Overijsselse boeren leggen minister Adema het vuur na aan de schenen
Met een nieuwe reeks kabinetsbrieven in zicht, heeft een deel van de boeren het helemaal gehad met het stikstofbeleid. Dat bleek woensdagavond in het Overijsselse Zwartsluis, waar landbouwminister Piet Adema het voor een volgepakte zaal agrariërs af en toe hard te verduren kreeg.
Actiegroep Agractie had voor zijn regionale bijeenkomst –met Adema als speciale gast– een symbolische locatie uitgezocht: een van de vergaderzalen boven de stal van natuurboerderij Weidevol. De eigenaren Hermen en Leanne Spans willen op hun biologisch melkveebedrijf, dat vlakbij het Natura 2000-gebied De Wieden ligt, bewijzen dat landbouw en natuurbeheer goed samen kunnen gaan.
Maar Overijssel is deze weken in het nieuws omdat de provincie door natuurorganisaties via de rechter gedwongen wordt om te handhaven bij zogeheten PAS-melders. Deze boeren beschikken door falend stikstofbeleid van de overheid niet over een geldige natuurvergunning. Zij moeten hun veestapel inkrimpen, anders dreigt een zware dwangsom.
„We gaan het niet alleen over PAS-melders hebben”, zei Agractie-voorman Bart Kemp tegen de ongeveer 200 aanwezige boeren. Toch was dit het eerste waar die tegen de minister over begonnen.
Adema kreeg de ene na de andere vraag op zich afgevuurd: Waarom ontbreekt in Den Haag de politieke wil om de PAS-melders te legaliseren? Waarom is de belofte van Schouten (minister van landbouw onder het vorige kabinet, TR) nog niet ingelost? Hoe kunt u ons legaliseren als de provincie zegt dat extern salderen vastloopt op het verbod op staatssteun?
Meeleven
De bewindsman betuigde zijn medeleven met de gedupeerden, maar veel duidelijkheid kon hij niet geven. „Dat de provincie nu moet handhaven, doet ongelofelijk pijn. We hebben afgesproken dat de PAS-melders uiterlijk in 2025 gelegaliseerd zijn. Daar werkt het kabinet hard aan”.
Die klus is ingewikkeld. Voorop staat voor Adema dat de vergunningen straks niet via de rechter onderuitgehaald moeten kunnen worden.
Dinsdag lekte uit dat het kabinet 2000 tot 3000 boeren met een hoge stikstofuitstoot op kwetsbare natuur wil benaderen met het verzoek om hun bedrijf te verplaatsen of te beëindigen. Wie stopt, kan 120 procent van de waarde van zijn bedrijf vergoed krijgen. Welke waarde daarbij precies als referentie dient, is vooralsnog onduidelijk. Adema wilde niet op het uitgelekte nieuws reageren: „Vrijdag komt het kabinet met een brief”.
Een boze boer noemde de stoppersregeling een „terreurmaatregel” en hield de minister het begin van Jesaja 10 voor: ”Wee dengenen, die ongerechte inzettingen inzetten”.
Bart Kemp greep resoluut in: „We gaan niet op de man spelen”. Adema: „Dit komt wel dichtbij. U hoeft mij niet te vertellen hoe groot de zorgen zijn. Ik heb bij huilende boeren aan tafel gezeten.” „Laat ons dan met rust”, hield de boer vol.
De minister probeerde de discussie om te buigen naar het onderwerp waar hij zelf primair voor verantwoordelijk is: perspectief voor de Nederlandse boeren. Adema wil komend voorjaar een landbouwakkoord presenteren, waarin de boeren tot zeker 2040 duidelijkheid en zekerheid moeten krijgen. Daarbij gaat het niet alleen over stikstof, maar ook over zaken als het klimaat en de kwaliteit van water en bodem.
Toekomst
Dat akkoord wil hij samen met boeren maar ook met andere betrokkenen, waaronder natuurorganisaties, uitwerken. Hij is er al enkele weken voor op pad. „Misschien verwachten sommigen in Den Haag vrijdag van mij een gedetailleerde brief. Maar die komt er niet. Ik ga niet over de hoofden van de boeren heen beslissen hoe hun toekomst eruit ziet”.
Agractie-voorman Bart Kemp peilde onder de boeren welke strategie zijn organisatie de komende tijd moet volgen: de ”kont tegen de krib” en nieuwe acties of ”damage control” – proberen het beleid te beïnvloeden om de schade voor de boeren te beperken. Slechts enkele boeren staken hun hand op voor de eerste optie, maar ook voor het alternatief liepen er maar weinig warm.
De minister sprong er gelijk op in. „Ik wil het scherp neerzetten: er is meer te halen dan damage control. Jullie hebben recht op duidelijkheid, zekerheid en rust voor de komende twintig jaar. We kunnen nu goede afspraken maken. Dat geeft ook rust op het politieke front.”
Verdienmodel
Volgens Adema zijn boeren „te veel klem gezet” in de afzetketen. Hij kondigde wetgeving aan om het verdienmodel van de boeren te verbeteren. Een jonge boer zei dat hij daar moeite mee heeft. „Wij willen geen communistische planeconomie. De markt moet zijn werk doen, de consument bepaalt wat wij moeten produceren.” De minister: „Natuurlijk, maar wij kunnen wel zorgen dat de consument jullie een goede prijs betaalt. Dat zal jullie meer lucht geven.”
Een andere boer betwijfelde of consumenten met de huidige inflatie wel meer kúnnen betalen. Hij vind dat Nederland voor zijn voedselvoorziening niet afhankelijk moet worden van andere landen, zoals met energie het geval is.
De minister kreeg in Zwartsluis meer hete hangijzers voor de voeten geworpen. Het verlies van de derogatie bijvoorbeeld, waardoor Nederlandse boeren straks minder mest op hun land mogen brengen maar vervolgens dure kunstmest moeten aankopen om hun gewassen aan het groeien te houden. Niet uit te leggen, vind ook Adema. „Maar we krijgen de derogatie niet terug”. Wel lijkt er volgens hem in Brussel een opening te komen voor toelating van groene kunstmestvervangers, gemaakt van dierlijke mest. „Maar die opening is heel kwetsbaar. Europa kijkt strak of Nederland er geen misbruik van maakt”.
Een ander voorbeeld is de voortdurende krimp van de oppervlakte landbouwgrond in Nederland. „Het wordt tijd om onze grond te beschermen tegen oprukkende natuur en andere kapers op de kust”, zei een boer. Een collega vulde aan: „We moeten voor onze voedselvoorziening niet afhankelijk worden van het buitenland, zoals nu al met energie het geval is.”
Adema verwees naar de gebiedsprocessen die in de provincies lopen over de toekomst van het platteland. „Zorg dat jullie daar aan tafel zitten.”