Vogels fascinerend in beeld gebracht
Vogels fascineren ons. Twee boeken leggen daar getuigenis van af: een zeer fraai verzorgd fotoboek van Tim Flach en een geschiedenis van vogels in de schilderkunst door Roger Lederer.
De meeste mensen houden van vogels. Vogels kunnen vliegen, hebben een soms haast uitzinnige verenpracht, ze ondernemen enorme tochten over de aardbol – allemaal redenen waarom we op vogels nooit uitgekeken raken.
Het is dan ook geen wonder dat schilders en fotografen een dankbaar onderwerp hebben gevonden in de wereld van de vogels. Kunstenaars uit inheemse culturen, evenals de oude Egyptenaren en Grieken, hebben al in een vroeg stadium van onze cultuurgeschiedenis vogels afgebeeld. En ook nu zijn er kunstenaars, schilders en fotografen die hun levenswerk maken van het afbeelden van vogels.
Roger Lederer, emeritus hoogleraar biologie aan California State University, beperkt zich in zijn boek over de kijk op vogels in de schilderkunst tot ruwweg de laatste 400 jaar. Zijn verhaal loopt van de Vlaming Frans Snyders (1579-1657) tot aan de Amerikaan David Allen Sibley (1961).
Het boek van Lederer is opgebouwd uit een groot aantal korte hoofdstukken rondom een of enkele kunstenaars. Het maakt duidelijk dat de weergave van vogels soms een zuiver artistiek doel diende, maar ook vaak parallel liep met de ontwikkeling van de wetenschap, waarbij vogels werden afgebeeld in dienst van de classificatie van soorten. Daarnaast werden en worden er afbeeldingen gemaakt voor veldgidsen: handzame boekjes voor de vogelaar die graag wil weten wat daar vliegt.
Ook de geschiedenis is in het boek van Lederer zelden ver uit beeld: denk aan de jaren dat de wereld ‘ontdekt’ werd door allerhande reizigers. Vaak werden er kunstenaars (in veel gevallen tevens wetenschapper) ingezet die de planten- en dierenwereld van de nieuw ontdekte gebieden in kaart brachten. Soms, zoals bij de Engelsman Mark Catesby (1682-1749), geven ze daarbij ook al blijk van enig ecologisch besef, door vogels samen met planten af te beelden (ook al sloeg Catesby volgens Lederer de plank weleens mis).
Lederers geschiedenis van de vogelschilderkunst is een feest voor het oog. Neem de prachtige witkuifkaketoe van de hand van Aert Schouman (1710-1792), of de buitengewoon dynamische werken van de Zweed Bruno Liljefors (1860-1939). Er valt ook veel interessante informatie uit op te diepen, zoals de betekenis van het woord ”jizz”: een term die staat voor „de totale indruk of verschijning die een vogel oproept, en dat op basis van vorm, grootte, houding, kleuring, beweging, geluid, leefgebied en de plek waar je hem ziet”.
Over de verbale aspecten van het boek ben ik minder enthousiast. Lederer is duidelijk geen begenadigd auteur; zijn teksten zijn sterk wisselend van kwaliteit, soms droog en opsommerig, soms opeens voorzien van rake typeringen, soms nietszeggend en dan weer vol interessante details over bijvoorbeeld de werkwijze van een kunstenaar (Sibley). Ook bevat het boek de nodige missers, waarvan ik er enkele noem. Zo bespreekt de auteur een schilderij van Frans Snyders uitvoerig, maar is het desbetreffende werk niet in het boek afgedrukt. Van Marmaduke Cradock zegt hij dat hij bij voorkeur inheemse vogels schilderde, maar er zijn alleen doeken vol exoten afgebeeld. De ‘havik’ op een schilderij van Barlow is toch echt een rode wouw. Een ander punt is de afwezigheid van recente Nederlandse vogelschilders. Hoe mooi zou het zijn geweest om voor de Nederlandse editie een paar hoofdstukken toe te voegen over bijvoorbeeld Elwin van der Kolk, Siegfried Woldhek, Robin d’Arcy Shillcock en H.J. Slijper?
Portret
Het luxe, grote en zware boek van Tim Flach staat vol foto’s op groot formaat. In zijn voorwoord vertelt Flach hoe hij te werk is gegaan, met speciale vogelkooien, plateaus en bassins, en door wie hij in artistiek opzicht is geïnspireerd (Turner en Rembrandt). Achter in het boek is bij elke foto een tekst van evolutionair ornitholoog Richard Prum opgenomen. Het boek is opgezet volgens een stramien dat ontleend is aan de evolutietheorie: van de fossiele archeopteryx uit Zuid-Duitsland, via de loopvogels en tal van andere soorten, tot aan de siereenden en -duiven van nu.
De foto’s van Flach zijn individuele portretten; voor de ecologische aspecten van de afgebeelde vogels moet men elders zijn. Dit is een boek vol kunstwerken waarop het object maximaal uitgelicht wordt. Heel vaak is de achtergrond geheel zwart gehouden, waardoor alle aandacht valt op de tot in de allerkleinste details scherp afgebeelde vogels. De vervreemdende werking die daarvan uitgaat (zo heb je vogels nog nooit gezien!) is waarschijnlijk precies de bedoeling.
Eindeloze verwondering
Er is geen beginnen aan om de schoonheid van afzonderlijke foto’s te bespreken. Elke foto in dit boek laat je mond openvallen van bewondering over de veren, ogen, snavels, poten, kwabben en lellen die de vogels van hun Schepper meegekregen hebben. Het boek van Flach is een bron van schier eindeloze verwondering. Flach zelf vertelt dat zijn werk in dienst staat van de bescherming van vogels – waarmee weer een nieuw hoofdstuk is toegevoegd aan de dynamische geschiedenis van de vogelkunst.
Boekgegevens
Vogels. De veranderende kijk op vogels in de kunst, Roger D. Lederer; uitg. Noordboek | HL Books; 224 blz.; € 39,90;
Vogels, Tim Flach en Richard O. Prum; uitg. Fontaine uitgevers; 336 blz.; € 44,99