Lier is geboren en getogen in het Overijsselse dorp en zijn hele leven lid van de hervormde gemeente Rouveen Staphorst, waar hij diaken is.

De diaconie zocht de afgelopen jaren naar nieuwe mogelijkheden om tijdens de crisis om te zien naar gemeenteleden, vertelt Lier. „Op stille zaterdag hebben we een ontbijt bezorgd bij mensen die een familielid hadden verloren. Als diaconie deden we dit samen met de tienerclubs. Dit is erg gewaardeerd, hoorden we later ook van de ouderlingen.”

Zelf heeft hij „altijd een sterke verbondenheid gevoeld met de gemeente. Door corona ben ik nog meer bepaald bij de waarde ervan.” Hij vond het jammer dat er lange tijd slechts beperkte aantallen mensen de diensten konden bijwonen. „Ik vind het erg belangrijk dat mijn kinderen opgroeien met het ritme om twee keer per zondag naar de kerk te gaan. Zelf merkte ik dat als je naar de kerk gaat, je meer wordt gevoed dan wanneer je de dienst thuis volgt via de digitale weg.”

Een coronateam binnen de kerkenraad nam op basis van de landelijke regels en adviezen steeds beslissingen over het op- en afschalen van de diensten, zegt Lier. Hij had soms moeite met de manier waarop dit gebeurde. „Na een advies van het CIO ging de kerk afgelopen Kerst ineens dicht. Alleen ambtsdragers en mensen van de techniek konden komen. Dat vond ik heel jammer.”

Opgeschaald

Lier beseft dat mensen de afgelopen jaren op uiteenlopende manieren hebben beleefd. „Pas sprak ik een jonge vrouw die niet meer zo vaak naar de kerk ging. Toen ik vroeg hoe dat kwam, zei ze: Het geloof is heel belangrijk voor mij en ik kan de kerk niet missen, maar als alleenstaande zie ik er erg tegenop om te gaan. In een lege kerk voel ik me zo bekeken. Dat trof me wel. Ik had er niet bij stilgestaan dat mensen de situatie ook op die manier kunnen beleven.”

De afgelopen zondagen werden de diensten in Rouveen stapsgewijs opgeschaald. Nu de meeste coronabeperkingen sinds vrijdag zijn vervallen, hoopt Lier dat er gemeentebreed weer „een grote betrokkenheid zichtbaar zal worden, waaruit blijkt dat mensen de kerkdienst en het gemeenteleven echt hebben gemist.”