Een psalm van David, voor den opperzangmeester, voor Jeduthun. (39:2) Ik zeide: Ik zal mijn wegen bewaren, dat ik niet zondige met mijn tong; ik zal mijn mond met een breidel bewaren, terwijl de goddeloze nog tegenover mij is. (39:3) Ik was verstomd door stilzwijgen, ik zweeg van het goede; maar mijn smart werd verzwaard. (39:4) Mijn hart werd heet in mijn binnenste, een vuur ontbrandde in mijn overdenking; toen sprak ik met mijn tong: (39:5) HEERE! maak mij bekend mijn einde, en welke de mate mijner dagen zij; dat ik wete, hoe vergankelijk ik zij. (39:6) Zie, Gij hebt mijn dagen een handbreed gesteld, en mijn leeftijd is als niets voor U; immers is een ieder mens, hoe vast hij staat, enkel ijdelheid. Sela. (39:7) Immers wandelt de mens als in een beeld, immers woelen zij ijdellijk; men brengt bijeen, en men weet niet, wie het naar zich nemen zal. (39:8) En nu, wat verwacht ik, o HEERE! Mijn hoop, die is op U. (39:9) Verlos mij van al mijn overtredingen; en stel mij niet tot een smaad des dwazen. (39:10) Ik ben verstomd, ik zal mijn mond niet opendoen, want Gij hebt het gedaan. (39:11) Neem Uw plage van op mij weg, ik ben bezweken van de bestrijding Uwer hand. (39:12) Kastijdt Gij iemand met straffingen om de ongerechtigheid, zo doet Gij zijn bevalligheid smelten als een mot; immers is een ieder mens ijdelheid. Sela. (39:13) Hoor, HEERE! mijn gebed, en neem mijn geroep ter ore; zwijg niet tot mijn tranen; want ik ben een vreemdeling bij U, een bijwoner, gelijk al mijn vaders. (39:14) Wend U van mij af, dat ik mij verkwikke, eer dat ik heenga, en ik niet meer zij.
Uitleg
Ben jij weleens echt sprakeloos geweest? Dat je echt totaal niet meer wist wat je moest zeggen? Misschien was dat bij iets heel moois. Of was het toen je hoorde dat iemand van wie je veel hield, gestorven was? Dan blijft er alleen een vraag over: waarom, Heere? Wat heb je eraan dat je op zo’n moment in God geloofd? Ga dat maar eens aan iemand vragen die de Heere liefheeft en veel moeilijke dingen meegemaakt heeft. Of zullen we het aan David gaan vragen? Wanneer David Psalm 39 gemaakt heeft, weten we niet. Al lezend zie je dat hij voelt hoe broos zijn leven is. Hij lijdt aan zijn lichaam en aan zijn ziel en hij voelt het: dit komt door mijn zonden. Hij heeft zijn nood geklaagd bij de Heere en is nu ten einde raad. Hij weet het: dit komt van de Heere, Die gezondheid en ziekte geeft, Hij heeft hier een bedoeling mee. David zegt: ‘Ik ben verstomd, ik zal mijn mond niet opendoen, want Gij hebt het gedaan.’ Hoe moet je dat zien? Zegt David: Ik kan niet tegen God op, dus berust ik in mijn lijden? Nee, hij ziet zijn lijden als iets wat de Heere met wijze bedoelingen over hem gebracht heeft. David heeft dit verdiend. Dát is de troost van het geloof in God. Hij onderhoudt en regeert en geeft gezondheid en ziekte uit Zijn Vaderlijke hand. David heeft nog maar één woord, één gebed: ‘Mijn hoop, die is op U.’
‘Dat is echt toevallig!’ Je bent op vakantie in een grote stad en je kunt de weg naar het parkeerterrein waar de auto van je ouders geparkeerd staat niet meer vinden. Het was vlak bij een werk, maar welke? Op dat moment spreekt iemand jou aan met de vraag hoe laat het is, want zijn parkeermeter loopt bijna af. Laat ...
‘Ere zij God in de hoge!’ Je zong het als kind al uit volle borst mee. En inderdaad: God is de hoge, de heilige God. Hij is zo groot, zo machtig; daar kun jij je geen voorstelling van maken. Kijk ’s nachts maar eens naar de sterrenhemel, dan voel je hoe klein je bent.
De Joden in de tijd van ...
‘Het regent’, ‘de zon schijnt’, ‘het gaat stormen’ zeggen we tegen elkaar. Nee, wij denken als het gaat onweren niet meer aan Wodan of andere heidense goden. We weten nu toch hoe het werkt? Voordat je wegfietst check je nog snel even de buitenrader op je mobiel.
We zijn ‘van God los’ geraakt. We zien niet meer dat alles bij ...
‘Hoe moet het nu verder?’ Met angstige ogen kijkt een vriendin je aan, ‘Thuis ging het al zo slecht en nu heeft mijn vader gisteren ook nog ontslag gehad. Nee, ik zou niet meer weten hoe het goed moet komen!’
Wat zijn er veel zorgen. Misschien heb jij ze ook wel. Mag ik je vragen of God ook jouw zorgen ...
Ben jij weleens echt sprakeloos geweest? Dat je echt totaal niet meer wist wat je moest zeggen? Misschien was dat bij iets heel moois. Of was het toen je hoorde dat iemand van wie je veel hield, gestorven was? Dan blijft er alleen een vraag over: waarom, Heere? Wat heb je eraan dat je op zo’n moment in God ...
‘In tegenspoed geduldig en in voorspoed dankbaar.’ Welke van deze twee gaat jou het beste af? Wacht even voor je antwoord geeft. Klopt het dat je wilde kiezen voor ‘in voorspoed dankbaar’? Heb jij de Heere al gedankt voor alles wat je gekregen hebt? Zet alles wat je vandaag uit Gods hand gekregen hebt eens op een rijtje en stel ...
Toen je heel klein was, vertrouwde je blindelings op je vader en je moeder. Je was ergens bang voor, maar je vader zei: ‘Stil maar. Ik ben er voor je, er kan niets gebeuren.’ Later ben je gaan zien dat, hoe lief je vader en moeder ook zijn, ze niet alles kunnen voorkomen.
Als je God je Vader mag noemen, ...
Geen woorden meer?
Psalmen 39:1-14
Uitleg
Ben jij weleens echt sprakeloos geweest? Dat je echt totaal niet meer wist wat je moest zeggen? Misschien was dat bij iets heel moois. Of was het toen je hoorde dat iemand van wie je veel hield, gestorven was? Dan blijft er alleen een vraag over: waarom, Heere? Wat heb je eraan dat je op zo’n moment in God geloofd? Ga dat maar eens aan iemand vragen die de Heere liefheeft en veel moeilijke dingen meegemaakt heeft. Of zullen we het aan David gaan vragen? Wanneer David Psalm 39 gemaakt heeft, weten we niet. Al lezend zie je dat hij voelt hoe broos zijn leven is. Hij lijdt aan zijn lichaam en aan zijn ziel en hij voelt het: dit komt door mijn zonden. Hij heeft zijn nood geklaagd bij de Heere en is nu ten einde raad. Hij weet het: dit komt van de Heere, Die gezondheid en ziekte geeft, Hij heeft hier een bedoeling mee. David zegt: ‘Ik ben verstomd, ik zal mijn mond niet opendoen, want Gij hebt het gedaan.’ Hoe moet je dat zien? Zegt David: Ik kan niet tegen God op, dus berust ik in mijn lijden? Nee, hij ziet zijn lijden als iets wat de Heere met wijze bedoelingen over hem gebracht heeft. David heeft dit verdiend. Dát is de troost van het geloof in God. Hij onderhoudt en regeert en geeft gezondheid en ziekte uit Zijn Vaderlijke hand. David heeft nog maar één woord, één gebed: ‘Mijn hoop, die is op U.’
Terug naar Bijbel & leesplannen
Deze Bijbelstudie maakt deel uit van een groter Bijbelrooster.
Download het Leesplan als PDF
Alle Leesplan dagen
-Dinsdag: God leidt
‘Dat is echt toevallig!’ Je bent op vakantie in een grote stad en je kunt de weg naar het parkeerterrein waar de auto van je ouders geparkeerd staat niet meer vinden. Het was vlak bij een werk, maar welke? Op dat moment spreekt iemand jou aan met de vraag hoe laat het is, want zijn parkeermeter loopt bijna af. Laat ...
-Woensdag: Altijd dichtbij
‘Ere zij God in de hoge!’ Je zong het als kind al uit volle borst mee. En inderdaad: God is de hoge, de heilige God. Hij is zo groot, zo machtig; daar kun jij je geen voorstelling van maken. Kijk ’s nachts maar eens naar de sterrenhemel, dan voel je hoe klein je bent. De Joden in de tijd van ...
-Donderdag: Het of Hij?
‘Het regent’, ‘de zon schijnt’, ‘het gaat stormen’ zeggen we tegen elkaar. Nee, wij denken als het gaat onweren niet meer aan Wodan of andere heidense goden. We weten nu toch hoe het werkt? Voordat je wegfietst check je nog snel even de buitenrader op je mobiel. We zijn ‘van God los’ geraakt. We zien niet meer dat alles bij ...
-Vrijdag: Jij bent bijzonder
‘Hoe moet het nu verder?’ Met angstige ogen kijkt een vriendin je aan, ‘Thuis ging het al zo slecht en nu heeft mijn vader gisteren ook nog ontslag gehad. Nee, ik zou niet meer weten hoe het goed moet komen!’ Wat zijn er veel zorgen. Misschien heb jij ze ook wel. Mag ik je vragen of God ook jouw zorgen ...
-Zaterdag: Geen woorden meer?
Ben jij weleens echt sprakeloos geweest? Dat je echt totaal niet meer wist wat je moest zeggen? Misschien was dat bij iets heel moois. Of was het toen je hoorde dat iemand van wie je veel hield, gestorven was? Dan blijft er alleen een vraag over: waarom, Heere? Wat heb je eraan dat je op zo’n moment in God ...
-Zondag: Altijd danken
‘In tegenspoed geduldig en in voorspoed dankbaar.’ Welke van deze twee gaat jou het beste af? Wacht even voor je antwoord geeft. Klopt het dat je wilde kiezen voor ‘in voorspoed dankbaar’? Heb jij de Heere al gedankt voor alles wat je gekregen hebt? Zet alles wat je vandaag uit Gods hand gekregen hebt eens op een rijtje en stel ...
-Maandag: Vaste liefde
Toen je heel klein was, vertrouwde je blindelings op je vader en je moeder. Je was ergens bang voor, maar je vader zei: ‘Stil maar. Ik ben er voor je, er kan niets gebeuren.’ Later ben je gaan zien dat, hoe lief je vader en moeder ook zijn, ze niet alles kunnen voorkomen. Als je God je Vader mag noemen, ...