Het aantal jongeren dat zichzelf als transgender ziet, is de laatste jaren sterk gestegen. Ging het altijd vooral om jongens, in korte tijd kloppen er opvallend veel tienermeisjes bij de genderkliniek aan.
Meldt zich in het jaar 2000 geen enkel meisje bij de genderkliniek in Amsterdam, in 2017 zijn dat er zo’n 200. Ook bij jongens is een stijging te zien, maar veel minder groot: van tien in 2000 naar zo’n zestig in 2017. Sinds 2006 zijn de meisjes in de meerderheid; in 2016 zijn er zelfs drie keer zo veel meisjes als jongens. In andere Europese landen, Verenigde Staten en Canada is precies dezelfde trend te zien: het aantal meisjes dat denkt jongen te zijn, groeit in korte tijd en is (veel) groter dan de groep jongens.
Thomas Steensma van het expertisecentrum voor genderdysforie van het Amsterdam UMC verklaarde vorig jaar in het AD al dat er dringend onderzoek nodig is naar geslachtsveranderingen bij jongeren onder de 18 jaar. „We weten niet of onderzoeken die we in het verleden hebben gedaan nog goed toepasbaar zijn in deze tijd. Er melden zich veel meer kinderen aan, en ook een ander type.”
„Uit het niets”
Onderzoek van Steensma en collega’s naar de periode van 2000 tot 2016 geeft nog geen antwoord op de vraag waarom relatief veel meisjes denken transgender te zijn. Thuissituatie, opleiding of IQ laten geen verschil van betekenis zien. De onderzoekers suggereren dat het voor meisjes misschien gemakkelijker is om zich mannelijk te gedragen dan voor jongens om zich op een vrouwelijke manier te uiten.
In het onderzoek van Steensma en zijn collega’s komen ontwikkelingen buiten de genderkliniek niet in beeld. Interessant genoeg ziet de Amerikaanse arts-wetenschapper Lisa Littman hier juist van alles gebeuren. Het triggerde haar toen ze diverse tieners in haar omgeving in korte tijd als transgender uit de kast zag komen – meest pubermeisjes en allemaal uit dezelfde vriendengroep. Ze las ook berichten van ouders op onlineforums dat hun puber ‘plotseling’ zei transgender te zijn, terwijl hun kind nooit eerder iets van genderdysfore gevoelens had laten zien.
Waarom zou een psychische aandoening die bijna uitsluitend jongens trof plotseling pubermeisjes overkomen? En waarom zou genderdysforie zo veel vaker voorkomen in vriendenclusters? Vragen die de arts-wetenschapper aan het onderzoek zetten. Ze verzamelde 256 ouderrapporten en analyseerde de gegevens. Twee patronen vallen daarbij op. Ten eerste komt bij de meerderheid (65 procent) van de tienermeisjes de ontdekking van de transgenderidentiteit tijdens de puberteit „uit het niets” en gebeurt dit na een periode van „langdurige onderdompeling in sociale media.” Ten tweede komt transgenderidentificatie binnen sommige vriendinnengroepen gemiddeld meer dan zeventig keer vaker voor dan normaal. Littman vermoedt „sociale besmetting” en bedenkt voor deze hypothese de term ”rapid onset gender dysphoria” (snel optredende genderdysforie; ROGD).
Zelfdiagnoses
Littman denkt dat tieners „tot verkeerde conclusies kunnen komen als ze hun eigen symptomen diagnosticeren op basis van wat ze op internet lezen en van hun vrienden horen.” Het is volgens haar de plicht van een arts of therapeut een eigen diagnose te stellen.
Ook al presenteert Littman de uitkomsten als een „verkennend onderzoek”, toch wordt haar publicatie een van de meest besproken academische teksten van 2018. Het onderzoek zou niet deugen en bovendien transgenders in gevaar brengen. Met deze laatste beschuldiging wordt haar werkgever onder druk gezet, waardoor Littman zelfs haar baan kwijtraakt.
„Het is een vreemde wereld wanneer onwetenschappelijke, ideologische personen wetenschappers ervan beschuldigen onwetenschappelijke pseudowetenschappers te zijn,” vat de Canadese antropoloog en hoogleraar psychiatrie Samuel Veissière het tumult samen. Feit is dat het internationale wetenschappelijke tijdschrift PLOS One, waarin Littman publiceert, met wetenschappelijke toetsing van publicaties werkt en dat de resultaten van het onderzoek in de aangepaste versie ongewijzigd blijven.
Ook voor de Amerikaanse journaliste Abigail Shrier is het geen vraag of sociale besmetting tienermeisjes parten speelt. Ze wijdt haar boek ”Irreversible Damage” (Onherstelbare schade) aan de „transgenderrage die onze dochters verleidt.” „Uit de kast komen als transgender geeft deze meiden meteen een boost, sociale status”, stelt Shrier. De journaliste sprak niet alleen met meisjes, hun ouders, begeleiders en artsen die gendertransities mogelijk maken, maar ook met jonge vrouwen die spijt hebben van wat ze zichzelf hebben aangedaan. „Een generatie meisjes loopt gevaar.”