ConsumentZelfhulp

Hoe word je gelukkig, rijk en succesvol?

Mensen van deze tijd leren graag uit een boekje hoe ze moeten leven. Geslaagd zijn in het leven en de beste versie van jezelf worden, daar draait alles om. Ook voor veel christenen. Maar wát geslaagd zijn dan precies is, daarover lopen de meningen uiteen.

Enny de Bruijn
29 March 2022 17:11
beeld iStock
beeld iStock

Vroeger, voor de Tweede Wereldoorlog, had je geen zelfhulpboeken. Veel mensen in de westerse wereld hoorden toen elke zondag een preek, waarin áltijd ter sprake kwam hoe je leven moest. En of je nu protestants of rooms-katholiek was, bevindelijk gereformeerd of vrijzinnig, iedereen was het over één ding eens: een echt gelukkig, succesvol en zinvol leven ging niet over jezelf. Het ging erover hoe je leerde van jezelf af te zien en God en je naaste lief te hebben.

Dat was ook de boodschap van alle christelijke lectuur. Neem het verhaal ”Arm… en toch rijk” (1935) van Anne de Vries, over Hanneke, die „heel alleen in haar huisje op de heide” woonde. „Zij was heel arm en oud en gebrekkig. En tóch was zij niet knorrig en verdrietig. Hanneke was dankbaar en gelukkig. Zij was wel arm. Maar zij was tóch rijk. (…) Want de liefde van God, dát is de grootste schat. Die is meer waard dan al het geld van de hele wereld.”

Secularisering

Maar met de naoorlogse secularisering verdween ook de wekelijkse preek uit het leven van de gemiddelde Europese burger. De meeste mensen zaten niet meer te wachten op een boodschap van ”tevreden zijn met je leven omdat God je op deze plek gezet heeft, en omdat er nog een veel beter leven komt”. Ze geloofden niet meer in de hemel, ze wilden hun leven hier en nu verbeteren. En daartoe zochten ze hun heil niet langer bij de religie, maar bij de psychologie.

Geen misverstand, psychologie en religie kunnen heel goed naast elkaar bestaan, en de toegenomen aandacht voor psychologie heeft veel positieve kanten. Dat er meer aandacht is gekomen voor mentale gezondheid is een goede zaak. Dat er meer hulp en zorg is voor mensen die het om wat voor reden dan ook moeilijk hebben, is iets moois – een grote verbetering ten opzichte van het verleden.

Maar als je naar de enorme aandacht voor zelfbeschouwing en zelfverbetering kijkt, ook bij de 90 procent van de Nederlanders die géén adviezen van een psycholoog, psychiater of psychotherapeut nodig hebben… Dan is het niet vreemd dat cultuurfilosofen het regelmatig hebben over een ”psychologisering” en ”therapeutisering” van de samenleving. Het aantal ”lifestylecoaches” (mensen die anderen helpen gezonder of gelukkiger te leven) is recent vertienvoudigd. Begin 2013 waren er 478 coaches ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, eind 2021 waren dat er 5071. Om nog maar te zwijgen van de wildgroei aan (dure) cursussen en coachingstrajecten binnen het bedrijfsleven.

Voor mensen met een bescheidener budget zijn er de zelfhulpboeken, sinds de jaren zeventig een beproefd middel om jezelf te coachen en te verbeteren. Vooral de laatste jaren is de markt explosief gegroeid. Niet minder dan twaalf van de honderd bestverkochte boeken pasten in 2021 onder het kopje ”persoonlijke ontwikkeling”. Denk aan titels als ”Je bent zoals je denkt”, ”Master your mindset” en ”Leef meer, denk minder”. Stuk voor stuk goed voor 20.000 tot 50.000 verkochte exemplaren in het afgelopen jaar.

Die nog altijd groeiende trend bracht historicus Maarten van den Heuvel op het idee om serieus onderzoek naar zelfhulpboeken te gaan doen. Hij koos voor een originele aanpak: neem de populairste titels van de afgelopen zeventig jaar, ga die allemaal lezen en zet dan op een rij wat ze te zeggen hebben over de vraag wat een goed en succesvol leven is. Over de resultaten van dat onderzoek schreef hij een buitengewoon boeiend boek: ”De AEX van de ziel. Hoe zelfhulpboeken de tijdgeest weerspiegelen” (zie kader ”Wat is een goed leven?”).

Als je dat boek leest, zie je hoeveel er tussen de Tweede Wereldoorlog en de coronacrisis van de afgelopen jaren is veranderd. Niet alleen aan de buitenkant van het leven –de verzorgingsstaat, ruilverkaveling, onderwijsvernieuwingen, schaalvergroting, digitalisering– maar ook en juist aan de binnenkant. Eeuwenlang dachten de mensen uit het christelijke Westen binnen dezelfde traditie, langs dezelfde lijnen over ”goed leven” en ”een goed mens zijn”. Maar in onze seculiere wereld is juist dat idee van een goed leven ingrijpend veranderd.

Niet dat alle zelfhulpboeken hetzelfde zeggen. Zoals er veel soorten therapie zijn, en grote verschillen tussen de ene en de andere therapeut, zo is er ook nogal wat onderscheid in de boodschap die auteurs van zelfhulpboeken uitdragen. Bij de een moet je positief denken, bij de ander juist niet denken maar voelen, bij de derde oude patronen loslaten, bij de vierde je grenzen aangeven en bij de vijfde de tegenslagen en onvolmaaktheid van het leven accepteren.

18097069.JPG
beeld iStock

Maar alle schrijvers gaan er zonder uitzondering van uit dat je als lezer bereid bent hard aan jezelf te werken. Zelfs als hun boodschap is dat je minder moet móéten en meer moet ontspannen. Je bent je eigen project, zelf verantwoordelijk voor je keuzes, je succes en je falen. Zoals je met een dieet en een trainingsschema je lichaam in de gewenste vorm dwingt, zo vorm je je karakter en persoonlijkheid door de levenslessen uit de zelfhulpboeken ter harte te nemen.

Het leven is niet maakbaar en over de toekomst heb je geen controle, daar kom je in de loop van je bestaan wel achter. Dus bijt je je vast in het enige waar je wél grip op denkt te hebben: je eigen houding, je eigen reactie op de gebeurtenissen en problemen in je leven, de maakbaarheid van je eigen bestaan. Vandaar wellicht het grote succes van boeken met lijstjes en stappenplannen: ”14 manieren om zelfdestructieve gewoonten te veranderen”, ”7 eigenschappen van effectief leiderschap”, ”12 regels voor het leven”, enzovoort.

Die hele cultuur van persoonlijkheidsvorming, zelfontplooiing en zelfmanagement gaat de christelijke wereld bepaald niet voorbij. Denk aan alle romans over het ”ontdekken van je ware bestemming en Gods plan met je leven” sinds de jaren tachtig. Denk aan alle christelijke management- en leiderschapscursussen vanaf de jaren negentig. Of denk aan alle artikelen in christelijke vrouwenbladen over rust, ontspanning, grenzen aangeven en jezelf zijn in onze huidige tijd.

Relaties en leiderschap

Al die thema’s weerspiegelen de steeds veranderende tijdgeest, precies zoals Maarten van den Heuvel die in zijn boek beschrijft. Ook al leggen christelijke schrijvers uiteraard hun eigen accenten en proberen ze hun onderwerp bewust in te kaderen binnen een Bijbels mensbeeld, een Bijbels wereldbeeld. De ene keer lukt dat beter dan de andere, maar het streven is er altijd.

In christelijke kringen zijn boekjes over huwelijk, gezin en relaties altijd erg populair geweest. Bijvoorbeeld het overbekende boekje ”De vijf talen van de liefde” van Gary Chapman. Maar de laatste jaren zijn ook de grote bestsellers uit de algemene boekhandel bezig met een opmars.

Conservatief-christelijke jonge mannen zijn bijvoorbeeld dol op de boeken van de Canadese psycholoog Jordan Peterson (”Betekenis geven aan het leven”, ”Twaalf regels voor het leven”).
Zijn boodschap: wees maar niet te veel bezig met hoe je je voelt en of je wel gelukkig bent, je moet als mens leren om betekenisvol te leven en een zinvolle bijdrage aan de samenleving te leveren. Geef jezelf dus een schop onder je achterwerk en ga dat gewoon doen.

Intussen bestuderen reformatorische managers tijdens leiderschapscursussen met elkaar ”De zeven eigenschappen van effectief leiderschap” van Stephen Covey of het praktische gedragsveranderingsboek van Ben Tiggelaar: ”Dromen, durven, doen”. Die keuzes zijn trouwens niet vreemd, want Covey en Tiggelaar hebben allebei een christelijke achtergrond en dat zie je terug in hun boeken. Covey besteedt veel aandacht aan karaktervorming, aan het belang van de principes van waaruit je leeft. Tiggelaar citeert al in zijn eerste hoofdstuk de apostel Paulus: „Ik doe niet wat ik wil, ik doe juist wat ik haat.” Allebei hebben ze niets met streven naar succes om het succes, ze benadrukken het ontwikkelen van het juiste gedrag en de juiste levenshouding.

Waar de christelijke mannen graag boeken lezen over leiderschap, liefst met ontwikkelingsmethodes en stappenplannen voor zelfmanagement erbij, zijn de vrouwen veel bezig met het vinden van de juiste balans in het leven. Veelzeggend zijn titels als ”De kracht van rust” (Mirjam van der Vegt) of ”Nee is oké. Meer genieten, minder moeten” (Carianne Ros en Michelle van Dusseldorp). Juist christelijke vrouwen, bij wie de plicht tot hulpvaardigheid diep ingeprent is, zijn immers niet zo goed in ”nee” zeggen. Zelfhulpboeken over dat onderwerp vullen dus ongetwijfeld een gat in de markt.

Dat zoeken naar rust, balans en zelfacceptatie sluit intussen ook aan bij de nieuwste trend op de zelfhulpboekenmarkt: jezelf zijn, loslaten, het onvolmaakte accepteren. Denk aan de bestsellers van Brené Brown (”De moed van imperfectie”, ”De kracht van kwetsbaarheid”) die ook in christelijke kring gretig gelezen worden. En niet voor niets zijn de persoonlijk geschreven ervaringsverhalen van Annemarie van Heijningen-Steenbergen ongelooflijk populair. Bij haar nergens het perfecte plaatje, maar titels als ”Belevenissen van een niet-perfecte gelovige” en ”Getrouwd zijn is de hemel niet”.

Voor elk wat wils dus in de schappen met zelfhulpboeken. En veel mensen hebben ook écht baat bij de inzichten en tips die ze uit hun lectuur opdoen. Toch bekruipt je bij al die programmatische titels af en toe het gevoel: elke schrijver zegt weer wat anders, en ze zijn allemaal even stellig, ze weten allemaal even zeker hoe het moet… maar wie zou er nou gelijk hebben? Juist een boek als ”De AEX van de ziel” van Maarten van den Heuvel laat immers zien hoe subjectief en tijdgebonden veel psychologische inzichten zijn.

Maakbaarheid

Maar misschien maakt dat ook niet uit. Misschien gaat het niet eens om wélk boek je pakt, áls je maar een boek pakt en over jezelf nadenkt. Als je maar probeert jezelf kritsch te bekijken en je gedrag te verbeteren. Hoe, dat doet er dan niet zo veel toe. Behalve natuurlijk als je de dieperliggende vraag gaat stellen, de vraag die voortdurend op de achtergrond aanwezig is: kún je jezelf eigenlijk wel verbeteren?

Het antwoord op die vraag bepaalt meteen welke zelfhulpboeken je zullen aanspreken. Geloof je dat mensen tot op zekere hoogte zichzelf kunnen vormen en hun eigen toekomst bepalen, dan zul je vallen voor boeken die je aan het werk zetten, die vragen om doelen, actieplannen en verbeterpunten. Maar geloof je niet zo in de maakbaarheid van de mens, dan zul je eerder gevoelig zijn voor boeken die je vertellen dat je jezelf moet zijn, dat niet perfect ook goed genoeg is en dat het erom gaat jezelf te accepteren zoals je bent.

Het probleem voor reformatorische christenen is evenwel dat allebei de soorten gevoelsmatig op gespannen voet staan met een gereformeerd mens- en wereldbeeld, omdat ze voorbijgaan aan het probleem van de zonde en het menselijke onvermogen tot het goede. Dat probleem kun je oplossen door het leven in hokjes te verdelen. Theologisch gezien ben je dan „onbekwaam tot enig goed” en moet je „sterven aan jezelf”, maar psychologisch gezien mag je „jezelf zijn”, „blij zijn met jezelf” en „werken aan jezelf.” Dat is de oplossing die in de gereformeerde gezindte breed ingang gevonden heeft.

Geloof en psychologie

Maar toch wringt dat. En daarom verschijnen er bij reformatorische uitgevers vooral boekjes met een praktische insteek –over opvoeding, rouwverwerking, dat soort dingen– terwijl thema’s als persoons- en karakterontwikkeling of innerlijke genezing worden overgelaten aan meer algemeen christelijke of evangelische uitgevers. Waarschijnlijk omdat je die thema’s eigenlijk alleen maar vanuit het perspectief van de gelovige kunt behandelen – niet het perspectief dat in bevindelijke kerken gebruikelijk is. Neem het populaire boek ”Ik kan veranderen” van Michelle van Dusseldorp: „Als gelovigen mogen we weten dat we ”een nieuwe schepping” zijn, mensen die innerlijk door God veranderd zijn.” Alleen binnen dat kader kunnen ”innerlijke genezing” en ”tot bloei komen” gestalte krijgen.

Geloof en psychologie zijn dus nooit helemaal van elkaar te scheiden, en dat maakt het moeilijk. Zeker als je de geschiedenis erbij betrekt. Als je terugdenkt aan dat oude verhaal van Anne de Vries, waarmee dit artikel begon, of aan alle andere oude boeken, verhalen en preken uit de gereformeerde traditie. Hoe ver, hoe anders, hoe vreemd schijnen die teksten soms, met hun nadruk op zelfverloochening, in onze hedendaagse wereld vol mensen die selfies maken, over zichzelf nadenken, zichzelf verkopen en een project maken van hun eigen ontwikkeling.

Er is niks mis met psychologisch inzicht natuurlijk. Er is ook niks mis met een mooi zelfhulpboek – je kunt er vaak veel van leren. Maar soms is het ook goed om dat boek even weg te leggen en de blik van jezelf vandaan naar buiten te keren, naar de mensen om je heen.

1. Goede manieren

Mensen moeten in de naoorlogse periode sterk zijn en bijdragen aan het welzijn van de wereld. Orde en zelfdiscipline zijn belangrijk. Een goede indruk maken in de ogen van de ander ook, vandaar dat er veel belangstelling is voor de vraag hoe het hoort. Titels van boeken uit deze periode: ”Goede manieren”, ”Prettig in de omgang”, ”Van schuchterheid tot zelfverzekerdheid”, ”Verlegenheid overwinnen”, ”Uw persoonlijkheid versterken”, ”Zó doet u alles goed”.

2. Zelfontplooiing

Anders dan de vorige generatie, die vooral bezig was met de opbouw van de samenleving en nog behoorlijk verzuild dacht, is de generatie van de jaren zestig en zeventig veel meer bezig met zichzelf. Kernwoorden: zelfontplooiing, vooruitgang, veranderende verhoudingen tussen mannen en vrouwen, veranderende visie op gezag. Bijbehorende titels: ”Ik ben O.K., jij bent O.K.”, ”Vergroot uw levensvreugde”, ”Niet morgen, maar nu”, ”Wat willen vrouwen eigenlijk?”

3. Leven in harmonie

Vanaf de jaren tachtig komt er een nieuwe manier van denken, die zich decennialang doorzet. Het gaat over new age, innerlijke wijsheid, openstaan voor kosmische krachten, positief denken, worden wie je echt bent door je ware zelf en je ware bestemming te ontdekken, in harmonie met de wereld en de mensen leren leven. Met als subthema: de verschillen tussen mannen en vrouwen begrijpen. Populaire titels zijn: ”Je kunt je leven helen”, ”Innerlijke wijsheid”, ”The Secret”, ”Mannen komen van Mars, vrouwen van Venus”, ”Waarom mannen niet luisteren en vrouwen niet kunnen kaartlezen”.

4. Zelfmanagement

Naast (en tegenover) de lijn van new age ontstaat in de jaren negentig een andere trend. Het alom aanwezige marktdenken doordringt ook de boodschap van de zelfhulpboeken. Het gaat over resultaten in de buitenwereld, effectief en succesvol en assertief zijn, krijgen wat je wilt, jezelf managen alsof je een bedrijf bent. Denk aan titels als: ”Dromen, durven, doen”, ”Tsjakkaa!”, ”Krijgen wat je wilt en willen wat je hebt”, ”Stress management”, ”De zeven eigenschappen van effectief leiderschap”.

5. Accepteren van onvolmaaktheid

Na de crisis van 2008 zijn mensen kritischer gaan kijken naar al dat streven naar positiviteit, succes en geluk. In plaats daarvan gaat het nu over kwetsbaarheid, over omgaan met onvolmaaktheid, over ophouden met gedwongen ”positief denken” en leren omgaan met tegenslagen en tekortkomingen. Niet streven naar rijkdom, status, genot en succes, maar naar persoonlijke groei en goede relaties met de mensen om je heen. Titels die daarop inspelen zijn bijvoorbeeld: ”Houden van dingen die niet perfect zijn”, ”De edele kunst van not giving a f*ck”, ”De kracht van kwetsbaarheid”, ”Nooit meer te druk”, ”De moed van imperfectie”.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer