Op de bijeenkomst van de Wereldraad van Kerken in Karlsruhe heeft aartsbisschop Jevstratij verklaard dat de Oekraïens-Orthodoxe Kerk lid wil worden van de Wereldraad.
„De afgelopen decennia werd er in de Wereldraad van Kerken wel gesproken over Oekraïne, maar zonder vertegenwoordigers uit Oekraïne”, zei de aartsbisschop over de aanvraag. „Zo’n vreemde situatie kunnen we niet voortzetten.”
Hij was optimistisch over een positieve beoordeling: „Oekraïne is al meer dan duizend jaar een christelijke natie, met miljoenen gelovigen.” Die wijs je niet zomaar de deur, wilde de aartsbisschop maar zeggen.
Daar komen volgens hem eeuwen aan onderdrukking bij: „Meer dan drie eeuwen lang probeerden het Russische Rijk en vervolgens de Sovjet-Unie de uniciteit van het Oekraïense volk uit te wissen. Onze taal werd verboden, onze kerk geannexeerd en gebruikt als een instrument van keizerlijk beleid.” Het is niet meer dan rechtvaardig dat de Oekraïense kerk lid wordt van de koepelorganisatie, redeneerde Jevstratij.
De aanvraag is ook een duidelijk verzoek om steun aan de Oekraïners. „Want de oorlog in Oekraïne gaat door. We lijden elke dag en elk uur onder Russische wreedheden.”
Hij vertelde over zijn eigen stad, Tsjernihiv. „De stad werd 38 dagen lang door Rusland belegerd. Elke dag werd er gebombardeerd, geschoten en regende het raketten. In maart stierven zevenhonderd inwoners. Veel gebouwen zijn verwoest.” Jevstratij hoopt dat lidmaatschap van de Wereldraad kan bijdragen aan vrede.
Jørgen Skov Sørensen, secretaris-generaal van de Conferentie van Europese Kerken, een samenwerkingsverband van 114 christelijke kerken, stelde dat het juist in tijden van oorlog belangrijk is om samen te komen. „Kom samen om onze kwetsbaarheid uit te schreeuwen. Verzamel om samen stil te zijn. Bid samen. Zing samen. Kom samen om te hopen.”