PVV: Toeristenterp Hedwige botst met beoogde natuur
Als de Hedwigepolder straks is ontpolderd, verrijst in het gebied een 28 meter hoge toeristische panoramaheuvel. Dat is althans het plan van Vlaanderen en Nederland.
Volgens de PVV is dit een flagrante schending van de afspraak dat de Hedwige een natuurgebied zou worden.
Nederland en Vlaanderen zitten in hun maag met de Hertogin Hedwigepolder in Zeeuws-Vlaanderen. De klei die moet worden afgegraven om het gebied te kunnen teruggeven aan de zee, blijkt te zijn verontreinigd.
Beide partijen hebben nu het plan opgevat om met die klei een hoge terp in de polder te bouwen. Die ”toeristische panoramaheuvel”, met bezoekerscentrum, moet 28 meter hoog en 200 meter breed worden.
Dit is in strijd met gemaakte afspraken, stelde de PVV-fractie in Provinciale Staten deze week in vragen aan het dagelijks provinciebestuur van Zeeland. Volgens fractievoorzitter Peter van Dijk is destijds afgesproken dat de afgegraven klei van de polder naar Vlaanderen zou worden vervoerd.
Nu blijkt dat deze vervuild is, kan de grond –zolang die niet is gereinigd– nergens naartoe. Maar als de klei in de polder moet blijven, ligt de ontpoldering stil.
Volgens de PVV is gebruik van de klei om er een terp mee te bouwen niet toegestaan. Anders blijft er weinig over van de afspraak die destijds is gemaakt dat ontpolderen moest resulteren in het ontstaan van natuur voor de Westerschelde op de plek van de Hedwige, zegt Van Dijk. In plaats daarvan dreigt volgens hem het gebied nu door de panoramaheuvel „een zeer omvangrijk toeristisch project” te worden.
Volgens de PVV wijkt de provincie „eigenstandig” af van de Vlaams-Nederlandse afspraken.