De dreiging van drones neemt toe. Ver weg en dichtbij. De NAVO mist adequate middelen om bijvoorbeeld zwermen vijandelijke minidrones uit de lucht te schieten.
Snorrend kiezen 252 drones het luchtruim op de Luitenant-Generaal Bestkazerne in Vredepeel, Limburg. De zwerm kiest de aanval in verschillende vormen en formaties. Radarsystemen uit verschillende landen proberen de vliegende vijand te traceren, te detecteren en te analyseren.
Op de Bestkazerne, het hoofdkwartier met testcentrum van de Nederlandse dronebestrijding, vindt tien dagen lang een grootschalige NAVO-oefening tegen drones plaats. Twintig deelnemende partijen uit diverse landen zetten pakweg zeventig verschillende systemen in, waaronder commando- en controlesystemen.
De oefening is geen overbodige luxe. „Drones worden steeds goedkoper, sneller en gevaarlijker”, verklaart majoor Willem Koedam, plaatsvervangend hoofd van het Nederlandse counterdroneproject. „Steeds meer landen, maar ook terroristen maken gebruik van deze goedkope techniek.”
Een paar handige jongens kunnen zo explosieven onder een drone uit de plaatselijke speelgoedwinkel knopen. „Verschillende types vliegen al volledig autonoom, waardoor ze niet tegen te houden zijn”, legt Koedam uit.
Liquidatie
De dreiging van drones komt niet uit de lucht vallen. Saudi-Arabië kampt soms dagelijks met droneaanvallen van pro-Iraanse milities uit Jemen.
In Irak werd zondag de woning van premier Mustafa al-Kadhimi aangevallen door drie drones met explosieven. Ook al van pro-Iraanse groepen. De premier raakte lichtgewond bij de liquidatiepoging.
Nederlandse troepen kunnen meepraten over droneaanvallen. Medio april werden verschillende onbemande toestellen vol explosieven afgevuurd op de internationale luchthaven van Erbil in Noord-Irak. Nederland neemt daar de beveiliging voor z’n rekening.
„De dreiging doet zich niet alleen voor in het buitenland, ook nationaal moeten we hier rekening mee houden”, waarschuwt majoor Koedam, die erop wijst dat ook de politie betrokken is bij het project.
Kat-en-muis
Op de kop van de startbaan van de voormalige Vliegbasis De Peel –tegenwoordig de Bestkazerne– demonstreren civiele bedrijven hun technologie voor drones en dronebestrijding.
Bij de ontwikkeling van drones loopt Defensie mijlenver achter bij commerciële partijen. De krijgsmacht moet een entertainmentbedrijf inhuren om met een zwerm van 252 drones als oefenvijand te laten fungeren.
Een Amerikaans bedrijf demonstreert een zogenaamde hunter. Op hoge snelheid zet het toestel de achtervolging in op een vijandelijk exemplaar. Het betere kat-en-muisspel.
De hunter nadert de drone op korte afstand, schiet met een knal een net over het apparaat en sleept ’m mee naar een veilige locatie. Doel uitgeschakeld, dreiging geneutraliseerd. „Zo’n netje lijkt ouderwets, maar is redelijk geavanceerd”, zegt Koedam.
Een Duitse militair doet het anders. Hij richt een stoorzender –in de vorm van een soort Bazooka– op een overvliegende drone. Met één druk op de knop onderbreekt de militair de radiofrequentie van het onbemande toestel. De drone hangt ineens stil in de lucht. Bevroren, zo lijkt het.
Even later passeert echter een andere type toestel. De Duitser richt opnieuw zijn stoorzender, maar de Deltavormige drone laat zich op geen enkele manier van de wijs brengen. „Een voorgeprogrammeerd exemplaar”, vermoedt majoor Koedam. „Het vliegt autonoom.”
Haast
Een adequaat antwoord op de toenemende dreiging van kleinere drones heeft de NAVO nauwelijks, zo blijkt tijdens de grote counterdroneoefening in de Vredepeel. „Een van de mogelijkheden is het creëren van een groot magnetisch veld om de dreigende zwerm drones onschadelijk te maken”, stelt Koedam. Voorlopig is deze optie nog toekomstmuziek. „We zijn dat aan het onderzoeken.”
Haast is geboden, want de vijand zit niet stil. De dreiging hangt in de lucht.