Altijd te laat bij de run op voedsel, maar bij de kerk een streepje voor
Black Friday. U weet wel, die koopgektedag, ieder jaar in Nederland. Dat is wel het laatste wat je in Cuba verwacht, want de schappen zijn daar leeg. En wat er te koop is, daarvan zijn de prijzen eerder gestegen dan gedaald. En toch: ook daar Black Friday-taferelen.
Niet omdat koopjesjagers er hun hebbedingetje willen bemachtigen. Nee, de wedloop naar winkels is er om lege magen gevuld te krijgen, lichamelijke pijn te stillen door die laatste strip paracetamol te kunnen kopen, dat laatste pak meel of rijst. Maar als enkel nog je maag via elleboogwerk gevuld wordt, hoe kom je als gehandicapte dan aan eten?
Ik vroeg het Floringa en Carlos uit Gibara, een dorp even ten noorden van de stad Holguin, in het uiterste oosten van Cuba. Gibara is de plek waar ds. Angel en zijn vrouw Sara een evangelisatiepost zijn begonnen. Floringa (57) en Carlos (64) zijn trouwe bezoekers van hun kerkdiensten.
Vandaag ben ik in hun huisje en ik zie foto’s van kinderen aan de muur. „Nichtjes en neefjes”, legt Floringa uit, „wij zijn kinderloos gebleven.” Juist voor hen zou hulp van kinderen welkom zijn vanwege hun handicap. Bij allebei moest een been worden geamputeerd. Nu moeten ze het met z’n tweeën zien te redden en als het gaat om het verkrijgen van eten valt dat niet mee. „Ook wij moeten er iedere dag op uit, maar vervoer is voor ons lastig.” Lastig. Als ik zie hoe moeizaam de twee zich bewegen lijkt me Carlos’ formulering zacht uitgedrukt. In gedachten zie ik hen proberen deel te nemen aan die dagelijkse run en ik hoor iemand onverbiddelijk „achteraan aansluiten” roepen.
„Juist gelovigen in Cuba hebben het erg moeilijk. Velen van hen lijden niet alleen onder honger en tekort, maar ook onder het antireligieuze regime. Lijden we met hen mee?” - Jan Troost, voorlichter Bijzondere Noden
U begrijpt: de tas met voedsel die ds. Angel hun deze zondagochtend overhandigt, is meer dan welkom. Of het genoeg is om voor langere tijd uit de zorgen te zijn? Dat is zeer de vraag. Daarom hopen we met de RD-actie zo veel geld te verzamelen dat Floringa en Carlos vaker voedselsteun gaan ontvangen.
Intussen zijn de woorden van Jezus uit Mattheüs 4 Carlos en zijn vrouw uit het hart gegrepen: „De mens zal bij brood alleen niet leven, maar bij alle woord dat door de mond Gods uitgaat.” Carlos wil het graag gezegd hebben: „Wij zijn dan wel ziek, maar we hebben Christus lief, en hebben Hem in ons hart.”
Even later schuifelen ze aan de arm van ds. Angel en Sara de kerkzaal binnen.