„Kabinet weet wantrouwen boeren niet weg te nemen”
Het landbouwakkoord is van de baan. Landbouworganisatie LTO vindt dat het kabinet boeren te veel dwingende maatregelen oplegt en hen geen perspectief biedt op een goed verdienmodel. Herstel van vertrouwen bij boeren blijft daardoor uit.
LTO-voorzitter Sjaak van der Tak stapte dinsdagavond uit het overleg. Dat besluit is definitief, zegt hij woensdagochtend, kort voordat hij de andere deelnemers aan de hoofdtafel gaat bijpraten. „We stoppen ermee.”
Teleurgesteld is hij. Een week geleden, na een urenlange sessie met zes bewindslieden, repte Van der Tak nog van „cruciale stappen” die het kabinet in de richting van de boeren zou hebben gedaan. Een akkoord leek binnen handbereik. Wel vroeg hij het kabinet om de afspraken eerst op papier te zetten.
„Acht punten hadden we aangedragen. Gisteren ontving ik één velletje, met nog niet eens een begin van een uitwerking”, zegt de boerenvoorman. Zonder harde toezeggingen is het akkoord kansloos. „Een boer heeft een robuust verdienmodel nodig. Hij kan niet leven van intenties. Maar het kabinet komt niet verder dan dat.”
Door een „opeenstapeling” van maatregelen die boeren moeten nemen voor natuur, milieu, water en klimaat gaat de kostprijs van hun producten omhoog. Van der Tak: „Daardoor komen onze boeren op achterstand bij hun Europese collega’s. Ze zouden zichzelf uit de markt prijzen. Dat kan niet de bedoeling zijn.”
Garanties
LTO wilde daarom garanties dat overheid en ook banken, supermarkten en andere ketenpartijen financieel zouden bijdragen aan de veranderingen waar de landbouw voor staat. Ook die kwamen er uiteindelijk „onvoldoende”.
Van der Tak wil zijn belangrijkste tegenspeler, landbouwminister Piet Adema, „niet afvallen”. „Hij wilde werken aan herstel van vertrouwen bij boeren. Hij heeft echt zijn best gedaan. Maar het wantrouwen in het kabinet is nog zó groot. Het landbouwakkoord zou dat niet wegnemen.”
Van der Tak werd de laatste maanden door verschillende boerenorganisaties opgeroepen om de stekker uit het overleg te trekken. Ook binnen LTO klonken die geluiden. Heeft dat een rol gespeeld bij zijn besluit? „Je kijkt altijd naar je achterban. Maar als er zicht was op een goed verdienmodel en ruimte voor boeren om zelf vanuit hun vakmanschap aan doelen te werken, hadden we door willen gaan. Het kabinet had daarvoor moeten zorgen. Wij gaan niet zomaar springen”, zegt hij, met een verwijzing naar minister Adema’s reactie dat LTO „de sprong had moeten wagen”.
Volgens Van der Tak is het zaak nu „eerst rust te creëren”. Het kabinet heeft eerder aangekondigd met eigen maatregelen te komen als het landbouwakkoord zou klappen. De LTO-voorman hoopt dat de ministers Adema en Van der Wal (Stikstof) de „goede elementen” die de afgelopen maanden aan de onderhandelingstafel zijn bereikt, niet „bij het grof vuil” gooien. „Er moet gewerkt worden aan draagvlak bij boeren.”
LTO blijft een constructieve organisatie, benadrukt hij. „In het najaar liggen weer grote onderwerpen op tafel, zoals een dierwaardige veehouderij, het gewasbeschermingsmiddelenbeleid en het achtste actieprogramma nitraat. Op het landbouwakkoord zijn we gestruikeld, maar voor die onderwerpen willen we voor het kabinet gesprekspartner blijven.”