Republikeinen bereid tot gesprek over wapenwet
Democraten in het Amerikaanse Congres zeggen „een sprankje hoop” te hebben gekregen dat een groep Republikeinen nu „eindelijk” iets wil doen aan het wapenbezit. „Hun interesse gaat deze keer verder dan mooie woorden voor de schone schijn”, zegt senator Richard Blumenthal.
Wat de Democraten vooral verrast, is dat de Republikeinse fractieleider in de Senaat, Mitch McConnel, zegt te willen praten over uitgebreider antecedentenonderzoek bij de aankoop van een wapen. Daarnaast zou hij ook willen onderzoeken of een zogenoemde rode-vlag-wet op landelijk niveau zinvol is. Negentien afzonderlijke staten kennen inmiddels zo’n wet. Die bepaalt dat geen wapens mogen worden verkocht aan mensen die zichzelf of anderen kwaad kunnen doen. Leerkrachten, medici, sociale werkers en anderen kunnen de namen van mensen die een risico zijn dan melden bij een instantie.
McConnel heeft deze week contact gehad met zijn partijgenoot, senator John Cornyn, om te komen tot gesprekken met Democraten over strikter regels. Die keerde woensdag terug naar zijn thuisstaat Texas vanwege de schietpartij in Uvalde. „Ik heb Cornyn gevraagd contact te zoeken met Democraten en hen te vragen om met een voorstel te komen.”
McConnell verklaarde donderdagavond dat hij deze stap zet naar aanleiding van de schietpartij, deze week, op een basisschool in Texas. Na de racistische aanslag, tien dagen eerder in Buffalo waarbij tien mensen werden doodgeschoten, wilden de Republikeinen nog niets weten van strikter wapenwetten.
McConnell staat hierin niet alleen. Ook andere Republikeinen willen het gesprek met de Democraten aangaan. „Ik denk dat we op zijn minst naar elkaar moeten luisteren en kijken of er uitweg is waarlangs we oplossingen kunnen vinden”, zegt senator John Thune, de nummer twee van de Republikeinse fractie in de Senaat.
Democratisch senator Richard Blumenthal schat dat ongeveer zes tot twaalf Republikeinse senatoren serieuze interesse hebben om in gezamenlijkheid oplossingen te vinden. Daarmee zou er een duidelijke meerderheid in de Senaat zijn die voor strengere regels is. Senator Joe Manchin, die in het verleden al eens probeerde een compromisvoorstel door de Senaat te krijgen, noemt de gesprekken „bemoedigend”. Zijn collega Tim Kaine zegt „een sprankje hoop” te hebben dat er nu echt iets gaat gebeuren. Senator Chris Murphy, die dinsdag nog fel uithaalde naar de Republikeinen, heeft vrijdag gezegd: „Ik ben blij dat er vandaag veel potentiële Republikeinse partners zijn die willen luisteren, die zich willen inspannen. Er is een gevoel van urgentie.” Andere Democraten zeggen echter nog niet te verwachten dat er echt een compromis komt.
De sceptici lijken in hun opinie te worden bevestigd door de toespraak die voormalig president Donald Trump vrijdag hield tijdens de jaarvergadering van National Rifle Association (NRA) in Houston. De ex-president vertelde de machtige wapenlobby dat het bestaan van het kwaad in onze wereld geen reden is „om gezagsgetrouwe burgers hun wapens te ontnemen.” Integendeel, volgens Trump is „dat juist een van de voornaamste redenen om gezagsgetrouwe burgers te bewapenen.” De voormalige president meent dat strengere wapenwetten het bloedbad niet zouden hebben kunnen voorkomen. „De verschillende regels die door links worden gepusht om wapenbezit te beperken, zouden niets hebben gedaan om de gruwel die plaatsvond te voorkomen. Absoluut niets.”
Trump wil dat er meer wordt gedaan aan veiligheid op scholen. Daarbij zei hij dat wanneer de VS 40 miljard dollar heeft om Oekraïne te beschermen, er dan ook geld moet zijn voor de veiligheid van de eigen kinderen. Daarnaast pleitte Trump voor het sneller kunnen oppakken van „gewelddadige en geesteszieke mensen.”
Ook de Republikeinse senator Ted Cruz, zelf afkomstig uit Texas, sprak op het NRA-congres. Hij stelde klip en klaar dat het recht op wapenbezit gehandhaafd moet blijven. „Het wegnemen van wapens maakt het land niet veiliger. Mensen met een wapen beëindigen criminele daden. Er worden minder vrouwen verkracht omdat ze een wapen hebben. Het gaat niet om de wapens, maar om de zieke en slechte geesten. Ze komen uit gebroken gezinnen, worden gepest, hadden een afwezige vader, zijn geïsoleerd. Dat zijn de zaken die we moeten aanpakken.”