Op de Middellandse Zee kapseist een overvolle boot met vluchtelingen en migranten. Tientallen opvarenden belanden in het water. Ineens duikt tussen de hoge golven het reddingsschip Aurora op. Medewerkers van Sea-Watch reiken de drenkelingen de helpende hand.
Al vele jaren is de Duitse organisatie Sea-Watch actief in het Middellandse Zeegebied. Sinds 2018 heeft ze haar uitvalsbasis op Lampedusa. Het Zuid-Italiaanse eiland ligt op zo’n 110 kilometer afstand van de kust van Tunesië, een van de landen waarvandaan jaarlijks duizenden vluchtelingen Europa proberen te bereiken.
Op deze zonnige najaarsdag ligt de Aurora, het Search- en Rescue-schip van Sea-Watch, in de haven van het eiland, omringd door onder meer plezierjachten. ”I love Lampedusa” staat er verderop met grote letters op een muur. In een ander –niet toegankelijk– deel van de haven liggen vier schepen van de Italiaanse kustwacht langs de kade.
Hendrik Simon (47) uit Bremen loopt via een steiger naar de Aurora en stapt aan boord. Op het dek springt een voorraad van 250 reddingsvesten voor kinderen en volwassenen in het oog. Simon vertelt dat het schip maximaal 72 gasten, zoals Sea-Watch de vluchtelingen en migranten noemt, kan herbergen. De Aurora beschikt bovendien over een vlot waarop nog eens zestig drenkelingen in veiligheid kunnen worden gebracht.Achter de stoel van de kapitein is een kleine ziekenboeg ingericht. Simon, die aan boord een coördinerende functie heeft, toont zijn vaste plek aan de andere kant van de stuurhut, waar hij radio- en telefoonapparatuur binnen handbereik heeft. Manoeuvrerend door de smalle gangpaden op het schip wijst hij even later op een voorraad drinkwater en noodvoedsel, „een soort biscuit”.
Gestikt
Als een migrantenboot op de Middellandse Zee in nood is, rukt de Aurora uit, met een snelheid van maximaal 18 tot 20 knopen. Tijdens de reddingswerkzaamheden maakt Simon geregeld schrijnende situaties mee. Dat begon al in 2016, toen hij nog voor een andere ngo werkte. Zijn eerste missie zal hij niet snel vergeten. Toen hij aankwam bij een boot in nood, droegen de opvarenden een meisje van een jaar of zestien aan hem en zijn collega’s over. „Ze zeiden dat ze sliep, maar we constateerden al snel dat ze was overleden, gestikt op de overvolle boot.”
Een andere keer drukte een Afrikaanse vrouw Simon direct bij aankomst een plastic tas in handen. Even later drong het tot hem door dat er een baby in zat die een of twee dagen eerder op zee was geboren. „Onvoorstelbaar dat die moeder heeft moeten bevallen op een boot, zonder toilet, te midden van alle troep aan boord. Hoe is dat mogelijk in deze wereld?” zegt Simon, die later hoorde dat het „gelukkig goed ging met moeder en kind”.
Zijn ervaringen op zee hebben veel impact op de reddingswerker. „Na mijn allereerste missie heb ik dagenlang gehuild. Als ik nu na een periode op Lampedusa terugga naar Duitsland moet ik eerst helemaal landen in een totaal andere wereld. Dan moet ik oppassen dat ik niet verkeerd reageer op vrienden die zich er druk om maken of een koffiekopje geel of groen is. Wat mij helpt om ingrijpende gebeurtenissen te verwerken, is er veel over praten, mijn verhalen delen met anderen.”
Over enkele weken neemt Sea-Watch naast de Aurora nog een reddingsschip in gebruik, de Sea-Watch 5, met een hospitaal aan boord. Dit schip kan 400 drenkelingen opvangen en zal in het centrale Middellandse Zeegebied worden ingezet, vertelt Simon. De Sea-Watch 5 vertrok op 4 oktober vanuit het Duitse Flensburg via Rotterdam naar het Spaanse Burriana. Daar hebben nu de laatste voorbereidingen plaats voordat het schip daadwerkelijk wordt ingezet.
Vliegtuigen
Op Lampedusa beschikt Sea-Watch niet alleen over een schip, maar ook over twee vliegtuigen van het type Beechcraft Baaron, zegt Felix Weiss (33). ”Veilige doorgang” staat er in het Arabisch op het T-shirt van de woordvoerder van de organisatie. Hij woont in Berlijn, maar brengt jaarlijks drie tot vier maanden in Italië door.
De vliegtuigen van Sea-Watch stijgen geregeld op voor een acht of negen uur durende vlucht boven de Middellandse Zee. Als de crew ziet dat een boot in nood is, seint hij ngo’s die in de regio actief zijn in. Dan rukt de Aurora of een reddingsschip van een andere hulporganisatie uit.
Vluchtelingen maken vanuit Afrika hoofdzakelijk gebruik van drie routes, schetst Weiss. De Tunesië-corridor wordt momenteel het meest gebruikt. Vanaf onder meer de Tunesische kustplaats Sfax zetten grote en kleinere migrantenboten koers richting Lampedusa. Andere routes voeren van West- of Oost-Libië richting Europa.
De mate waarin routes in gebruik zijn, hangt mede af van weersomstandigheden en de politieke situatie. „In Tunesië gaat het momenteel ronduit slecht. Het land lijdt onder meer onder een economische crisis. Zo’n 25 tot 30 procent van de jongeren is werkloos. Afrikanen die naar Tunesië gingen, vonden daar eerder vaak wel een baan, maar nu niet meer. Daarom reizen ze veelal direct door naar Europa.”
In de West-Libische regio is de kustwacht de laatste tijd behoorlijk actief, signaleert Weiss. „Frontex voert daar strenge controles uit en mensen die de Middellandse Zee willen oversteken, krijgen geregeld te maken met pushbacks. Dat leidt ertoe dat vluchtelingen nu vaker vanuit Tunesië vertrekken, waar de kustwacht boten makkelijker doorlaat. Ik denk dat het land daarmee druk wil uitoefenen op de EU, omdat het een deel van het geld dat is toegezegd bij de Tunesiëdeal nog niet heeft ontvangen.”
Vanuit de lucht registreert Sea-Watch geregeld acties van de kustwacht. Zo liet ze op 29 september weten dat de Libische kustwacht een boot in nood „ramde”, waardoor er ongeveer vijftig mensen in het water vielen (zie ”Ceder: Optreden Libische kustwacht schokkend”). „We weten niet of en hoeveel mensen het leven hebben verloren.” Overlevenden die aan boord van een Libisch patrouilleschip zijn gekomen, werden „illegaal teruggesleept naar Libië”, stelde Sea-Watch.
Tegenwerking
De medewerkers van organisatie, die met vrijwilligers uit tal van Europese landen werkt, zeggen zich bij hun reddingswerkzaamheden geregeld gehinderd te voelen door de autoriteiten. Zo kreeg de Aurora recent na een reddingsoperatie geen toestemming om naar Lampedusa terug te keren. Weiss: „We moesten naar Sicilië, wat meer dan een etmaal langer varen is. Zo’n extra lange tocht geeft meer stress bij de bemanning en gasten.”
Ook mag een reddingsschip slechts drenkelingen aan boord nemen van één gekapseisde boot. „Het is voorgekomen dat we al mensen aan boord hadden, toen we een tweede boot tegenkwamen die in problemen was. We voelden ons verplicht ook die mensen te redden. Daarna kregen we een uitvaartverbod van twintig dagen. Als het een tweede keer zou gebeuren, mogen we drie maanden niet uitvaren en na een derde keer is het einde verhaal.”
Weiss kent de geluiden van critici die stellen dat organisaties zoals Sea-Watch het stimuleren dat vluchtelingen en migranten illegaal de Middellandse Zee oversteken omdat reddingsboten klaarstaan als het misgaat. Hij noemt deze kritiek „nonsens” en stelt dat mensen hoe dan ook proberen Europa te bereiken. „De overheid zoekt een vijand en dat zijn meestal de ngo’s. Door ons in ons werk te hinderen, wil de Italiaanse overheid aan de buitenwereld laten zien dat ze iets doet om migranten tegen te houden.”
Bemanningslid Simon zegt de „tegenwerking” van autoriteiten het moeilijkste te vinden in zijn werk voor Sea-Watch. „Maar we laten ons niet tegenhouden en intimideren. Ik ben ervan overtuigd dat we doen wat we moeten doen.”