Black Friday: kopersbedrog en zelfbedrog
Black Friday belooft weer een geweldig succes te worden. In ieder geval voor de winkeliers. Veelbelovende aanbiedingen met voorgespiegelde kortingen trekken de consument uit zijn stoel om zijn denkbeeldige slag te slaan. Waarbij die stoel natuurlijk figuurlijk is, want ook vanuit de fauteuil, met de laptop op schoot, kunnen online de aanbiedingen worden binnengehaald. En voor koopjes is de consument gevoelig. Dat weet elke ondernemer.
Black Friday kwam overgewaaid uit de Verenigde Staten. Thanksgiving –de nationale dankdag op de vierde donderdag in november– wordt gevolgd door een vrije vrijdag, veelal gebruikt als de start voor de kerstinkopen. Over de herkomst van de naam heerst onzekerheid. Duidt die op de enorme verkeersdrukte op deze dag, of verwijst die naar de dag dat de winkeliers niet langer rode cijfers schrijven, maar vanaf die dag de jaarwinst gaan opbouwen. Zeker is dat winkeliers proberen van hun oude voorraden af te komen en om er een extra slaatje uit te slaan.
Kortingen op artikelen tot wel 75 procent zijn geen uitzondering. Dat is in Nederland wel iets minder, maar toch roepen de advertenties in het consumentenbrein iets van begeerte op. Helaas valt er op die kortingen –en niet alleen die op Black Friday– heel wat af te dingen. Consumenten die de prijzen kennen, komen tot de opmerkelijke conclusie dat artikelen eerst in prijs stijgen, dan vervolgens in een aanbieding verpakt in de etalage gezet worden. En de consument maar denken een goede slag te hebben geslagen. Maar eigenlijk bij de neus genomen is.
De Consumentenbond waarschuwde deze week dat veel webwinkels nog steeds adverteren met verzonnen aanbiedingen. Onderzoek door de bond bracht aan het licht dat de veelal door de winkels doorstreepte ”van-prijs” zelden door de winkelier werd gerekend. De bond peilde drie maanden lang wekelijks de prijzen bij 100 webwinkels en kwam diverse nepaanbiedingen op het spoor. Van elektrische tandenborstels tot luidsprekers. Prijsmisleiding, vindt de Consumentenbond, en in strijd met de wet.
Er zijn meer methoden om de klant te paaien. Grote winkelketens laten bekende merken soms aparte partijen (bijvoorbeeld kleding) maken. Het dure label komt erop, maar de kwaliteit is veel minder. In outletwinkels gaan dergelijke artikelen als broodjes over de toonbank. Ook hier is sprake van oneerlijkheid; het heeft met slim zakendoen of goede handelsgeest niets te maken. Wel met kopersbedrog. Waarbij natuurlijk gewaakt moet worden niet elke ondernemer in de verdachtenbank te zetten. Zeker zijn er eerlijke, hardwerkende winkeliers, die met aantrekkelijke aanbiedingen zichzelf en hun kopers dienen.
Tegelijk moet ook bedacht worden dat de consument niet vrijuit gaat. Die laat gemakkelijk het gezonde verstand varen en wordt meegesleept door zijn begeerte. Naast kopersbedrog speelt vooral ook zelfbedrog. Maar altijd geldt nog: wat te mooi lijkt om waar te zijn, is dat meestal ook.