En op het feest was de stadhouder gewoon den volke een gevangene los te laten, welken zij wilden. En zij hadden toen een welbekenden gevangene, genaamd Bar-abbas. Als zij dan vergaderd waren, zeide Pilatus tot hen: Welken wilt gij, dat ik u zal loslaten, Bar-abbas, of Jezus, Die genaamd wordt Christus? Want hij wist, dat zij Hem door nijdigheid overgeleverd hadden. En als hij op den rechterstoel zat, zo heeft zijn huisvrouw tot hem gezonden, zeggende: Heb toch niet te doen met dien Rechtvaardige; want ik heb heden veel geleden in den droom om Zijnentwil. Maar de overpriesters en de ouderlingen hebben den scharen aangeraden, dat zij zouden Bar-abbas begeren, en Jezus doden. En de stadhouder, antwoordende, zeide tot hen: Welken van deze twee wilt gij, dat ik u zal loslaten? En zij zeiden: Bar-abbas. Pilatus zeide tot hen: Wat zal ik dan doen met Jezus, Die genaamd wordt Christus? Zij zeiden allen tot hem: Laat Hem gekruisigd worden. Doch de stadhouder zeide: Wat heeft Hij dan kwaads gedaan? En zij riepen te meer, zeggende: Laat Hem gekruisigd worden! Als nu Pilatus zag, dat hij niet vorderde, maar veel meer dat er oproer werd, nam hij water en wies de handen voor de schare, zeggende: Ik ben onschuldig aan het bloed dezes Rechtvaardigen; gijlieden moogt toezien. En al het volk, antwoordende, zeide: Zijn bloed kome over ons, en over onze kinderen. Toen liet hij hun Bar-abbas los, maar Jezus gegeseld hebbende, gaf hij Hem over om gekruisigd te worden. Toen namen de krijgsknechten des stadhouders Jezus met zich in het rechthuis, en vergaderden over Hem de ganse bende.
Uitleg
Mattheüs 27:15-16
En op het feest was de stadhouder gewoon den volke een gevangene los te laten, welken zij wilden. En zij hadden toen een welbekenden gevangene, genaamd Bar-abbas.
Pilatus is ervan overtuigd: Jezus van Nazareth is onschuldig. Tot tweemaal toe laat de stadhouder het horen: Hij is onschuldig. Hij heeft ‘in deze Mens geen schuld gevonden, van hetgeen daar gij Hem mede beschuldigt’. Dat is duidelijke taal. Jezus kan losgelaten worden. Maar … hoe moet Pilatus het doen? Hij weet het. Er is een door hem ingestelde gewoonte, om op het feest een gevangen los te laten, naar keuze van de bevolking. En wat doet Pilatus? Hij stelt Jezus op het tweetal met Bar-abbas, een beruchte, of beroemde lestes, rover, zeloot. Waarschijnlijk zit hij vast voor moord. De keuze moet niet moeilijk zijn: ze zullen Jezus laten gaan. Maar … het volk kiest voor Bar-abbas. Terwijl Pilatus de droom van zijn vrouw hoort, hitsten de overpriesters en de ouderlingen of oudsten het volk op. Bar-abbas, moet losgelaten worden. Zijn naam betekent ‘zoon van vader’. Hij staat naast dé Zoon van de Vader. De laatste zal overgegeven worden om gekruisigd te worden. Niet Bar-abbas, maar Jezus van Nazareth, de Zoon van de levende God. De aardse rechter heeft Hem onschuldig verklaard en toch veroordeelt hij Hem. Dat is het grofste onrecht. De hemelse Rechter verklaart hetzelfde: Hij is onschuldig en toch veroordeel Ik Hem. En dat is het hoogste recht, het recht van de liefde van God.
Zingen: Psalm 85:4
Ter overdenking: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Die Mijn woord hoort, en gelooft Hem, Die Mij gezonden heeft, die heeft het eeuwige leven, en komt niet in de verdoemenis, maar is uit den dood overgegaan in het leven.
Want Herodes had Johannes gevangen genomen, en hem gebonden, en in den kerker gezet, om Herodias’ wil, de huisvrouw van Filippus, zijn broeder.
Johannes is door Herodes gevangen, gebonden en gedood! Op het moment van ons Bijbelgedeelte leeft Johannes niet meer. Hij is op bevel van diezelfde ...
Weest haastelijk welgezind jegens uw wederpartij, terwijl gij nog met hem op den weg zijt; opdat de wederpartij niet misschien u den rechter overlevere, en de rechter u den dienaar overlevere, en gij in de gevangenis geworpen wordt.
Jezus is Zijn onderwijs in dit deel van de Bergrede ...
Doch hij wilde niet, maar ging heen, en wierp hem in de gevangenis, totdat hij de schuld zou betaald hebben.
We lezen vandaag een bekende gelijkenis. Twee dienaren van de koning. Beiden hadden schuld. De eerste bij de koning en de andere bij zijn mede-dienaar. De eerste werd ...
Die nu Jezus gevangen hadden, leidden Hem heen tot Kajafas, den hogepriester, alwaar de Schriftgeleerden en ouderlingen vergaderd waren.
Jezus is gevangen genomen. Laat in de avond is Hij gegrepen. Tijd om te slapen. Maar dit kan niet gezegd worden van Kajafas en het Sanhedrin. Ze zijn de ...
En op het feest was de stadhouder gewoon den volke een gevangene los te laten, welken zij wilden. En zij hadden toen een welbekenden gevangene, genaamd Bar-abbas.
Pilatus is ervan overtuigd: Jezus van Nazareth is onschuldig. Tot tweemaal toe laat de stadhouder het horen: Hij is onschuldig. ...
Maar de engel, antwoordende, zeide tot de vrouwen: Vreest gijlieden niet; want ik weet, dat gij zoekt Jezus, Die gekruisigd was. Hij is hier niet; want Hij is opgestaan, gelijk Hij gezegd heeft. Komt herwaarts, ziet de plaats, waar de Heere gelegen heeft.
Zondag: Een welbekende gevangene
Mattheüs 27:15-27:16
Uitleg
Mattheüs 27:15-16
En op het feest was de stadhouder gewoon den volke een gevangene los te laten, welken zij wilden. En zij hadden toen een welbekenden gevangene, genaamd Bar-abbas.
Pilatus is ervan overtuigd: Jezus van Nazareth is onschuldig. Tot tweemaal toe laat de stadhouder het horen: Hij is onschuldig. Hij heeft ‘in deze Mens geen schuld gevonden, van hetgeen daar gij Hem mede beschuldigt’. Dat is duidelijke taal. Jezus kan losgelaten worden. Maar … hoe moet Pilatus het doen? Hij weet het. Er is een door hem ingestelde gewoonte, om op het feest een gevangen los te laten, naar keuze van de bevolking. En wat doet Pilatus? Hij stelt Jezus op het tweetal met Bar-abbas, een beruchte, of beroemde lestes, rover, zeloot. Waarschijnlijk zit hij vast voor moord. De keuze moet niet moeilijk zijn: ze zullen Jezus laten gaan. Maar … het volk kiest voor Bar-abbas. Terwijl Pilatus de droom van zijn vrouw hoort, hitsten de overpriesters en de ouderlingen of oudsten het volk op. Bar-abbas, moet losgelaten worden. Zijn naam betekent ‘zoon van vader’. Hij staat naast dé Zoon van de Vader. De laatste zal overgegeven worden om gekruisigd te worden. Niet Bar-abbas, maar Jezus van Nazareth, de Zoon van de levende God. De aardse rechter heeft Hem onschuldig verklaard en toch veroordeelt hij Hem. Dat is het grofste onrecht. De hemelse Rechter verklaart hetzelfde: Hij is onschuldig en toch veroordeel Ik Hem. En dat is het hoogste recht, het recht van de liefde van God.
Zingen: Psalm 85:4
Ter overdenking: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Die Mijn woord hoort, en gelooft Hem, Die Mij gezonden heeft, die heeft het eeuwige leven, en komt niet in de verdoemenis, maar is uit den dood overgegaan in het leven.
Terug naar Bijbel & leesplannen
Deze Bijbelstudie maakt deel uit van een groter Bijbelrooster.
Download het Leesplan als PDF
Alle Leesplan dagen
-Dinsdag: Dinsdag: Gevangen en gebonden
Mattheüs 14:3
Want Herodes had Johannes gevangen genomen, en hem gebonden, en in den kerker gezet, om Herodias’ wil, de huisvrouw van Filippus, zijn broeder.
Johannes is door Herodes gevangen, gebonden en gedood! Op het moment van ons Bijbelgedeelte leeft Johannes niet meer. Hij is op bevel van diezelfde ...
-Woensdag: Woensdag: Overgeleverd en gevangen
Mattheüs 5:25
Weest haastelijk welgezind jegens uw wederpartij, terwijl gij nog met hem op den weg zijt; opdat de wederpartij niet misschien u den rechter overlevere, en de rechter u den dienaar overlevere, en gij in de gevangenis geworpen wordt.
Jezus is Zijn onderwijs in dit deel van de Bergrede ...
-Donderdag: Donderdag: Vergeven
Mattheüs 18:30
Doch hij wilde niet, maar ging heen, en wierp hem in de gevangenis, totdat hij de schuld zou betaald hebben.
We lezen vandaag een bekende gelijkenis. Twee dienaren van de koning. Beiden hadden schuld. De eerste bij de koning en de andere bij zijn mede-dienaar. De eerste werd ...
-Vrijdag: Vrijdag: Gevangen en bezocht
Mattheüs 25:36
Ik was naakt, en gij hebt Mij gekleed; Ik ben krank geweest, en gij hebt Mij bezocht; Ik was in de gevangenis, en gij zijt tot Mij gekomen.
De woorden die Jezus hier spreekt, heeft Hij uitgesproken aan het einde van Zijn leven. We weten dat Hij bij ...
-Zaterdag: Zaterdag: De Koning gevangen en weggeleid
Mattheüs 26:57
Die nu Jezus gevangen hadden, leidden Hem heen tot Kajafas, den hogepriester, alwaar de Schriftgeleerden en ouderlingen vergaderd waren.
Jezus is gevangen genomen. Laat in de avond is Hij gegrepen. Tijd om te slapen. Maar dit kan niet gezegd worden van Kajafas en het Sanhedrin. Ze zijn de ...
-Zondag: Zondag: Een welbekende gevangene
Mattheüs 27:15-16
En op het feest was de stadhouder gewoon den volke een gevangene los te laten, welken zij wilden. En zij hadden toen een welbekenden gevangene, genaamd Bar-abbas.
Pilatus is ervan overtuigd: Jezus van Nazareth is onschuldig. Tot tweemaal toe laat de stadhouder het horen: Hij is onschuldig. ...
-Maandag: Maandag: De gevangenis ontbonden
Mattheüs 28:5-6
Maar de engel, antwoordende, zeide tot de vrouwen: Vreest gijlieden niet; want ik weet, dat gij zoekt Jezus, Die gekruisigd was. Hij is hier niet; want Hij is opgestaan, gelijk Hij gezegd heeft. Komt herwaarts, ziet de plaats, waar de Heere gelegen heeft.
Met Mattheüs 28 ...