Wandelen in de voetsporen van missionaris Bonifatius kan vanaf donderdag met de gids ”Van Dorestad naar Dokkum”.
De Engelse missionaris Bonifatius zette in 716 voet aan wal in Dorestad, nabij het huidige Wijk bij Duurstede, om in de Lage Landen het christelijke geloof te verbreiden. Achtendertig jaar later werd hij bij Dokkum vermoord. Tussen Wijk bij Duurstede en Dokkum is nu een 340 kilometer lange wandelroute uitgezet.
De langeafstandswandeling, verdeeld over 22 etappes, is een idee van Museum Dorestad in Wijk bij Duurstede. Historisch geograaf Kees Volkers uit Houten werkte het verder uit. ”Van Dorestad naar Dokkum” is zijn achttiende wandelgids.
Almere
Het Dorestad-Dokkumpad begint in Wijk bij Duurstede. De route eindigt in Dokkum bij de Sint-Bonifatiuskerk en de Grote of Martinuskerk. „Van Bonifatius weten we relatief weinig, dus ook niet welk traject hij naar Dokkum aflegde”, licht Volkers toe. „Bekend is in elk geval dat hij veel tussen Utrecht en Dorestad reisde.”
In Breukelen zou Bonifatius in 720 een houten kerk hebben gesticht. „Vandaar moet hij over de Vecht verder zijn gegaan naar Muiden. We weten dat hij via het Almere, een binnenzee, het latere IJsselmeer, naar Friesland is gevaren, maar niet waar hij precies aan land is gegaan”, zegt Volkers. Het Dorestad-Dokkumpad voert langs Lelystad, door de Noordoostpolder, de Weerribben en de Friese Wouden naar Dokkum.
Mythevorming
Volkers heeft gekozen voor een historische invalshoek. „Uitgangspunt is vooral de tijd van Bonifatius: de vroege middeleeuwen ten tijde van de kerstening van de Friezen. Daarnaast is er veel aandacht voor het land van Bonifatius. Hoe zag dat er toen uit en wie woonden er? Met heiligenverering heb ik niks, dus wilde ik ook geen wandelpad uitzetten dat daaraan zou bijdragen. Dat ik niet religieus ben, heeft daar niets mee te maken. Calvijn had ook een hekel aan de verering van heiligen.”
Het onderwerp boeide de historicus in Volkers zeker. „Het intrigeerde mij dat we maar weinig historische gegevens over de vroege middeleeuwen en Bonifatius hebben, terwijl er wel veel mythevorming is.” Zo zijn er vanuit de overlevering twee verhalen over het ontstaan van de Bonifatiusbron in Dokkum. Bonifatius zou met zijn staf op de grond hebben getikt of een paard zou zijn weggezakt in de grond. Voor Volkers is de verklaring voor de bron simpel. „Grondwater van het hoger gelegen keileemplateau komt op poreuze plaatsen aan de oppervlakte. In feite is het kwelwater.”
Modern
Het Dorestad-Dokkumpad is volgens de samensteller geen klassieke pelgrimsroute. „Het is een modern pelgrimspad. Dokkum is weliswaar nog altijd een rooms-katholiek pelgrimsoord, sinds de achtste eeuw gewijd aan Bonifatius, maar de meeste wandelaars zullen de route niet uit religieuze overwegingen gaan lopen.”
„De traditionele pelgrim ondernam een pelgrimstocht om boete te doen of om verlossing of genezing te vinden”, aldus Volkers. „De moderne pelgrim wil gewoon wandelen. Die loopt voor zijn plezier, ter ontspanning, om nieuwe indrukken op te doen en om te genieten van de omgeving. Als die al ergens naar op zoek is, is het naar zichzelf. Voor klassieke pelgrimsroutes als de Camino de Santiago, naar Santiago de Compostella, geldt dat trouwens ook steeds meer, zo leren hedendaagse pelgrimsverhalen.”
Van Dorestad naar Dokkum – in de voetsporen van Bonifatius, Kees Volkers; uitg. Gegarandeerd Onregelmatig, Velp; 176 blz.; €18,95