Binnenland

„Rouw na suïcide is complex en divers”

Varen met twee peddels. Zo omschrijft Carien van Geffen de rouw na de suïcide van haar zoon. Enerzijds verlies, anderzijds herstel. Ze sprak dinsdagavond tijdens het webinar ”Hoe overleef je als nabestaande een suïcide. Over rouw, geloof en pastoraat”, georganiseerd door het Kennisinstituut christelijke ggz (KICG).

18 November 2020 11:18Gewijzigd op 30 November 2020 11:09
Nabestaanden van suïcide krijgen te maken met complexe rouw. Behalve verdriet ervaren ze vaak ook boosheid: richting hulpverleners maar ook richting degene die overleden is. De persoon op de foto komt niet voor in het artikel. beeld iStock
Nabestaanden van suïcide krijgen te maken met complexe rouw. Behalve verdriet ervaren ze vaak ook boosheid: richting hulpverleners maar ook richting degene die overleden is. De persoon op de foto komt niet voor in het artikel. beeld iStock

Jaarlijks overlijden ruim 1800 mensen in Nederland aan zelfdoding. In de loop der jaren hebben duizenden mensen op die manier een geliefde verloren. Reden voor het KICG, uitgaande van De Hoop en Eleos, om een webinar te organiseren voor die nabestaanden.

Rondom een suïcide is nog veel taboe, licht klinisch psycholoog en onderzoeker –en een van de sprekers– Matthias Jongkind voorafgaand aan het webinar toe. Rouw na een suïcide noemt hij een „fragmentatiebom. Suïcide heeft een ongelooflijke impact. Er komen veel vragen naar boven: wilde die ander liever sterven dan bij mij zijn? Maar ook geestelijke vragen: laat God het toe als een van Zijn kinderen de hand aan zichzelf slaat?”

Tijdens het webinar –dat rond de 115 mensen trekt– stipt Jongkind een aantal misverstanden rond suïcide aan. Het is allereerst belangrijk te beseffen dat mensen een verschillend rouwproces doormaken, stelt hij. Daarbij komen vaak overweldigende gevoelens kijken: verdriet, maar ook boosheid. „Die gaat in veel gevallen gepaard met schaamte. Ik mag toch niet boos zijn op de overledene, denkt iemand dan.”

Rouwen is hard werken, stelt Jongkind. Hij is daarom niet gecharmeerd van het fasenmodel, waarin rouw via vijf stappen verloopt. Realistischer is volgens hem het zogenaamde duale procesmodel: met aan de ene kant het verlies en de pijn en aan de andere kant de nieuwe levenssituatie. „Daartussen maakt een rouwend persoon een slingerbeweging: aan de ene kant rouw je, aan de andere kant is er aandacht voor het gewone, dagelijks leven.”

Lied

Carien van Geffen kan daar over meepraten. Ze verloor vijf jaar geleden haar 24-jarige zoon aan suïcide. „Mijn wereld stortte in.” Volgens Van Geffen is het een misverstand dat rouw op een gegeven moment klaar is. „Het verdriet kan me opeens overvallen. Tijdens het horen van een lied, bij een wandeling of als ik iemand een pakje shag zie afrekenen in de supermarkt.”

De eerste periode na het overlijden van haar zoon worstelt Van Geffen met een groot schuldgevoel. Ze voelt zich totaal mislukt als moeder. „Later realiseerde ik me: je schuldig voelen is niet hetzelfde als schuldig zijn. Ik heb het overlijden niet veroorzaakt.” Op zelfdoding rust nog steeds een taboe, ervaart Van Geffen. „Soms kom ik ergens binnen en wordt het plotseling stil. Het is pijnlijk als het onderwerp vermeden wordt. Het kan helpen om er zelf over te beginnen en er open over te praten.”

Binnen de geestelijke gezondheidszorg wordt steeds vaker met ervaringsdeskundigen gewerkt, licht Jongkind toe. De ontwikkeling neemt sinds tien jaar een hoge vlucht. „Deze mensen weten uit eigen ervaring waar ze het over hebben. Vanuit dat perspectief kun je goed bij andere nabestaanden binnenkomen. Het een krachtig voorbeeld om te zien hoe een ander eruit gekomen is.”

Milder

De hervormde emerituspredikant ds. J. Belder gaat in zijn bijdrage in op de pastorale aspecten rond een suïcide, die hij een „tragedie” noemt. De visie op zelfdoding is in de loop van de jaren milder geworden. Gold suïcide in het christelijke Europa lange tijd als de ergste zonde, inmiddels is er meer oog gekomen voor de psychische component.

De predikant, die eerder het boek ”Gevangen in moeite en verdriet” schreef over suïcide bij pubers en jongeren, zegt dat nabestaanden zijn „getroffen door rondvliegende granaatscherven.” Volgens hem zitten ze niet te wachten op antwoorden op vragen die ze niet gesteld hebben. „Hier geldt: spreken is zilver, zwijgen kan goud zijn.”

Veel vragen kunnen er ook zijn naar de eeuwige bestemming van de overledene. De Bijbel is volgens ds. Belder terughoudend in een oordeel. „Er wordt niet van hen gezegd dat ze verloren zijn. Waar de Bijbel zwijgt, moeten wij er ook het zwijgen toe doen.”

In de vragenronde aan het eind van de avond informeert een van de deelnemers naar Bijbelse gronden waarom iemand die suïcide pleegt toch behouden kan zijn. Belder: „Ik kan geen tekst noemen. Maar zou dat ook geen vorm van suïcidepreventie kunnen zijn? Kijk naar het leven van iemand, hoe de relatie met God was. Je moet niet alles vastpinnen op het laatste moment van iemands leven.”

Iemand is meer dan zijn zelfdoding, benadrukt ook Van Geffen. „Mijn zoon was een geschenk in mijn leven. Een geschenk waarvan ik pas na zijn overlijden besefte, hoe groot dat was.”

Hebt u hulp nodig? Dan kunt u contact opnemen met Stichting 113 Zelfmoordpreventie via 113 of 0800-0113 (24 uur bereikbaar) en 113.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer