Boek over Molukkers in kamp Rouveen komt toch
Hij wilde een boek schrijven over de kinderen van het voormalige Molukkenkamp Conrad in Rouveen. Mathijs Souhoka’s overlijden in 2011 maakte daaraan echter abrupt een eind. De Stichting Herinnering Kamp Conrad 1954-1966 zet Souhoka’s werk nu voort.
Kamp Conrad in Rouveen vormde van 1954 tot 1966 een Moluks dorp waar 23 gezinnen, zo’n 180 mensen, woonden. Het waren KNIL-militairen en hun gezinnen die na hun vertrek uit de zelfstandige staat Indonesië na 1950 niet terug konden naar de Molukken. Daar was de onafhankelijke Republiek der Zuid-Molukken opgericht en de Indonesische president Sukarno had die de kop ingedrukt. De Molukkers zouden tijdelijk naar Nederland komen, maar tijdelijk werd voor altijd.
Stichting
In 2010 ontstond de Stichting Herinnering Kamp Conrad. Ze had een aantal wensen: een monument tegenover de ingang van het kamp, een documentaire, een tweejaarlijkse dag bij het monument, een boek en een lesbrief voor de scholen in de gemeente Staphorst.
Een jaar later verrees een gedenkteken tegenover de voormalige ingang van het kamp. Het is een ruim 4 meter hoge transparante piramide, met glas-in-lood in de top. De kleuren van het glas symboliseren de kleurrijke gemeenschap van de Molukkers. In de piramide, een verwijzing naar een Moluks dorpshuis, staat een obelisk van basalt. Die staat voor de kracht van de Molukkers. Op de rand van een waterbak met stapstenen staan de namen van de 23 families die in het kamp woonden. Er was al drie keer een Moluks samenzijn bij het monument.
Filmmaker Geertjan Lassche maakte in 2011 de documentaire ”Vreemdelingen en bijwoners” met Mathijs Souhoka in de hoofdrol. Hij vertelde over zijn kinderjaren in het kamp, hij ging in gesprek met autochtone Rouveners.
Er was nauwelijks contact tussen de autochtone bevolking en de Molukkers. Twee van elkaar vreemde culturen leefden naast elkaar, hoewel er religieus gezien overeenkomsten waren.
Een paar weken na de onthulling van het monument, in september 2011, overleed Souhoka plotseling. Het boek en de lesbrief bleven liggen.
Het bestuur van de stichting en de kinderen van Souhoka wisten dat hij werkte aan een boek. In oktober 2015 besloten bestuursleden, Souhoka’s dochters, zoon, stiefbroer en broers zijn wens te vervullen. „We wisten ook dat hij materiaal had verzameld, maar we konden dat niet vinden. Daarom besloten we een nieuw boek te maken, met als titel ”De kinderen van Kamp Conrad””, zegt Wim Latupeirissa, bestuurslid van de stichting.
De groep ging aan de slag en hield veertig interviews met oud-bewoners van de tweede generatie. Latupeirissa: „Het moet een boek worden voor de kinderen en kleinkinderen van de kinderen van het kamp. Ze moeten weten wat hun geschiedenis is.”
Tot ieders grote verrassing vond Souhoka’s dochter Salomy medio vorig jaar het materiaal terug waaraan haar vader had gewerkt. Latupeirissa: „Zijn insteek was veel breder. Hij had ook al autochtone Rouveners geïnterviewd. Wij wilden ons meer richten op de kinderen van het kamp.”
Dilemma
De stichting stond voor het dilemma wat te doen met Souhoka’s materiaal. „We besloten een Molukse tekstschrijver in te schakelen die onze interviews en het werk van Mathijs integreert tot één boek”, zegt Latupeirissa.
Ook schakelden de betrokkenen een vormgever en een fotograaf in. Het bestuur is nu bezig fondsen te werven voor de realisering van het boek. Het boek met ervaringen van de Molukse kampkinderen verschijnt in eind dit jaar, de lesbrief voor de scholen in de gemeente Staphorst waarschijnlijk volgend jaar.
De gemeente Staphorst kende in de jaren 20 en 30 van de vorige eeuw drie werkkampen: Conrad, Beugelen en ’t Wiede Gat, allemaal ontstaan voor de werkverschaffing tijdens de crisisjaren. In de oorlog zaten in de drie kampen 344 Joodse mannen. Op 2 oktober 1942 gingen ze allemaal op transport. Slechts drie mannen overleefden de oorlog. In de jaren 50 woonden Molukse gezinnen in Beugelen en Conrad.