En Paulus, staande in het midden van de plaats, genaamd Areopagus, zeide: Gij mannen van Athene! ik bemerke, dat gij alleszins gelijk als godsdienstiger zijt. Want de stad doorgaande, en aanschouwende uw heiligdommen, heb ik ook een altaar gevonden, op hetwelk een opschrift stond: DEN ONBEKENDEN GOD. Dezen dan, Dien gij niet kennende dient, verkondig ik ulieden. De God, Die de wereld gemaakt heeft en alles wat daarin is; Deze, zijnde een Heere des hemels en der aarde, woont niet in tempelen met handen gemaakt; En wordt ook van mensenhanden niet gediend, als iets behoevende, alzo Hij Zelf allen het leven, en den adem, en alle dingen geeft; En heeft uit een bloede het ganse geslacht der mensen gemaakt, om op den gehelen aardbodem te wonen, bescheiden hebbende de tijden te voren geordineerd, en de bepalingen van hun woning; Opdat zij den Heere zouden zoeken, of zij Hem immers tasten en vinden mochten; hoewel Hij niet verre is van een iegelijk van ons. Want in Hem leven wij, en bewegen ons, en zijn wij; gelijk ook enigen van uw poeten gezegd hebben: Want wij zijn ook Zijn geslacht. Wij dan, zijnde Gods geslacht, moeten niet menen, dat de Godheid goud, of zilver, of steen gelijk zij, welke door mensenkunst en bedenking gesneden zijn. God dan, de tijden der onwetendheid overzien hebbende, verkondigt nu allen mensen alom, dat zij zich bekeren. Daarom dat Hij een dag gesteld heeft, op welken Hij den aardbodem rechtvaardiglijk zal oordelen, door een Man, Dien Hij daartoe geordineerd heeft, verzekering daarvan doende aan allen, dewijl Hij Hem uit de doden opgewekt heeft. Als zij nu van de opstanding der doden hoorden, spotten sommigen daarmede; en sommigen zeiden: Wij zullen u wederom hiervan horen. En alzo is Paulus uit het midden van hen uitgegaan. Doch sommige mannen hingen hem aan, en geloofden; onder welke was ook Dionysius, de Areopagiet, en een vrouw, met name Damaris, en anderen met dezelve.
Uitleg
In Athene op de Areopagus waren geleerde mensen die wel eens wilden horen wat Paulus te zeggen had. Paulus vertelt hun over God als Schepper, Die ieder mens het leven en de adem geeft. God geeft met een doel: opdat zij de Heere zoeken en zich tot Hem bekeren. Wij krijgen veel goeds van God. Dan horen we Hem ook te zoeken om Hem te mogen leren kennen. Dan horen we ons tot Hem te bekeren en niet langer allerlei afgoden te dienen. Die boodschap komt ook tot ons: zoek de Heere. Ook wij kennen vanuit onszelf de Heere niet. Wij zijn van nature geen kinderen van God en geen echte gelovigen. Dus moeten we Hem vinden. Maar om Hem te vinden, moeten we Hem zoeken. Waar en hoe kun jij Hem zoeken? In Zijn Woord. Daarin maakt de Heere Zich bekend. Maar het is niet genoeg dat we deze dingen met ons verstand weten. Het gaat om het weten in het ware geloof. Hem kennen met hart in liefde en ootmoed. Daartoe is het werk van de Heilige Geest nodig. Dan leren we hoe verloren en schuldig we zijn buiten Hem. Is dat jouw nood? Zoek jij vanuit die armoe de Heere? Weet je wat het wonder is? God heeft Zijn Zoon gezonden. Opdat Hij zal zoeken en zalig maken dat verloren was. Ben jij een verlorene? Of valt dat wel mee? Kun jij het zelf wel? Dat is een verkeerde gedachte.
In de vierde bede vragen wij om ons dagelijks brood. We vragen dus niet om de garantie dat we over drie maanden brood zullen hebben. Elke dag opnieuw kregen de Israëlieten manna. Het was steeds voldoende voor één dag. Behalve op de zesde dag. Dan was er manna voor twee dagen, zodat de Israëlieten het op de sabbat ...
Van wie krijgen wij ons voedsel? Veel mensen zeggen: ik heb er zelf hard voor gewerkt. En inderdaad, de Bijbel leert ons: wie niet werken wil, zal ook niet eten. Je mag dus beste een verband leggen tussen ons werken en ons eten. Maar Psalm 145 laat een andere lijn zien. Voedsel, gezondheid en kracht krijgen we van de Heere. De ...
Maak jij je ook heel druk over je uiterlijk? Sommigen staan uren voor de spiegel, om er maar zo goed mogelijk uit te zien. Anderen kiezen voor opvallende kleding. We horen er verzorgd uit te zien, want we zijn schepselen van God. En kleren zijn er om de schande van onze naaktheid te bedekken. Dus niet om aandacht te trekken, ...
In Athene op de Areopagus waren geleerde mensen die wel eens wilden horen wat Paulus te zeggen had. Paulus vertelt hun over God als Schepper, Die ieder mens het leven en de adem geeft. God geeft met een doel: opdat zij de Heere zoeken en zich tot Hem bekeren. Wij krijgen veel goeds van God. Dan horen we Hem ook ...
Tijdens de woestijnreis gaf de Heere zes dagen in de week manna. Zo wilde de Heere ootmoed, nederigheid, leren. De mens is zo klein. Hij kan zelf zijn leven niet in stand houden. We zijn zo afhankelijk en we hebben geen rechten. Door onze zonden hebben we alle recht van spreken verspeeld. De Heere zou ons eeuwig moeten straffen. Want ...
Volgens Psalm 37 zijn er twee soorten mensen: rechtvaardigen en goddelozen. Rechtvaardigen vrezen de Heere. Zij leven niet meer volgens de zonden en de wereld, maar volgens Gods geboden. Door het geloof mogen ze de Heere kennen. Ze hebben de Heere Jezus nodig tot hun verlossing. Ze willen graag leven volgens de regel ‘God liefhebben boven alles en de naaste als ...
Jeremia moest het volk Israël vloek en zegen voorhouden. Eerst spreekt hij hen aan die op een mens, of op zichzelf, vertrouwen. Die in denken en doen niet met de Heere rekenen. Ze stellen zichzelf tot norm. Die mensen zijn vervloekt. Dat is wat. De grote God spreekt de vloek over hen uit. Hoor jij daar eigenlijk ook bij? ...
Doel
Handelingen 17:22-34
Uitleg
In Athene op de Areopagus waren geleerde mensen die wel eens wilden horen wat Paulus te zeggen had. Paulus vertelt hun over God als Schepper, Die ieder mens het leven en de adem geeft. God geeft met een doel: opdat zij de Heere zoeken en zich tot Hem bekeren. Wij krijgen veel goeds van God. Dan horen we Hem ook te zoeken om Hem te mogen leren kennen. Dan horen we ons tot Hem te bekeren en niet langer allerlei afgoden te dienen. Die boodschap komt ook tot ons: zoek de Heere. Ook wij kennen vanuit onszelf de Heere niet. Wij zijn van nature geen kinderen van God en geen echte gelovigen. Dus moeten we Hem vinden. Maar om Hem te vinden, moeten we Hem zoeken. Waar en hoe kun jij Hem zoeken? In Zijn Woord. Daarin maakt de Heere Zich bekend. Maar het is niet genoeg dat we deze dingen met ons verstand weten. Het gaat om het weten in het ware geloof. Hem kennen met hart in liefde en ootmoed. Daartoe is het werk van de Heilige Geest nodig. Dan leren we hoe verloren en schuldig we zijn buiten Hem. Is dat jouw nood? Zoek jij vanuit die armoe de Heere? Weet je wat het wonder is? God heeft Zijn Zoon gezonden. Opdat Hij zal zoeken en zalig maken dat verloren was. Ben jij een verlorene? Of valt dat wel mee? Kun jij het zelf wel? Dat is een verkeerde gedachte.
Terug naar Bijbel & leesplannen
Deze Bijbelstudie maakt deel uit van een groter Bijbelrooster.
Download het Leesplan als PDF
Alle Leesplan dagen
-Dinsdag: Ons dagelijks brood
In de vierde bede vragen wij om ons dagelijks brood. We vragen dus niet om de garantie dat we over drie maanden brood zullen hebben. Elke dag opnieuw kregen de Israëlieten manna. Het was steeds voldoende voor één dag. Behalve op de zesde dag. Dan was er manna voor twee dagen, zodat de Israëlieten het op de sabbat ...
-Woensdag: Afhankelijk
Van wie krijgen wij ons voedsel? Veel mensen zeggen: ik heb er zelf hard voor gewerkt. En inderdaad, de Bijbel leert ons: wie niet werken wil, zal ook niet eten. Je mag dus beste een verband leggen tussen ons werken en ons eten. Maar Psalm 145 laat een andere lijn zien. Voedsel, gezondheid en kracht krijgen we van de Heere. De ...
-Donderdag: Belangrijk
Maak jij je ook heel druk over je uiterlijk? Sommigen staan uren voor de spiegel, om er maar zo goed mogelijk uit te zien. Anderen kiezen voor opvallende kleding. We horen er verzorgd uit te zien, want we zijn schepselen van God. En kleren zijn er om de schande van onze naaktheid te bedekken. Dus niet om aandacht te trekken, ...
-Vrijdag: Doel
In Athene op de Areopagus waren geleerde mensen die wel eens wilden horen wat Paulus te zeggen had. Paulus vertelt hun over God als Schepper, Die ieder mens het leven en de adem geeft. God geeft met een doel: opdat zij de Heere zoeken en zich tot Hem bekeren. Wij krijgen veel goeds van God. Dan horen we Hem ook ...
-Zaterdag: Het Woord van de Gever
Tijdens de woestijnreis gaf de Heere zes dagen in de week manna. Zo wilde de Heere ootmoed, nederigheid, leren. De mens is zo klein. Hij kan zelf zijn leven niet in stand houden. We zijn zo afhankelijk en we hebben geen rechten. Door onze zonden hebben we alle recht van spreken verspeeld. De Heere zou ons eeuwig moeten straffen. Want ...
-Zondag: Rijk of arm
Volgens Psalm 37 zijn er twee soorten mensen: rechtvaardigen en goddelozen. Rechtvaardigen vrezen de Heere. Zij leven niet meer volgens de zonden en de wereld, maar volgens Gods geboden. Door het geloof mogen ze de Heere kennen. Ze hebben de Heere Jezus nodig tot hun verlossing. Ze willen graag leven volgens de regel ‘God liefhebben boven alles en de naaste als ...
-Maandag: Vloek en zegen
Jeremia moest het volk Israël vloek en zegen voorhouden. Eerst spreekt hij hen aan die op een mens, of op zichzelf, vertrouwen. Die in denken en doen niet met de Heere rekenen. Ze stellen zichzelf tot norm. Die mensen zijn vervloekt. Dat is wat. De grote God spreekt de vloek over hen uit. Hoor jij daar eigenlijk ook bij? ...