Optimisme overheerst vijf jaar na klimaatakkoord van Parijs
Het klimaatakkoord van Parijs was historisch. Niet eerder ondertekenden alle landen in de wereld een verdrag om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Dat was 2015, het is nu 2020. Na vijf jaar vier vragen.
1. Hoe staat met het doel van de 1,5 graden?
Op 12 december 2015 bereikten 196 landen na wekenlang vergaderen een akkoord over het terugdringen van broeikasgassen. Het doel was de opwarming van de aarde te beperken tot maximaal 2 graden. Op aandringen van met name eilandstaten kwam daar op het laatste moment nog een extra streefdoel bij: 1,5 graden opwarming moest het nobele voornemen worden.
Deze toevoeging verraste klimaatjournalist Leo Hickman –en vele anderen met hem– volledig. Hickman volgt al meer dan tien jaar het klimaatnieuws op de voet. Elk uur, elke dag. Eerst bij de Engelse krant The Guardian, en sinds 2015 als directeur bij de in klimaatnieuws gespecialiseerde site Carbon Brief. „Samen met mijn collega’s hadden we ons al het hele jaar voorbereid op de top, maar de 1,5 graden zagen we niet aankomen.”
Het halen van de 1,5 gradendoelstelling ligt voorlopig buiten bereik, zegt Heleen van Soest, werkzaam bij Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). „Als we de 1,5 graden willen halen moeten we wereldwijd ons gedrag veranderen, wat erg lastig wordt, óf we moeten negatieve emissies realiseren door bomen te planten of CO2 af te vangen na biomassaverbranding.”
Dat de doelen buiten bereik liggen, ligt volgens Van Soest aan de kloof tussen droom en daad, ook wel het emissiegat geheten (zie graphic). „Dat is het gat tussen wat landen beloven te zullen doen om de uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen te verminderen en dat wat nodig is om Parijs te halen. Daarbij komt dat er behalve het emissiegat nog een grote onzekerheid, nog een implementatiegat is: doen landen ook wat ze beloven?” Van Soest doet onderzoek naar internationaal klimaatbeleid en kwam eerder dit jaar met een onderzoek naar buiten dat liet zien dat de gezamenlijke nationale plannen maar tot ongeveer 17 procent uitstootreductie zouden leiden.
2. Als dat doel niet gehaald gaat worden, wat heeft het akkoord van Parijs dan uitgewerkt?
Al wordt het streefdoel van 1,5 graden niet gehaald, het op het laatst invoegen van dat doel miste zijn uitwerking niet. Het ging een eigen leven leiden, signaleert Hickman. „Wetenschappers gingen daardoor massaal aan de slag met dat doel. Zo rekenden ze uit wat het verschil in uitstoot is tussen de 1,5 en 2 graden. Bovendien werd een VN-rapport uit 2018 over 1,5 graden zeer invloedrijk. En wat te denken van activisten als Greta Thunberg? Zij noemt dit doel vaak.”
De schoolstakingen van Thunberg en andere klimaatprotesten zijn sowieso een direct gevolg van Parijs, ziet Hickman. „De jonge generatie klopt aan de deur en eist een veilig klimaat.”
Het akkoord had ook gevolgen op de economie. Hickman somt op: „Banken en investeerders beleggen hun geld steeds duurzamer. Daardoor is de kolenindustrie onrendabel geworden. En ondertussen is hernieuwbare energie booming. Het klimaatakkoord is als een gps-systeem, waarop de financiële wereld en bedrijven afstemmen.”
Voor Hickman vertellen de afgelopen vijf jaar daarnaast een verhaal van veerkracht. „Donald Trump was de slechts denkbare president als het gaat om klimaatactie. Ondanks zijn retoriek is ‘Parijs’ niet uit elkaar gevallen. De aanvallen hebben gefaald.”
Al met al is de klimaatjournalist positief gestemd. Joe Biden versloeg Trump en ontvouwde enorme klimaatambities voor de VS. Ook China, Japan en Zuid-Korea presenteerden onlangs vergaande plannen. „Climate Action Tracker rekende die extra plannen door. De opwarming zou nu uitkomen op 2,1 tot 2,3 graden, terwijl dat eerst 3,7 was. Alom heerst er optimisme, er is momentum”, klinkt Hickman enthousiast. „Ja, ik ben op dit moment positief. Al draait het nog vooral om woorden in plaats van daden.”
Ook Van Soest is optimistisch over de trend in de afgelopen vijf jaar. „Het akkoord gaf een enorme boost aan klimaatmaatregelen. Niet alleen op het niveau van landelijke overheden, maar ook bij gemeenten en bedrijven.”
Van Soest plaatst nog wel een kanttekening bij de langetermijnambities van sommige landen. „Niet altijd zijn ze verankerd in kortetermijndoelen. Zo kwam er kritiek op het plan van Japan voor 2030, omdat daar bijna geen aanscherping van de ambities in stonden. Met alleen mooie plannen en vergezichten ben je er niet.”
3. Door corona is er geen klimaatconferentie dit jaar, wat is daarvan de invloed?
Het uitstellen van de top levert per definitie vertraging op, zegt Van Soest. Geen conferentie betekent geen onderhandelingen, ook niet online. Tegelijk ziet de PBL-onderzoekster dat de coronacrisis ook kansen biedt, juist voor het klimaat. „Duitsland mikt vol op groene herstelmaatregelen. Zo kan een op het oog mislukt jaar toch bijdragen aan de transitie die nodig is.”
Klimaatjournalist Hickman dacht in eerste instantie ook dat uitstel van de klimaatconferentie vooral slecht nieuws was. Toch ziet hij er een positieve kant aan. De start van de top stond vlak na de Amerikaanse presidentsverkiezingen gepland. Met een herverkiezing van Trump zou het moraal op de top volgens hem tot een dieptepunt zijn gedaald. „Met een net gekozen Biden zou de sfeer positiever zijn. Toch is een conferentie volgend jaar beter, want dan draait Bidens regering op volle toeren.” Van Soest stemt daarmee in: „Gezien Bidens voorstellen verwacht ik dat de onderhandelingen een impuls krijgen. Voor de sfeer is het goed. Amerika moet wel wat doen om zijn geloofwaardigheid terug te winnen, maar John Kerry is een ervaren persoon in de onderhandelingen en kan een belangrijke rol spelen als speciale klimaatgezant.”
4. Hoe verder met ‘Parijs’ richting 2030?
In 2015 is in Parijs afgesproken dat alle landen elke vijf jaar hun klimaatambities aanscherpen. Eind dit jaar moeten lidstaten officieel weer nieuwe, nationale klimaatplannen –ook wel NDC’s– indienen. Vanwege de coronacrisis mogen landen ook volgend jaar nog met de plannen komen.
Volgens Van Soest gaat klimaatbeleid daarmee een nieuwe fase in. In de komende jaren zullen landen vol aan de bak moeten met de implementatiefase. „Gepland klimaatbeleid zal worden uitgerold. Er is de afgelopen jaren veel geroepen, nu komt het aan op de uitvoering.”
Dankzij alle klimaatmaatregelen ziet de wereld er over tien jaar dan ook echt anders uit, denkt Hickman. „In veel landen mogen dan alleen nog elektrische auto’s worden verkocht. De opwekking van duurzame energie zal explosief groeien.”
Volgens de directeur van Carbon Brief is het komende decennium cruciaal. „Als we geen dramatische koerswijzigingen zien, verliezen we het 1,5 gradendoel definitief uit het oog. De grootste uitdagingen zijn een verduurzaming van de scheepvaart, de luchtvaart en de staal- en cementindustrie.”
Volgend jaar staat de uitgestelde klimaattop van Glasgow gepland. Volgens zowel Van Soest als Hickman een belangrijke conferentie. Er staan enkele belangrijke punten op de agenda. Allereerst artikel 6, zoals kenners het noemen. Deze paragraaf uit het Parijsakkoord komt erop neer dat landen hun extra klimaatsuccessen onderling kunnen verkopen. Dit moet gaan gebeuren met een soort duurzame certificaten. Een tweede punt zijn de financiën. Arme landen zien graag dat het rijke Westen met geld over de brug komt om maatregelen te betalen.
Hickman voorziet niet dat merkbare gevolgen van klimaatverandering klimaatconferenties makkelijker zullen maken. „Onderhandelingen op dit niveau zijn nooit makkelijk geweest en zullen dat ook nooit worden. Succesvolle toppen zijn met name een kwestie van geluk en de juiste timing. Dus de juiste leiders op het juiste moment op de juiste plek. Zo was Parijs nooit gelukt als de top een jaar later had plaatsgevonden. Want toen was Trump de nieuwe president van Amerika.”