PKN belijdt schuld tegenover Joden
De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) heeft zondag schuld beleden tegenover de Joodse gemeenschap. „Antisemitisme is zonde tegen God en tegen mensen.”
Dr. R. de Reuver, scriba van de generale synode van de Protestantse Kerk, zei zondag tijdens de Kristallnachtherdenking in de Raw Aron Schuster Synagoge in Amsterdam dat zijn kerk „zonder terughoudendheid” erkent dat ze mede de voedingsbodem heeft bereid waarin het zaad van antisemitisme en haat kon groeien. „Wij schoten tekort in spreken en in zwijgen, in doen en in laten, in houding en in gedachten.”
Moordcampagne
Tijdens de zogeheten Kristallnacht, van 9 op 10 november 1938, begon in Duitsland met een eerste pogrom „de gewetenloze, machinale moordcampagne waaraan in de daaropvolgende jaren zes miljoen Joden ten prooi vielen”, zei dr. De Reuver. „Maar zoals Abel Herzberg schreef in zijn dagboek uit Bergen Belsen: Er zijn in de Tweede Wereldoorlog geen zes miljoen Joden uitgeroeid, maar er is één Jood vermoord en dat zes miljoen keer. Ook andere groepen vielen uitsluiting, wegvoering en moord ten deel. Het is onvoorstelbaar hoe groot het verdriet is dat de Shoah in de Joodse gemeenschap heeft teweeggebracht en hoe diep de pijn die de overlevenden hebben gevoeld. Een pijn die door de volgende generaties wordt meegedragen en ervaren.”
De PKN „erkent” dat verdriet en die pijn. Dat de kerk pas in het 75e jaar na de bevrijding op deze wijze het gesprek met de Joodse gemeenschap voert, noemde de scriba „laat.” Maar: „Naar wij hopen niet té laat. De Protestantse Kerk in Nederland wil zonder terughoudendheid erkennen dat de kerk mede de voedingsbodem heeft bereid waarin het zaad van antisemitisme en haat kon groeien. Eeuwenlang werd de kloof in stand gehouden die later de Joden in de samenleving dusdanig kon isoleren dat ze konden worden weggevoerd en vermoord.”
Volgens dr. De Reuver heeft ook in de oorlogsjaren zelf het de kerkelijke instanties veelal aan moed ontbroken om voor de Joodse inwoners van Nederland positie te kiezen. „Dit ondanks de daden van ongelofelijke persoonlijke moed die, God zij dank, ook door leden van de kerken werden verricht. Met dankbaarheid gedenken wij hen die de moed hadden om tijdens de oorlog in verzet te komen.”
De PKN erkent daarnaast dat de opvang van de Joden die na 1945 terugkeerden in Nederland tot schrijnende situaties heeft geleid. „Pijnlijke” voorbeelden daarvan zijn de problemen die werden ondervonden bij de terugkeer van oorlogspleegkinderen naar de Joodse gemeenschap en bij de teruggave van bezit.
Schuldig
Dr. De Reuver: „In de erkenning van dit alles belijdt de kerk schuld. Vandaag in het bijzonder tegenover de Joodse gemeenschap. Want antisemitisme is zonde tegen God en tegen mensen. Ook de Protestantse Kerk is deel van deze schuldige geschiedenis. Wij schoten tekort in spreken en in zwijgen, in doen en in laten, in houding en in gedachten. Mogen alle slachtoffers van de grote verschrikking een gedachtenis en naam hebben in het hart van de Eeuwige, de God van Israël. Dat alle geliefden die worden gemist, niet worden vergeten.”
De Protestantse Kerk wil „alles doen wat mogelijk is” om de Joods-christelijke relaties verder uit te laten groeien tot „een diepe vriendschap van twee gelijkwaardige partners, onder andere verbonden in de strijd tegen het hedendaagse antisemitisme.”