„Bunyan was mild over kinderdoop, kennis van heilige oorlog belangrijkst”
De Engelse prediker John Bunyan was voorstander van de volwassendoop, maar hij was mild over de kinderdoop, meent prof. dr. A. Baars. „Het belangrijkste voor Bunyan was of men de heilige oorlog kende.”
De emeritus hoogleraar van de Theologische Universiteit Apeldoorn voerde vrijdagmiddag het woord tijdens de ontmoetingsdag rond het tweemaandelijkse blad ”Metgezel”. De bijeenkomst vond plaats in kerkgebouw De Hoeksteen van de gereformeerde gemeente in Nederland te Barneveld.
De organisatie was in handen van de stichting Vrienden van The Gospel Standard. Zij voelt zich verbonden met de Engelse Strict Baptist-gemeenten die zijn gegroepeerd rond het blad The Gospel Standard en die staan in de lijn van de predikant J. C. Philpot (1802-1869) en zijn tijdgenoten, zoals William Gadsby, John Warburton en John Kershaw.
Prof. Baars sprak op de goedbezochte bijeenkomst over ”De Heilige Oorlog”, een van de bekendste boeken van de Engelse prediker John Bunyan (1628-1688). Momenteel is zijn dochter bezig met de vertaling van “De Heilige Oorlog” en werkt hij zelf aan een inleiding daarvan.
Bunyan, predikant van een Engelse baptistengemeente te Bedford, was zelf op volwassen leeftijd gedoopt. „Dat hij een baptist was, is zo erg niet”, zei de hoogleraar. „Als je door het doopwater heen gesleept wordt zonder bekering, word je niet behouden.”
Welkom
Hij zei dat Bunyans doopopvatting geen belemmering was ten opzichte van hen die daar anders over dachten. „Gemeenteleden die naar Londen verhuisden, raadde hij aan bij John Owen, die geen baptist was, naar de kerk te gaan. Mensen in zijn gemeente die weigerden zich te laten herdopen, konden wel deelnemen aan het heilig avondmaal. Als men kon vertellen wat God aan hun ziel gedaan had, was men welkom. Het wezen van de zaak was voor hem de heilige oorlog.”
Een aanwezige stelde de vraag hoe prof. Baars zelf denkt over de doop. Hij zei diep overtuigd te zijn van de betekenis van de kinderdoop. „Mijn ouders hebben op mijn doop gepleit: „Heere God, vervul uw belofte.” Dat is voor mij de waarde van de doop.”
Prof. Baars schetste de factoren die bijdroegen aan het verschijnen van ”De Heilige Oorlog”. Een daarvan is dat er in de Bijbel sprake is van een geestelijke strijd. „God roept zijn volk daartoe op.”
Het motief van de geestelijke strijd in de ziel is al oud, aldus de hoogleraar, die Bunyan een man noemde die heel veel meegemaakt heeft. „Hij was een dwarse man.” Ook speelde volgens hem mee dat Bunyan op jonge leeftijd in het leger gediend heeft en bekend was met wat zich daar afspeelde.
Vertroosting
De hoogleraar wees erop dat er in ”De Heilige Oorlog” verschillende typen evangelieverkondigers zijn. Een dominee moet een Boanerges, een zoon des donders, zijn, zei hij. „Maar hij moet ook een Barnabas zijn, een zoon der vertroosting. Als we tegenwoordig íéts nodig hebben, is het een onderscheidende prediking, waarbij de zondaar duidelijk gemaakt wordt dat hij verloren is als hij zich niet bekeert, maar waarbij ook tegen de vermoeiden en belasten gezegd wordt: „Kom tot Christus.””
Een van Bunyans boeken waarin dat onderscheid duidelijk wordt gemaakt, is volgens prof. Baars ”Komen tot Jezus Christus”. „Daarin staat dat je je wapens moet inleveren en bij Christus terechtkomen als een ongewapende en vernederde zondaar.”
’s Avonds ging ds. G. D. Buss, predikant in de Gospel Standard Strict Baptist gemeente te Chippenham (Engeland) en redacteur van The Gospel Standard, voor in een Engelstalige kerkdienst. De te zingen liederen waren genomen uit ”Gadsby’s Hymnbook”. De stichting heeft inmiddels 159 hymnen gepubliceerd met vertaling en melodie.