Rellen Brazilië leggen diepe verdeeldheid bloot
Ogenschijnlijk had de bestorming van Braziliaanse overheidsgebouwen zondag te maken met onenigheid over de verkiezingsuitslag. De rellen leggen echter vooral de diepe verdeeldheid in de samenleving bloot. Daarmee vormen ze mogelijk de opmaat naar meer onrust.
De taferelen van zondag doen onwillekeurig denken aan de Capitoolrellen in Washington van 6 januari 2021. Aanhangers van oud-president Jair Bolsonaro drongen in de Braziliaanse hoofdstad Brasilia het parlementsgebouw, het hooggerechtshof en het presidentiële paleis binnen en richtten grote vernielingen aan. Pas in de avond slaagden veiligheidstroepen erin de controle over de overheidsgebouwen terug te krijgen. Er werden zeker 400 arrestaties verricht.
De Braziliaanse veiligheidsdiensten hielden al een tijdje rekening met een uitbarsting. Na de krappe verkiezingswinst van de sociaaldemocratische Luiz Inácio Lula da Silva bij de presidentsverkiezingen van oktober, zijn de spanningen tussen zijn achterban en die van oud-president Bolsonaro steeds verder opgelopen. Een deel van de aanhangers van Bolsonaro weigert zich nog altijd neer te leggen bij de verkiezingsuitslag. Zij blokkeerden de afgelopen maanden snelwegen en zorgden in veel steden voor ernstige ongeregeldheden.
Aanvankelijk bestond de vrees dat Bolsonaro-aanhangers de beëdiging van Lula, begin vorige week, zouden aangrijpen om chaos in het land te creëren. Afgezien van een verijdelde aanslag, bleef het toen betrekkelijk rustig. Zondag sloeg echter de vlam in de pan. Ordetroepen mogen dat vuur dan tijdelijk hebben geblust, de gloed van onvrede smeult onverminderd door en kan elk moment opnieuw ontbranden.
Want de woede gaat veel dieper dan onenigheid over de verkiezingsuitslag. Ze legt de diepe verdeeldheid in de Braziliaanse samenleving bloot. Aanhangers van Lula zien de bestorming van de overheidsgebouwen als een regelrechte aanval van „fascistische elementen” op de democratie. Zij vrezen een terugkeer naar een militaire dictatuur. Supporters van Bolsonaro hebben immers al vaak op een interventie van het leger aangedrongen. Alleen de strijdkrachten kunnen het Zuid-Amerikaanse land nog redden, menen zij.
De aanhangers van Bolsonaro zien op hun beurt in de linkse Lula de belichaming van hun vrees dat Brazilië naar een socialistische –of zelfs communistische– staat afglijdt. Ze zijn bang dat het liberale economische beleid en de bestrijding van corruptie door Bolsonaro met het aantreden van de nieuwe president verleden tijd zullen zijn.
De grote vraag is of het leger zich actief met de situatie in het land gaat bemoeien. Tot nu toe houden de strijdkrachten zich afzijdig. De militaire top levert vooralsnog nauwelijks commentaar op de ontwikkelingen, laat staan dat zij gehoor geeft aan de oproepen om tussenbeide te komen.
Oud-president Bolsonaro veroordeelde vanuit het Amerikaanse Florida, waar hij kort voor de beëdiging van Lula naartoe vertrok, de vernielingen en plunderingen. Maar de voormalige legerkapitein heeft nog altijd zijn verkiezingsnederlaag niet erkend. „We hebben de slag verloren, maar niet de oorlog”, verklaarde hij onlangs. Dat is koren op de molen van zijn aanhang.