Recept: rijstevla met abrikozen
Wie dat wil, kan ook in februari een toetje met verse frambozen of aardbeien op tafel zetten. Maar het past naar mijn idee beter bij de tijd van het jaar om iets te doen met gedroogd fruit.
Dat heeft met de smaak te maken, die intenser is dan die van vers fruit. Dat donkere zoete past goed bij de winter. Maar er zit ook een heel praktische drijfveer achter die voorkeur. Abrikozen en pruimen worden vanouds in de zomer gedroogd als appeltje voor de dorst – voor de karige wintermaanden. Dan horen ze dus juist nu op het menu.
Ik had zin in abrikozen en moest denken aan een in de vergetelheid geraakt recept voor pudding met vruchtensaus. Maar was het nou met griesmeel, of met amandelen? De saus bestond in ieder geval in mijn herinnering uit louter abrikozen – geweekt, gekookt en gepureerd. Nergens meer te vinden, natuurlijk, dat recept.
Op zoek naar inspiratie sloeg ik het toetjeshoofd- stuk van een oud kookboek op. Een indrukwekkend landschap aan puddingen, vla’s en compotes trok aan mijn oog voorbij. Rijstevla met abrikozen kwam het dichtst bij mijn puddingherinnering. Het recept is erg beknopt, dus ik vulde een en ander naar eigen inzicht in. De suiker in de abrikozen liet ik weg. Ik zou eerder wat suiker door de vla (of brij, afhankelijk van de dikte) roeren, maar nodig is dat niet.