subsidie om de winkelstraten op te knappen. beeld ANP, Rob Engelaar

De cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) liegen er niet om. In 2010 waren er nog 96.000 winkels; inmiddels zijn er minder dan 82.000. Een daling van bijna 15 procent over de afgelopen dertien jaar.

Niet de hele detailhandel had het moeilijk. Supermarkten deden het over het algemeen juist goed. In de afgelopen tien jaar zijn er meer dan 500 bijgekomen. Grootgrutters als Albert Heijn en Jumbo openden een flink aantal nieuwe vestigingen, maar meestal niet in het centrum van een plaats. Daar profiteerden de winkelstraten dus niet of nauwelijks van.

Veel van de daar wel gevestigde bedrijven kregen in 2023 flinke klappen. Een aantal bekende ketens ging ten onder, zoals BCC, Vero Moda, Big Bazar en, in de afgelopen maand, Perry Sport. Ook veel kleinere ondernemers hebben het de laatste tijd niet gered. Volgens cijfers van het CBS wierpen in het afgelopen jaar meer dan 220 detaillisten noodgedwongen de handdoek in de ring.

Duizenden andere winkeliers hebben het eveneens moeilijk. In veel gevallen daalde hun afzet vorig jaar. Concreet: ze verkochten beduidend minder spullen. Hun omzet bleef wel redelijk op peil, maar dat komt doordat de prijzen in 2023 fors zijn gestegen. De opbrengst daarvan hebben ze echter moeten uitgeven aan de eigen inkopen en aan hogere lonen en huren. Hun winstgevendheid staat daardoor onder druk.

Schulden

Daarbij komt dat heel wat ondernemers in de detailhandel in coronatijd steun van de overheid hebben ontvangen. Vaak moet die nu worden terugbetaald. Ook hebben ze soms schulden bij de belastingdienst.

Winkeliers hebben het dus over het algemeen zwaar. Een groot aantal van hen overweegt daarom serieus om te stoppen. INretail, de branchevereniging van de non-foodwinkeliers, spreekt over 40 procent.

20020850.JPG

Dat heeft ook te maken met de toekomstverwachtingen. Het ziet er niet naar uit dat de consument op korte termijn meer gaat besteden in de winkelstraat. Nederland verkeert in een recessie, al is het een milde. Veel consumenten houden de hand op de knip.

En als ze hun geld wel laten rollen, doen ze dat in een groot aantal gevallen bij webshops. Weliswaar is de groei in die sector afgenomen, maar het marktaandeel van de internetwinkels stijgt nog steeds.

Allemaal zaken die de vrees aanwakkeren dat de gemiddelde winkelstraat steeds onaantrekkelijker zal worden. En als dat gebeurt, leidt het ongetwijfeld tot een negatieve spiraal. Minder aantrekkingskracht zorgt voor minder kopers, waardoor er nog meer detaillisten verdwijnen.

Is het dan alleen kommer en kwel als het gaat om de detailhandel? Nog steeds geven consumenten meer geld uit in fysieke winkels dan via webshops. En voorlopig lijkt dat zo te blijven. Kennelijk voorziet de winkelstraat voor veel mensen nog altijd in een behoefte.

Deskundigen voorspellen wel een verdere afname van het fysieke shoppen, maar geloven niet dat we onze inkopen ooit allemaal vanuit onze luie stoel gaan doen.

Een aantal consumenten mijdt de fysieke winkels inmiddels wel en mist ze niet of nauwelijks. Velen zullen shoppen echter blijven zien als een sociaal gebeuren en er niet over peinzen om hun aankopen louter via hun laptop of telefoon doen.

Tenminste: als de winkelgebieden aantrekkelijk voor hen blijven. Dat is voor veel mensen een belangrijke voorwaarde om ze te blijven bezoeken. Winkelen gaat steeds vaker een uitje worden. Het kopen van artikelen wordt gecombineerd met andere activiteiten, zoals lekker eten.

Daardoor verandert de winkelstraat. Tot eind 2022 waren er bijvoorbeeld meer kledingzaken dan horecagelegenheden in de stedelijke centra gevestigd. Nu hebben die twee bedrijfstakken daar stuivertje gewisseld.

De nadruk zal steeds meer op beleving komen te liggen. Behalve aan restaurants en andere eetgelegenheden biedt dat kansen aan ketens die hun klanten een gevoel van ontspanning en plezier geven, en aan lokale specialisten: winkeliers die een begrip zijn in hun stad of dorp.

Leegstand

Als ondernemers erin slagen om zich aan te passen aan de veranderende wensen van de consument, hebben ze bestaansrecht. Dat geldt eveneens voor de straten waarin hun bedrijven gevestigd zijn. Ook die moeten aantrekkelijk blijven, en dat lukt over het algemeen heel aardig.

Begin 2023 was de leegstand in de winkelgebieden in vergelijking tot de jaren ervoor opvallend laag. In het afgelopen jaar is hij weliswaar wat toegenomen, maar het lukt gemeenten in veel gevallen om hun centra aantrekkelijk te houden, door panden om te bouwen tot woningen of kantoren.

In de nabije toekomst zullen er minder fysieke winkels zijn. Op sommige plaatsen verdwijnen ze, om niet meer terug te komen. Maar levendige straten met aantrekkelijke bedrijven zullen ook in de komende jaren aantrekkingskracht blijven uitoefenen op heel veel mensen. Ze gaan de concurrentiestrijd met de webshops overleven.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer