Precies 500 jaar geleden brak de Zwitserse reformator Huldrych Zwingli met de Rooms-Katholieke Kerk. In de Grossmünster van Zürich wordt aandacht besteed aan de bekende hervormer, die in het koor van zijn kerk gestaag werkte aan een belangrijk project: het vertalen van de Bijbel in de taal van het volk.
In het centrum van Zürich is het op deze zonnige donderdag erg druk. Toeristen vergapen zich aan het schitterende blauwe water van de rivier de Limmat, die dwars door de stad stroomt en uitmondt in de Zürichsee. Op de Münsterbrücke worden trouwfoto’s gemaakt. Aan de ene kant van de brug staat de Fraumünster, aan de andere kant de Grossmünster.
In deze laatste kerk preekte Zwingli en schreef hij in het koor aan zijn Bijbelvertaling. Aan de muur van het bedehuis prijkt een groot beeld van Heinrich Büllinger, de Zwitserse reformator die na Zwingli predikant was van de kerk. Maar van Zwingli zelf is er aan de buitenkant van de kerk niets te zien, afgezien van een kleine beeltenis van een prekende Zwingli op de bronzen toegangsdeur.
Preekstoel
In het kerkgebouw is het dringen geblazen. Een groep Japanse toeristen baant zich al filmend een weg tussen de banken door. Een van de groepsleden wordt dringend verzocht om niet in het godshuis te bellen, maar buiten. Het koor van de kerk oogt wat verlaten. Links ervoor hangt de preekstoel aan een pilaar. In de tijd van Zwingli stond die in het midden, met daarachter een leeg koor.
Toen Zwingli op 1 januari 1519 in Zürich bevestigd werd, begon hij met preken uit Mattheüs 1, waarmee hij het preekrooster van de Rooms-Katholieke Kerk links liet liggen. Hij bepreekte het Nieuwe Testament chronologisch, wat ook wel een ”doorgaande lezing” (lectio continua) wordt genoemd.
In Zürich verwijderde Zwingli zich steeds verder van de Rooms-Katholieke Kerk. In 1520 wilde hij geen inkomen van de paus meer ontvangen. Vanaf 1522 begon Zwingli met het reformeren van de kerk in Zürich. In datzelfde jaar maakte hij bezwaar tegen het verplicht vasten, waar hij een boekje over schreef: ”Vom Erkiesen und Fryheit der Spysen”. Ook trouwde hij, toen nog in het geheim, met weduwe Anna Reinhard. In het jaar 1523, nu precies 500 jaar geleden, brak Zwingli officieel met de Rooms-Katholieke Kerk.
Vertaling
Zwingli vond dat alle christenen de Bijbel in hun eigen taal moesten kunnen lezen. Het is dan ook niet verbazingwekkend dat de reformator zelf aan de slag ging met het vertalen van de Bijbel. Vanaf 1526 tot 1531 werkte hij aan deze vertaling, in het koor van de Grossmünster.
De vertaling vond zijn oorsprong in de zogenoemde ”Prophezei”-bijeenkomsten die de reformator hield in het koor van de kerk. Elke werkdag waren daar Bijbellezingen. Eerst werd een gedeelte uit het Oude Testament in het Latijn gelezen, daarna in het Hebreeuws, gevolgd door een uitleg. Daarna vond er een gesprek plaats tussen de aanwezigen over de betekenis van het gelezene. Vervolgens werd de nieuwe tekst die als vertaling kon dienen vastgesteld. Een aanwezige predikant hield over deze net vertaalde tekst een meditatie, voorafgegaan door een kort gebed van de Zwitserse reformator: „God, wij hebben ons best gedaan om U niet in de weg te lopen met te haastig te menen te weten wat U wilt zeggen. Nu is het aan U. Spreek ons nu zelf aan, zodat ons leven verandert.”
Brood des levens
Via een smalle trap in een van de twee torens is de bovenverdieping van de kerk te bereiken. De bezoeker treedt zo letterlijk in de voetsporen van Zwingli. Op de bovenverdieping liggen in vitrines belangrijke brieven en boeken: Zwingli’s beroemde 67 stellingen, de akten van de godsdienstgesprekken die de hervormer in Zürich voerde en de vertaling van het Nieuwe Testament van Erasmus.
Het pronkstuk ligt in een aparte vitrine: de Froschauerbijbel, genoemd naar de drukker –en vriend– van Zwingli: Christoph Froschauer. Het resultaat van het zwoegen van de reformator ligt eeuwen later op een tiental meters van de plek waar het is ontstaan. De Bijbel ligt opengeslagen bij Jeremia 41. De doorlopende tekst, zonder versnummers, is na enig oefenen best te lezen.
Beneden in de kerk is een herdruk van de Bijbel te koop, in de taal van het volk, zoals Zwingli dat graag wilde. Twee Oekraïense mannen bladeren er doorheen. Op de kaft woorden van Jezus uit het Johannesevangelie: „Ich bin das brot des läbens.”