Hongarije blijft dwarsliggen bij uitbreiding NAVO met Finland en Zweden
Keer op keer stelt het Hongaarse parlement een stemming over NAVO-uitbreiding met Finland en Zweden uit. Inmiddels wordt steeds duidelijker waarom Boedapest weigert te stemmen over lidmaatschap van beide landen.
Het Hongaarse parlement debatteert woensdag over het verzoek van Finland en Zweden om tot de NAVO toe te treden. De stemmingen –voor elk land afzonderlijk– zouden plaatsvinden tussen 6 en 9 maart.
Maar zaterdag meldde de stafchef van de Hongaarse premier Viktor Orbán op een persconferentie dat de stemming door Boedapest uitgesteld wordt. Volgens hem zal pas in de tweede helft van maart over NAVO-uitbreiding met Finland en Zweden gestemd worden in het parlement.
Het is niet de eerste keer dat Hongarije laat weten dat het de stemming over NAVO-uitbreiding uitstelt. Oorspronkelijk zou het Hongaarse parlement in het najaar van 2022 over de kwestie stemmen, maar dat is keer op keer uitgesteld. Eerst was het november, toen werd het januari en nu wordt de stemming elke keer een maand opgeschoven.
Finland en Zweden verzochten al in mei 2022 om samen toe te mogen treden tot de NAVO. Tot dusver hebben 28 van de 30 bondgenoten de aanvraag goedgekeurd, maar Turkije en Hongarije nog niet. Pas als alle dertig landen met toetreding van Finland en Zweden instemmen, mogen de landen lid worden. Turkije ligt nog dwars omdat Zweden volgens het land „Koerdische terroristen” zou steunen. Waarom Hongarije de stemming steeds uitstelt, bleef tot voor kort gissen. Volgens Boedapest kwam de vertraging door een overvolle parlementaire agenda.
Leugens
Maar vrijdag deed Orbán in een Hongaarse radioprogramma een boekje open. Voor het eerst uitte de premier openlijk zijn bezwaren over NAVO-lidmaatschap van Zweden en Finland. Hij beschuldigde beide Scandinavische landen van het verspreiden van „regelrechte leugens” over de gezondheid van de democratie en de rechtsstaat in Hongarije.
Volgens de Hongaarse premier zou hij in principe nog wel willen instemmen met uitbreiding van het bondgenootschap met Finland en Zweden, maar zijn sommige afgevaardigden in het parlement „niet erg enthousiast”. Parlementsleden van de regerende Fidesz-partij vinden het kwalijk dat „politici uit deze landen Hongarije de afgelopen jaren op een grove, ongegronde en vaak vulgaire manier hebben beledigd en nu vragen om een gunst”, aldus Orbán.
De voorzitter van Fidesz, Máté Kocsis, gaf vorige week aan dat binnen de fractie inmiddels een serieus discussie wordt gevoerd over toetreding van Finland en Zweden tot de NAVO. Sommige fractieleden zijn voorstander, maar anderen zijn van mening dat de toetreding van de Scandinavische landen kan leiden tot uitbreiding van de oorlog in Oekraïne naar het Europese continent.
Drukmiddel
Politiek analisten denken dat er meer achter Orbáns houding zit. Volgens hen weigert hij in te stemmen met NAVO-uitbreiding om een drukmiddel te hebben richting de EU. De Europese Commissie heeft geld uit fondsen bevroren zolang de Hongaarse rechtsstaat niet op orde is en de rechterlijke macht niet onafhankelijk fungeert. Orbán wil die miljarden euro’s graag hebben.
Nu hij toetreding van Finland en Zweden tot de NAVO weet tegen te houden, staat hij sterker in gesprekken over het vrijgeven van de miljarden euro’s die Hongarije mogelijk misloopt. Onderhandelingen over dat geld lopen in ieder geval nog tot komende zomer.
Orbán zei vrijdagochtend dat Hongarije NAVO-lidmaatschap van Finland en Zweden uiteindelijk wel zal steunen, maar dat ze „eerst een aantal serieuze discussies moeten voeren”. Volgens hem moeten de zorgen van Turkije over toetreding van Zweden gehoord worden en zouden er meer gesprekken tussen parlementaire fracties in het Hongaarse parlement nodig zijn, voordat zijn land over uitbreiding van de NAVO stemt.
Morele plicht
Uiteindelijk vindt Orbán dat Hongarije „de morele plicht heeft” om het verzoek van de Scandinavische landen in te willigen. Analisten verwachtten dan ook dat Hongarije tegen het einde van maart akkoord geeft op uitbreiding van de NAVO met Finland en Zweden.