Taliban hebben al-Qaida nodig om te overleven
We staan aan de vooravond van de eerste verjaardag van de overwinning van de taliban in Afghanistan. Begin 2020 werd er in de Qatarese hoofdstad Doha een akkoord getekend tussen de taliban en de Verenigde Staten.
Hiermee werd de weg vrijgemaakt voor wat een geleidelijke en georganiseerde terugtrekking van het Amerikaanse leger had moeten worden. Dat dit totaal anders verliep, had een teken aan de wand moeten zijn. Want hoe betrouwbaar waren de taliban eigenlijk?
Een harde voorwaarde in het akkoord van Doha was dat de taliban beloofden alle relaties met al-Qaida te verbreken. Uiteraard knikte de talibandelegatie instemmend. Ze zouden alles geaccepteerd hebben om de Amerikanen maar weg te krijgen uit hun land.
In juli bleek die toezeggingechter een fabel te zijn. Al-Zawahiri had na de dood van Osama bin Laden in 2011 het leiderschap van al-Qaida overgenomen. Iedereen dacht dat hij ergens in een spelonk in het Afghaanse Tora Bora-gebergte zat. Maar sinds augustus vorig jaar was dat niet langer nodig. De taliban controleerden opnieuw Afghanistan en de hoofdstad Kabul. Al-Zawahiri regelde dus een verhuiswagen en betrok een huis in de wijk Sherpur in Kabul. Een huis dat trouwens eigendom was van de huidige minister van Binnenlandse Zaken van de talibanregering. Het lijkt zeer goed mogelijk dat ook andere kopstukken van al-Qaida zich in dezelfde wijk bevinden.
Al-Zawahiri bleek er zich volkomen veilig te voelen. Iedere ochtend zat hij op zijn balkon een boek te lezen. Dit balkon blijft sinds 31 juli leeg omdat al-Zawahiri op die dag door de CIA werd uitgeschakeld. De leiding van de taliban liet in een reactie weten dat ze geen flauw idee hadden dat het huis van hun minister van Binnenlandse Zaken blijkbaar gekraakt werd door een bebrilde Egyptenaar.
De gang van zaken maakt duidelijk dat het Westen na ruim 20 jaar oorlog tegen terrorisme weinig heeft bereikt en geleerd. Dat geldt echter niet voor de taliban. Zij wisten zichzelf genoeg salonfähig te maken om met westerse diplomaten te onderhandelen. Over meisjesscholen bijvoorbeeld en uiteraard wilden ze niets meer te maken hebben met al-Qaida.
De overwinning van de taliban vorig jaar was onmogelijk geweest zonder de hulp van geharde strijders van al-Qaida. De taliban vechten momenteel voor hun overleven. Niet tegen het Afghaanse leger of de NAVO, maar tegen de lokale branche van de islamitische staat (IS) in de regio. Deze groepering noemt zichzelf de Islamitische Staat Khorasan en vormt een reële bedreiging voor de taliban. Om deze strijd te winnen heeft de taliban wederom al-Qaida nodig.
Ziehier het dilemma van het Westen. Het laatste wat het wil, is het ontstaan van een soort IS-kalifaat in Afghanistan. Vandaar de noodzaak om in contact te blijven met die taliban. De beste manier om dit te bewerken is door niet al te moeilijk te doen over het feit dat al-Zawahiri in Kabul bleek te verblijven. Niet dat diens overlijden alleen maar goed nieuws is. Het opent namelijk de deur voor een jongere en meer militante generatie binnen al-Qaida. Bepaald geen geruststellende gedachte in een land dat wordt bestuurd door de taliban.