Groen & duurzaamheidbiodiversiteit

Wordt biodiversiteit de nieuwe stikstof?

Eurocommissaris Frans Timmermans presenteerde in juni 2022 een natuurherstelwet. Met het plan wil de Europese Commissie de natuur, zowel in als buiten Natura 2000-gebieden, herstellen. Gaat ons land verder op slot?

26 April 2023 15:59Gewijzigd op 13 July 2023 13:26
beeld Ruud Morijn
beeld Ruud Morijn

Celia, de laatste Pyrenese steenbok –een soort wilde geit– werd op 6 januari 2000 dood aangetroffen in de bergen op de grens van Spanje en Frankrijk. Het grijze vrouwtje, met gebogen hoorns, lag verpletterd onder een boom. Nadat haar metgezel in 1999 doodging, was ze de laatste van haar soort.

Waarom de Pyrenese steenbok uitstierf, is niet precies bekend. Ooit leefden er tienduizenden exemplaren op het Iberisch Schiereiland en in Frankrijk. Maar sinds 1900 dreigde de soort uit te sterven. In 1993 werd een plan in gang gezet om de reeds beschermde steenbok in het leven te behouden. Te laat.

Directeur Luis Marquina van nationaal park Ordesa y Monte Perdido –waar Celia leefde– vermoedt dat verkleining van het leefgebied en te weinig voedsel het soort de das omdeed. Schapen, koeien en geiten van lokale boeren graasden de bergweiden leeg. Toen ook nog damherten en moeflons in de gebieden geïntroduceerd werden, bleef er voor de steenbok geen sprietje meer over. Niet-inheemse hoefdieren brachten bovendien allerlei ziekten mee, waar de steenbok niet tegen bestand was.

Helaas dus voor Celia en soortgenoten, maar de Pyrenese steenbok is voorgoed verdwenen. En veel diersoorten in Europa wacht eenzelfde lot. Dat blijkt uit de cijfers. Zo leven in Scandinavië minder dan 120 poolvossen, is de populatie mediterrane monniksrobben tot onder de 500 geslonken en ook de Europese nerts wordt ernstig bedreigd. Meer dan de helft van de Europese boomsoorten, zoals de paardenkastanje en de lijsterbes, dreigt uit te sterven, meldde de internationale organisatie van botanische tuinen BGCI in 2021 in een rapport.

In Nederland sloegen imkers van de Bee Foundation in april alarm. Van de 360 bijensoorten die Nederland telt, dreigt de helft op termijn uit te sterven. In Europa is ongeveer een op de tien bijen- en vlindersoorten met uitsterven bedreigd.

Biodiversiteitsverlies

Alarmerende berichten dus alom. In heel Europa is sprake van biodiversiteitsverlies. Dit verlies aan soortenrijkdom heeft verstrekkende gevolgen. Als één diersoort uitsterft, kan dit gevolgen hebben voor het welbevinden van andere. Alle levende organismen, zoals planten en dieren, zijn van elkaar afhankelijk om te overleven.

Zo kan het uitsterven van bijen, wespen en vlinders invloed hebben op onze voedselvoorziening. Zo’n 80 procent van de planten heeft bestuiving nodig om voort te telen en vrucht te dragen. Een afnemende populatie van bestuivers zorgt dus voor minder kersen, appels en peren. En dat betekent minder voedsel.

19264461.JPG
Als het aan de Europese Commissie ligt, gaat een groot deel van de Nederlandse landbouwgrond onder water. beeld iStock

Biodiversiteitsverlies komt niet door jacht of visserij, stellen wetenschappers. De hoofdoorzaak van de afname van de soortenrijkdom is habitatverlies. Veel leefgebieden van dieren en planten gaan verloren door woning- of wegenbouw, het kappen van bossen of het gebruik van pesticiden in de landbouw. Het Europese Milieuagentschap berekende in 2018 dat door menselijke activiteit 81 procent van de beschermde habitats in de Europese Unie in slechte staat is. Een derde daarvan verslechtert verder.

Dat moet afgelopen zijn, vindt Eurocommissaris Frans Timmermans. In juni presenteerde hij de Verordening inzake natuurherstel: een set maatregelen die volgens de Commissie nodig zijn „om de natuur in de Europese Unie –in beschermde gebieden en daarbuiten– weer gezond te maken”.

De Commissie verricht al jaren inspanningen om het verlies van soortenrijkdom tegen te gaan. In 2006 lanceerde de EU haar biodiversiteitsactieplan. In 2010 volgde een biodiversiteitsstrategie. Maar „de vooruitzichten zijn somber en laten zien dat de aanpak niet werkt. (…) Het verlies aan soorten gaat in alarmerend tempo door”, aldus de Commissie.

„Strengere maatregelen zijn nodig om de klimaat- en biodiversiteitsdoelstellingen te verwezenlijken”, stelt de Commissie. Nodig zijn „op herstel gerichte bindende streefdoelen en verplichtingen”, aldus het Commissievoorstel. Dat zijn via de rechter afdwingbare doelen.

Natura 2000

Met de natuurherstelwet moeten niet alleen leefgebieden van planten en dieren in beschermde Natura 2000 gebieden –de arealen waarvoor stikstofregels gelden– verbeteren. Natuurtypen in alle landbouw-, bos- en zeegebieden moeten herstellen. Zelfs de binnenstad moet groener worden, aldus het voorstel.

Daarbij geldt een verslechteringsverbod. De natuur mag niet achteruitgaan. Uitgezonderd „als er sprake is van overmacht of een project van groot openbaar belang, waarvoor geen minder schadelijke alternatieven zijn”.

De doelen voor natuurherstel van leefgebieden komen uit bestaande documenten –de Europese Green Deal en de biodiversiteitsstrategie– maar worden nu een dwingende verplichting. Tegen 2050 moet in 90 procent van alle habitats die nu in slechte staat verkeren, maatregelen worden getroffen.

Vernatting van weilanden moet ervoor zorgen dat de grutto hier weer graag komt. En door minder te maaien moet de scholekster opnieuw in het grasland gaan broeden. Het zaaien van klavers en planten van bijenbomen moet bestuiverpopulaties doen floreren. Landbouwgrond die eertijds veen was, moet tegen 2050 voor een deel weer onder water komen te staan. De stad moeten tegen 2050 voor minimaal 10 procent met boomkruinen bedekt zijn.

Iedere lidstaat moet een nationaal herstelplan indienen bij de Commissie, zo is het idee. Dat document geeft aan welke habitats in het land niet meer deugen. „De gedocumenteerde verliezen in de laatste zeventig jaar en verwachte veranderingen in milieuomstandigheden als gevolg van klimaatverandering” worden in het herstelplan aangegeven, staat in het Commissievoorstel. Vervolgens moet een regering voorstellen doen om de biodiversiteit in oude staat te herstellen.

Stikstofcrisis 2.0

De verordening natuurherstel wekt echter veel weerstand in het Europees Parlement, die haar nog moet behandelen. In het Europees Parlement zijn meer dan duizend wijzigingsvoorstellen ingediend tegen het plan. „Dit betekent een stikstofcrisis 2.0 voor Nederland”, waarschuwt Europarlements­lid voor de SGP Bert-Jan Ruissen.

Ook VVD-Europarlementariër Jan Huitema heeft grote zorgen over de verordening natuurherstel. „Nederland is dichtbevolkt en heeft al ruimtegebrek. We hebben nu grote problemen met de regels rondom stikstof en kunnen dit er niet bij hebben. Ik vrees dat als dit wet wordt, we in een moeras aan regels verzinken. Ons land gaat dan verder op slot.”

Huitema heeft vooral problemen met het feit dat natuurherstel juridisch bindend wordt. „Dan krijg je hetzelfde als nu met stikstof. Actiegroepen gaan de door de overheid aangegane verplichting voor natuurherstel afdwingen via de rechter. Dan krijgen natuurgroepen hun zin, terwijl niet alle belanghebbenden een inbreng hebben.”

Ook heeft Huitema problemen met het verslechteringsverbod dat in de verordening is opgenomen. „Dat slaat alle flexibiliteit weg. Natura 2000-gebieden mogen niet significant achteruitgaan. Maar in dit plan is opgenomen dat allerlei typen natuur zelfs niet met 0,0001 procent achteruit mogen.”

SGP’er Ruissen vindt het plan niet flexibel genoeg. „In het voorstel wordt onvoldoende rekening gehouden met of een land dun- of dichtbevolkt is. In het dichtbevolkte Nederland hebben we ook plek nodig voor woning- en landbouw. Maar deze wet maakt alles ondergeschikt aan natuurherstel.”

En daar zit zijn grootste pijnpunt. „De verordening bevat doorgeslagen ambitieuze natuurdoelen. Zo wil de Commissie boeren verplichten 10 procent van hun grond uit productie te nemen en die voor natuurherstelmaatregelen te reserveren. Of het plan om grote delen voormalige veengrond onder water te zetten. Zeker in Nederland –met hoge grondprijzen– vraag je dan een enorm offer van boeren”, aldus Ruissen. En „wie produceert straks nog ons voedsel?” vraagt de SGP’er zich in augustus af in Nieuwe Oogst, een weekblad voor boeren en tuinders.

Niet alleen Europarlementsleden, ook het kabinet is kritisch over het behalen van de doelen uit de natuurherstelwet. Het dichtbevolkte Nederland „kan niet of nauwelijks aan dit voorstel voldoen”, laat het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit weten in een reactie op de Commissieplannen.

Minister Christianne van der Wal stuurde donderdag een brief naar de Tweede Kamer waarin ze waarschuwde voor de gevolgen van het verslechteringsverbod. In een eerdere positiebepaling waarschuwde het kabinet al dat dit „gebrek aan flexibiliteit bij de voorgestelde EU-regels (…) zal bijdragen aan een verdere impasse. De verwachting van het kabinet is dat dit zal leiden tot aanvullende beperkingen voor de realisatie van projecten op het gebied van woningbouw, infrastructuur en de energietransitie.”

Vrijheid

Maar volgens een Commissiewoordvoerder ligt het aan de regering hoe ingrijpend de natuurherstelwet voor Nederland wordt. „Het Nederlandse kabinet moet een nationaal herstelplan opstellen. Daarin moet het invulling geven aan de set maatregelen die het neemt om natuur te herstellen. Zowel in als buiten Natura 2000-gebieden moeten bepaalde doelen behaald worden. Maar de weg daarnaartoe is niet dichtgetimmerd. Landen krijgen de vrijheid om daar invulling aan te geven. Als het om herstel gaat van vogelpopulaties in steden heb je de optie om groene daken aan te leggen of meer bomen te planten.”

De Commissiewoordvoerder verwacht daarom ook niet dat de natuurherstelwet even ingrijpende gevolgen heeft als de stikstofmaatregelen hebben. „Dit is van een andere orde. In beschermde Natura 2000-gebieden heeft het Nederlandse kabinet destijds besloten stikstof als maatstaf te gebruiken om de staat van de natuur te bepalen. De rechter bepaalde daarop dat er één optie is om de natuur in Natura 2000-gebieden te herstellen en dat is het verlagen van de stikstofuitstoot. Maar dit plan biedt ruimte om op meerdere manieren de natuur te herstellen.”

Voorstel

De zorgen zijn daarmee niet weg. VVD-Europarlementslid Huitema: „We moeten dit plan goed bediscussiëren, voordat we erover besluiten. Ik wil voorkomen dat we hetzelfde krijgen als met stikstof en pas achteraf beseffen wat de gevolgen zijn van de natuurherstelwet. De verordening natuurherstel gaat misschien wel de meeste impact voor landen hebben van alle natuurwetten die de Commissie tot op heden voorstelde.”

SGP-Europarlementslid Ruissen is het daarmee eens. „Er zitten dusdanige ambities in het Commissievoorstel, dat ik vrees dat de natuurherstelwet, wat impact betreft, de stikstofmaatregelen in Nederland overtreft.”

Het Europees Parlement streeft ernaar om voor de zomer een positie in te nemen. In de Europese Raad komen de ministers van Milieu van de lidstaten in juli samen om hun positie te bepalen. Als alles volgens plan verloopt, wordt een definitief akkoord tussen de Commissie, de Raad en het Europees Parlement in december verwacht.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer