„We houden de ”Prins Bernhard” aan de praat”
Onder de rook van Roermond, aan het riviertje de Roer, pronkt sinds 1999 de molen van Melick. Sinds enkele dagen staan de wieken in rouwstand. Geen wonder. Melicks trots is vernoemd naar de vorige week overleden prins Bernhard.
Het is doodstil. Geen blaadje aan de bomen beweegt. Melick lijkt uitgestorven. Tot molenaar H. M. van de Venne op zijn fiets de Meulenberg, de heuvel waar de windmolen staat, nadert.
„Mijn grootvader is begonnen met malen op een molen uit 1937”, vertelt de 52-jarige Limburger. Hijzelf heeft die molen niet meer meegemaakt. In de laatste maanden van de oorlog verwoestten Engelse en Duitse troepen de uitzichtpost. Slechts vier teerlingen -de enige stenen onderdelen, waar de molen op rustte- bleven over.
Opa Van de Venne kwam gereed met de bouw van de molen in 1936, het jaar waarin prinses Juliana huwde met de Duitser Bernhard zur Lippe-Biesterfeld. „Heel Nederland sprak over die koninklijke bruiloft”, zegt zijn kleinzoon. „Die gebeurtenis was belangrijk genoeg om onze molen naar de prins te vernoemen.”
Bernhard zou de opening verrichten. Vanwege de toenemende macht van Hitler durfde de prins het niet aan naar Melick te komen; de kans op aanslagen zo dicht bij de Duitse grens was te groot. Op zaterdag 17 april 1937 verrichtte de toenmalige gouverneur van Limburg -in deze provincie de titel voor de commissaris van de Koningin- de opening.
Het bleef de enige Prins Bernhardmolen van Nederland. Bovendien was de molen van een zeldzaam type. In Limburg staan maar zeven standerdmolens, houten bouwsels waarvan niet alleen de kap maar de hele molen draait. Door zijn hoge standplaats bood de molen een prachtig uitzicht op het ongerepte Midden-Limburgse landschap.
Dat kregen de vechtende troepen in het laatste oorlogsjaar ook in de gaten. Terwijl de Duitsers nog in Melick lagen en de Engelsen al aan de andere kant van de Roer zaten, kwam de molen onder vuur te liggen. Veel inwoners van het dorp werden gedwongen te evacueren naar noordelijker provincies. De molenaarsfamilie Van de Venne mocht blijven. „Er moest immers gemalen worden voor de voedselvoorziening.”
De molen vormde als mogelijke uitkijkpost voor de vechtende troepen een gevaar. Op 29 januari 1945 beschoten de Engelsen de Prins Bernhard. Wellicht hielden zij de molenaar, die aan het werk was, voor een Duitser die op uitkijk stond. Om halfelf ’s ochtends vernielde een verdwaalde bom het grootste deel van de molen. In de middag volgden nog zeven voltreffers.
De in Melick gelegen Duitse soldaten begrepen dat de molen als markeringspunt voor de Engelsen van belang was. Nog dezelfde dag bliezen ze met acht zware pantsermijnen de vermeende uitkijkpost op.
Na de oorlog is de standerdmolen niet herbouwd. Molenaar Van de Venne bleef tot in de jaren zeventig een maalbedrijf uitoefenen halverwege de buurtschap Waterschei. Het verlies van de windmolen kon de molenaarsfamilie moeilijk verwerken.
In de jaren zestig was er even hoop op het verplaatsen van de standerdmolen van Baexem naar Melick. Uiteindelijk besloot Baexem de molen zelf te kopen en te restaureren.
De gemeentelijke herindeling eind jaren tachtig bood nieuwe mogelijkheden. De gemeente Roerdalen -waar Melick sindsdien onder valt- wilde de recreatie bevorderen. Maar Melick had na het verdwijnen van de molen geen toeristische trekpleister meer.
De Stichting Molen Prins Bernhard zag kans de benodigde 700.000 gulden bij elkaar te sprokkelen. „Ter vergelijking: De molen van 1937 kostte 3000 gulden”, aldus Van de Venne.
Op 8 mei 1999 vond tijdens de Nationale Molendag de opening plaats. Prins Bernhard liet weten dat hij zich te oud voelde om aanwezig te zijn. Opnieuw nam de gouverneur zijn plaats waar.
De openingshandeling was „heel spannend”, herinnert de molenaar zich. „In de drie weken voorafgaand aan de opening was er geen zuchtje wind. De molen had nog nooit gedraaid. Als er één tandwieltje een paar millimeter verkeerd zou zitten, zou de hele molen vastdraaien.” Bij de opening werkte alles perfect.
De nieuwe molen -de vierde van Melick sinds 1700- maalt alleen nog in de zomermaanden. Louter als attractie. Sinds vorige week staan de wieken in rouwstand. Van de Venne: „Maar dat verandert weer. We houden de Prins Bernhard aan de praat.”