PolitiekPostuum

Oud-GPV-voorman Schutte scherp debater en staatsrechtelijk geweten

Na een kort ziekbed overleed in de nacht van maandag op dinsdag oud-GPV-voorman Gert Schutte. Hij stond bekend als een scherp debater met kennis van staatsrecht.

26 January 2022 11:45
Gert Schutte in maart 2020. beeld Sjaak Verboom
Gert Schutte in maart 2020. beeld Sjaak Verboom

Schutte (1939) zat tussen 1981 en 2001 in de Tweede Kamer voor het GPV, de partij die met de RPF is opgegaan in de ChristenUnie. De eerste acht jaar vormde hij een eenmansfractie; vanaf 1989 kreeg hij gezelschap van Eimert van Middelkoop. Voor Schutte in de Kamer kwam, was hij gemeenteambtenaar en statenlid in Utrecht.

Schutte stond bekend als een scherp politiek debater. Hij handelde daarbij vanuit zijn christelijke levensovertuiging. Zelf zei Schutte daarover: „Ondanks ontkerstening blijft Gods wet het enige kleed dat de wereld werkelijk past.”

CU-voorman Segers noemde Schutte dinsdag „een rechtschapen politicus met een gezag dat de omvang van zijn fractie ver oversteeg.” SGP-voorman Van der Staaij, die Schutte nog enkele jaren meemaakte als Kamerlid, noemde de GPV’er dinsdag „een uiterst kundig Kamerlid die het ‘vak’ van parlementariër tot in de puntjes beheerste.”

„Als Schutte in de Kamer spreekt, spits je altijd even de oren om te horen hoe hij de kern van de zaak weet te raken”, zei toenmalig CDA-leider De Hoop Scheffer in 2001 bij het afscheid van de GPV’er.

Geweten

Schutte stond bekend als het staatsrechtelijk geweten van de Tweede Kamer. Daar was hij zelf niet blij mee. Na zijn afscheid in 2002 zei hij daarover: „Een geweten moet kunnen knagen, onrust teweegbrengen. Als het om die gewetensfunctie gaat, heeft élk kamerlid de plicht het de regering moeilijk te maken.”

Schutte vond de paarse jaren met de kabinetten-Kok moeilijk. De coalitie van PvdA, VVD en D66 maakte toen korte metten met het christelijk gedachtegoed in wet- en regelgeving, onder meer door invoering van het homohuwelijk en het verschuiven van grenzen in medisch-ethische kwesties.

Waar Schutte als rechtgeaard gereformeerd vrijgemaakte moeite mee had, was samenvoeging van ‘zijn’ partij met de RPF. Voorafgaand aan de eenwording liet hij in 1998 weten niets te voelen voor een fusie tussen de partijen. Hij vertrok in 2001 uit de Tweede Kamer halverwege een kabinetsperiode. Zo kon hij als GPV’er de Kamer verlaten.

Cultuuropdracht

Schutte handelde sterk vanuit de cultuuropdracht om de schepping te beheren en te ontwikkelen. Bij zijn aantreden in 1981 zei hij daarover: „De roep om bezuinigingen, hoe noodzakelijk ook mag niet tekortdoen aan die opdracht, aan het oplossen van de noden in de wereld en in ons eigen land.”

Schutte was nooit scheutig met het citeren van Bijbelteksten in debatten. Hij deed dit alleen wanneer dat strikt noodzakelijk was. Zoals in een euthanasiedebat met een D66-Kamerlid die vanuit haar christelijke levensovertuiging stelde dat de dood soms gezien moet worden als een vriend. Toen snelde Schutte naar de interruptiemicrofoon en bracht de uitspraak van Paulus in herinnering dat de dood „de laatste vijand is die teniet wordt gedaan.”

De strijd heeft hij nu achter de rug. In de woorden Segers: „Hij is thuisgekomen in het Vaderhuis.” Van der Staaij sprak de wens uit dat de nabestaanden van Schutte „troost mogen vinden in het geloof waaruit hij leefde.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer