Religieuze minderheden kregen na de machtsovername door de taliban in 2021 te maken met intimidatie, celstraf en zelfs de dood als gevolg van hun geloofsovertuiging. De enige bekende Jood en de meeste hindoes en sikhs ontvluchtten het land. Christelijke bekeerlingen verborgen zich vanwege angst voor represailles en bedreigingen.

Grote zorgen heeft de commissie ook over India, Nigeria, Syrië en Vietnam. De rangschikking van de landen die al op de zwarte lijst stonden, blijft in de aanbeveling ongewijzigd. Het gaat om Myanmar, China, Eritrea, Iran, Noord-Korea, Pakistan, Rusland, Saudi-Arabië, Tadzjikistan en Turkmenistan.

Het jaarlijkse Uscirf-rapport noemt de „religieuze onverdraagzaamheid” in Europa een „ernstig punt van zorg.” Moslims en Joden ervoeren toenemende vreemdelingenhaat en discriminatie, waardoor velen overwegen te emigreren. Ook christenen kregen vaker te maken met religieuze onverdraagzaamheid.