Onuitsprekelijk groot is het voorrecht van alle mensen die bekend zijn geworden met de onnaspeurlijke rijkdom van Christus. Ook wij in Nederland mogen dankbaar zeggen: Het Evangelie is naar ons toe gekomen zoals ook in de hele wereld, en het draagt vrucht. Dat is zeker, want het Woord van God zal niet vruchteloos tot Hem terugkeren, maar doen wat Hem behaagt.
Het zal voorspoedig zijn in hetgeen waartoe Hij het zendt. Toch is het mogelijk dat wij het Evangelie wel horen maar er geen eeuwig voordeel van hebben. Zo was het met Israël. Het gepredikte Woord bracht hun geen voordeel. Waarom niet? Omdat het niet met geloof gepaard ging bij hen die het hoorden. Is het Evangelie niet een kracht van God tot zaligheid voor hen die geloven? Door het geloof worden we gerechtvaardigd en ontvangen we vrede met God. Door het geloof in Zijn Naam ontvangen we macht kinderen van God te worden.
Wie in de Zoon gelooft, heeft het eeuwige leven. Maar wie niet gelooft, is al veroordeeld. De toorn van God blijft op hem. Hij zal verdoemd worden. Dit is de reden dat Paulus en de andere apostelen het Evangelie niet vrijblijvend verkondigden, maar namens Christus de mensen smeekten om zich met God te laten verzoenen. Keer op keer lezen we in het boek Handelingen dat Paulus de mensen probeerde te overtuigen en te bewegen tot het geloof in Jezus. Paulus geloofde in de uitverkiezing en heeft de mensen die tot geloof waren gekomen duidelijk geleerd dat het geloof een gave van God is. Opdat niemand zou roemen in zichzelf, maar God alleen de eer zou krijgen.
De apostelen verkondigden echter aan de mensen die nog niet gered waren het geloof als een noodzaak en plicht. Ze verkondigden het Evangelie met bevel van bekering en geloof. Zij probeerden de mensen te bewegen tot het geloof in Jezus. Met woorden en tranen, met dreigingen en beloften, met argumenten en persoonlijke ervaringen. Zalig zijn zij die zich laten bewegen en de Heere Jezus aannemen als hun Redder en Koning. Christenen zijn mensen die zich tot het geloof in Jezus hebben laten bewegen en door het geloof in Zijn Naam erfgenamen zijn geworden van het eeuwige leven. Zij kunnen in Zijn Naam zich elke dag verblijden.
Maar hoeveel mensen leven nog zonder het geloof in de Heere Jezus? Hoeveel mensen hebben nog nooit het Evangelie gehoord? Hoeveel mensen dreigen niet voor eeuwig verloren te gaan? Straks zullen alle mensen voor de rechterstoel van Christus staan en dan zal Hij met vlammend vuur wraak doen over hen die God niet kennen en over hen die het Evangelie van onze Heere Jezus Christus niet gehoorzaam zijn. Laat dit ons koud? Of begint de liefde van Christus ook ons te dringen?
Laten wij alle traagheid, angst, liefdeloosheid, lauwheid en wereldgelijkvormigheid afleggen en onszelf beschikbaar stellen als dienstknechten van God. Wij hebben een hoge roeping. De tijd dringt. Het eindoordeel nadert. Red anderen daarom met vrees, en ruk hen uit het eeuwige vuur. Wie zelf bewogen is, kan niet onbewogen blijven over zo velen die nog niet bewogen zijn. Bewegen wij hen tot het geloof in Jezus?