Aanpak wereldwijde honger vereist politieke wil en bewustwording
Terwijl de ogen van de wereld gericht zijn op acute rampen, oorlogen en dreigende conflicten, waart een sluipmoordenaar rond die al decennialang zijn miljoenen verslaat. In 2022 leden naar schatting 780 miljoen mensen aan chronische ondervoeding – en dat aantal groeit alleen maar.
De Wereldvoedselorganisatie van de Verenigde Naties vraagt dezer dagen tijdens een topconferentie in Rome aandacht voor dit nijpende probleem. Deelnemers uit maar liefst 160 landen –onder wie 22 staatshoofden en regeringsleiders– proberen nieuwe strategieën te bedenken om de strijd tegen honger een positieve wending te geven.
Ondanks die gesprekken op hoog politiek en ambtelijk niveau in de Italiaanse hoofdstad, lijkt het uitbannen van ondervoeding vooralsnog een uitzichtloos gevecht. Tussen 2019 en afgelopen jaar kwamen er wereldwijd zo’n 122 miljoen hongerlijders bij. Die toename staat in schril contrast met de doelstelling van de FAO om in 2030 een wereld zonder voedseltekorten te bereiken.
Aan analyses van de oorzaken ontbreekt het niet. Volgens FAO-directeur-generaal Qu Dongyu wordt er voldoende geproduceerd, maar is de mondiale verdeling van het voedsel inefficiënt en ongelijkmatig. Terwijl in veel derdewereldlanden oogsten mislukken of zaaien onmogelijk is door gewapende conflicten of natuurrampen, verdwijnen in rijke landen tonnen aan etenswaren linea recta in de afvalbak. Tegelijkertijd kampen in diezelfde landen miljoenen mensen met overgewicht.
Ook andere oorzaken komen in Rome ruimschoots aan bod, zoals kwetsbaarheid van kleine boeren in arme landen en onvoldoende toegang tot de voedselmarkt. En zoals gebruikelijk staat klimaatverandering hoog op de agenda.
Plannen en oproepen tot actie zijn er in de Italiaanse hoofdstad ook volop. Meer investeringen, urgente klimaatactie, betere verdeling en meer van dat soort nobele voornemens.
Maar één aspect klinkt nauwelijks door: de dringende oproep tot ombuiging van politieke wil en vergroting van de bewustwording in rijke landen. Want daar draait het ten diepste om bij de aanpak van het wereldwijde voedseltekort. Natuurlijk met de kanttekening dat er grenzen zijn aan de maakbaarheid. En alle goede initiatieven van hulporganisaties niet te na gesproken.
Maar zolang de Verenigde Staten en Europa miljarden kunnen besteden aan militaire hulp voor Oekraïne –mede ter bescherming van hun eigen veiligheid– zou er op zijn minst een even grote inspanning moeten worden geleverd om honger in de wereld uit te bannen.
En zolang wij zonder schaamte massaal voedsel in de afvalbak gooien, zullen alle ambities die nu in Rome worden uitgesproken grotendeels loze kreten blijven.
Intussen zal het aantal hongerlijders dit jaar vermoedelijk richting de 800 miljoen gaan.