Kerk & religie
‘Anastiasius Veluanus’ te gast in Deventer

Het stokje van de Reformatie-estafette van de Protestantse Kerk in Nederland is zaterdag door Gelderland overgedragen aan Overijssel.

Jan van Reenen
7 January 2017 19:54Gewijzigd op 16 November 2020 09:31
Veluanus arriveert in Deventer. beeld Ruben Meijerink
Veluanus arriveert in Deventer. beeld Ruben Meijerink

Om goed half twee komt Anastasius Veluanus met de boot aan op de kade in Deventer. Het kan niet missen dat hij het is: de reformator van de Veluwe draagt een zwarte toga met bijbehorende baret. Ds. K. van den Broeke, de synodepreses van de Protestantse Kerk heet hem met een paar woorden en een handdruk welkom. Ze zegt dat de Veluwenaar (die leefde van circa 1519 tot 1570) de kracht van de genade heeft leren kennen. Dat hij die verkondigde en dat hij opnieuw bepaald werd bij het Woord.

Veluanus –in werkelijkheid ds. René van den Beld, emeritus predikant te Baarn– schenkt haar het door hem geschreven boek ”Der Leken Wechwyser”. Hij geeft aan dat hij zich in dat boek heeft willen verantwoorden dat hij niet leeft „van zijn eigen werken maar van de werken van onze Heere.”

Daarna gaat het in optocht achter de estafettevlag aan naar de Lebuïsnuskerk. Bij het oversteken van de weg waarschuwt een wandelaar Veluanus voor voorbijrijdende auto’s, die sneller gaan dan de paardenwagens.

Om twee uur luidt de klok van het bedehuis voor de bijeenkomst. Naast Veluanus staan er op het podium twee mensen die veel voor Deventer betekend hebben: Geert Grote, gekleed in een eenvoudige zwarte monnikspij met witte gordel, en Lebuïnus in een lang rood gewaad.

Veluanus vertelt over zijn omkeer: „Er was iets groots dat boven ons uitgaat. Ik ontdekte een licht, dwars door de bossen van de Veluwe heen. Ik deed het werk van pastoor, maar dat voelde niet goed meer. Kon ik wel een offer opdragen? Christus had dat offer toch voor mij gebracht? Moest ik wel ongetrouwd blijven? Het voelde als nieuw toen ik merkte dat ik het houden van de Tien Geboden als een onmogelijke opdracht kon beschouwen. Hoe goed moet je zijn?”

Grote: „Tussen mij en jou zitten honderdvijftig jaar. Het is de functie van het geweten die ons verbindt. Ik ontdekte dat het persoonlijk gebed en de vergeving van grote waarde waren. Ik stichtte een gemeenschap voor vrouwen om mensen te helpen. Het ideaal van eenheid is ten koste gegaan van de volksaard. Hoe goed moet je zijn?”

Lebuïnus: „Toen ik in Deventer een houten kerk bouwde, zagen de Saksen me als een onderdrukker. Ze staken de stad en de kerk in brand en ik ben teruggegaan naar Utrecht. Paulus heeft mij volharding geleerd en ik ben teruggekeerd. Het duurde honderd jaar voor de Saksen overgingen tot het Evangelie. Vooral de verering van de relieken overtuigde hen.”

In het publiek staat een man op, Henk Stavast. De ”psychotherapeut” begrijpt al dat theologische gepraat niet. Wel komt hij ook nu veel mensen tegen die worstelen met hun geweten. „Velen vragen zich af hoe goed ze moeten zijn. Ze denken dat ze niet goed genoeg zijn. Het bijgeloof zit er nog steeds in.”

Op zijn vraag of Veluanus de mensen nog steeds met het Woord om de oren slaat, antwoordt deze: „Ik sla de mensen niet met het Woord om de oren, maar het is de genade die in de ruimte stelt.” Stavast informeert ook naar de mening van Veluanus over de boektitel van de bestseller ”Ik ben o.k. Jij bent o.k.” Veluanus: „Het is genade dat God tegen mensen zegt: „Jij bent oké.”

Het viertal sluit samen af met: „O mens, Go Ahead, word wie je mag zijn.”

Jubileumcampagne

Van 31 oktober 2016 tot en met 31 oktober 2017 staat de Protestantse Kerk in Nederland stil bij de Reformatieherdenking met de jubileumcampagne ”500 jaar protestant. Geloofwaardig”. Onderdeel daarvan is een estafette van provincie naar provincie. Limburg was in november als eerste aan de beurt, waarna Gelderland in december volgde. Zaterdag werd het estafettestokje aan Overijssel overgegeven. Het thema voor de activiteiten van deze provincie is ”Hoe goed moet je zijn?”

De afsluitende bijeenkomst voor Gelderland vond zaterdagmorgen plaats in Garderen, waar kerkhistoricus dr. William den Boer een lezing hield over Anastasius Veluanus. Deze vroege reformator was van 1544 tot 1550 pastoor te Garderen en is vooral bekend geworden door zijn boek ”Der Leken Wechwyser”.

Een gedenksteen aan de muur voor in de kerk herinnert aan de Veluwse kerkhervormer. Buiten de kerk toont een beeldengroep het moment dat Veluanus werd gevangen genomen en weggeleid.

Ds. René van den Beld, emeritus predikant te Baarn, las teksten voor uit ”Der leken Wechwyser”. De in toga en baret geklede ‘Veluanus’ vertrok later op de dag naar Deventer. Deze stad was uitgekozen voor de start van ”500 jaar protestant” in Overijssel. Bekende kerkhistorische personen uit Deventer figureerden tijdens de bijeenkomst in de Lebuïniskerk, namelijk Geert Grote (1340-1384) (emeritus predikant ds. Reinier Gosker) en de achtste-eeuwse Lebuïnus (ds. Martje Veenstra uit Wijhe). Ds. Arjen van der Spek uit Holten trad op als psychotherapeut Henk Stavast.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer