Een boodschap voor de buren
Ieder jaar wordt op de vierde zaterdag van september de Burendag gehouden. De traditionele dag –ditmaal op 23 september– is bedoeld om extra naar de buurt om te zien, om wat goeds voor de buren te doen. Hoe doet de kerk dat? Drie kleine reportages op drie locaties. „Een goede buur doet ertoe.”
Aan het einde van de IJsselmondselaan in Rotterdam-Kralingseveer, vlak bij de Nieuwe Maas, staat de Laankerk. Aan de gevel hangt de tekst ”Open kerk – Hartelijk welkom voor: stilte-rust-bezinning”.
Diaken Hans van Kooten laat eerst de nieuwe aanbouw achter de Laankerk zien, drie zalen plus een keukentje. „Deze komt ons goed van pas bij de activiteiten die we ontplooien voor de buurt.”
In de consistoriekamer zijn metershoge foto’s te zien van de Laankerk in vroeger dagen. Aan een knaapje hangt de toga van ds. F. van Binsbergen, voorganger van deze hersteld hervormde gemeente.
Gemeentelid Elise van Dalfsen schuift ook aan. Vier jaar geleden is ze met haar man en kinderen bewust in Kralingseveer komen wonen. „We waren al betrokken bij het evangelisatiewerk in de wijk en vonden het lastig om een relatie op te bouwen als je niet in de wijk woont. We kregen toen het verlangen om hier te gaan wonen. Maar een huis vinden bleek niet zo eenvoudig. Totdat God ons een huis gaf. Toen ging alles vanzelf.”
Kralingseveer is een dorp op zichzelf, zegt Van Dalfsen. „Het hoort bij Rotterdam, ligt dicht bij Capelle aan den IJssel, maar het is echt een gemeenschap op zichzelf. Hier wonen veel ouderen die er ook geboren zijn. Inmiddels woont er ook veel import, waardoor de ouderen zeggen: „De buurt gaat achteruit.””
Jonge gemeente
Sinds 2007 is de hersteld hervormde gemeente eigenaar van de Laankerk. Van Kooten: „We hebben geïnvesteerd in de toegankelijkheid van ons gemeenteleven. We willen laagdrempelig zijn en gastvrij. De gemiddelde leeftijd van onze gemeenteleden ligt op 29 jaar. Dit is een jonge gemeente.”
Een kerk moet er ook zijn voor de buurt, zegt Van Kooten. „Je maakt daar deel van uit en daar moet je ook wat voor doen. Je moet erin investeren, contact maken, relaties opbouwen. Dat moet je niet doen met de Bijbel onder de arm, want dit is Rotterdam. Daar zouden Rotterdammers wel raad mee weten.”
De Laankerk organiseert verschillende activiteiten voor de buurt. Om de twee maanden is er op zondagmiddag een lunch voor de wijk. Vier keer per jaar worden de buurtbewoners uitgenodigd voor de warme maaltijd. Daar komen dertig tot veertig mensen op af. Van Kooten: „We bidden en danken en lezen in de Bijbel. We zingen dan ook graag met elkaar, bijvoorbeeld ”Mag ik jou tot zegen zijn, naast je lopen op de reis”. Nee, dat vindt niemand raar. De mensen verwachten niet anders, want wij zijn van de kerk.”
Van Dalfsen: „Maar je moet niet direct gaan evangeliseren. Toch krijg je wel mooie gesprekken. Pas sprak ik een oude mevrouw die vertelde dat ze in deze kerk was gedoopt. Ik vroeg haar: „Buurvrouw, mist u dat nu niet, iets van het geloof?” Toen zei ze: „Eigenlijk wel, want wat jullie hebben, dat heb ik niet.”
Van Kooten: „Met Kerst en Pasen brengen we alle ouderen in de buurt een aardigheidje. Op Koningsdag bezorgen we op bestelling een ontbijtje, in december brengen we oliebollen rond.”
Vanwaar al die aandacht voor de buren? Van Dalfsen: „Dat doen we uit liefde voor de Heere Jezus. Als je zelf genade mag kennen, wil je aan anderen Zijn beeld vertonen.”
Van Kooten: „Kralingseveer is geen succesvolle buurt. Maar wij hebben er een boodschap voor, een woord van hoop.”