Onderwijs & opvoedingpedagogiek

Gidsen: vrome schoolpedagogiek in een seculiere wereld

„Een wetenschappelijk, maar ook vroom boek.” Zo karakteriseren Bram Kunz en Bram de Muynck de christelijke schoolpedagogiek ”Gidsen” die deze week van hun hand verscheen. „Het gaat niet om de leerkracht, maar het draait wel om hem.”

Jan van Reenen
15 December 2021 17:31
Prof. dr. Bram de Muynck (l.) en dr. Bram Kunz, auteurs van de nieuwe christelijke schoolpedagogiek ”Gidsen”. beeld Cees van der Wal
Prof. dr. Bram de Muynck (l.) en dr. Bram Kunz, auteurs van de nieuwe christelijke schoolpedagogiek ”Gidsen”. beeld Cees van der Wal

De verschijning van ”Gidsen” is de vrucht van de vestiging van de bijzondere leerstoel pedagogiek aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA) en vormt het antwoord op een vraag van Driestar educatief om te komen tot een christelijke pedagogiek, zeggen prof. dr. Bram de Muynck, hoogleraar christelijke pedagogiek aan de TUA en lector persoonsvorming bij Driestar educatief, en dr. Bram Kunz, theoloog en onderzoeker bij Driestar educatief.

”Gidsen” bouwt voort op ”Essenties van christelijk leraarschap”, een kleine onderwijspedagogiek die het duo eerder schreef. Beiden hopen dat hun nieuwste pennenvrucht een pedagogisch standaardwerk voor de gezindte zal worden.

De aanzetten zijn er. Masterstudenten van Driestar educatief, TUA en de Protestantse Theologische Universiteit kunnen het werk op hun lijst zetten en ”Gidsen” gaat ook gebruikt worden voor professionalisering van medewerkers van Driestar educatief. Verder komt er een Engelse vertaling, zodat buitenlandse christelijke opleidingsinstituten kunnen gebruikmaken van de pedagogiek.

Is er een vergelijkbaar boek in christelijke kring?

De Muynck: „Er zijn diverse waardevolle pedagogische werken uit de Nadere Reformatie, onder anderen van Jacobus Koelman. Die zijn goed bruikbaar, maar hebben een ander doel. De gereformeerde hoogleraren Bavinck en Waterink hebben ruim een eeuw geleden christelijke pedagogische boeken geschreven. Die zijn echter verouderd en niet op alle punten bruikbaar. Verder zijn er aanzetten voor een christelijke pedagogiek gegeven door ds. M. Golverdingen, in leven predikant van de Gereformeerde Gemeenten. Die aanzetten zijn echter niet uitgewerkt.”

Kunz: „”Gidsen” is een wetenschappelijk en vroom boek. Met dat laatste bedoelen we niet dat het een stichtelijk werk is, maar dat het is geschreven vanuit de overtuiging dat de vreze des Heeren het begin van alle kennis is.”

Welke christelijke pedagogen hebben jullie hoog in het vaandel staan?

De Muynck: „Dat is bijvoorbeeld dr. Hans van Crombrugge. In zijn onderzoek en publicaties heeft hij veel aandacht voor de rol van levensbeschouwing en religie op gezinsrelaties. Ik noem ook Philip Kohnstamm, een denker in de ethische traditie die evenals Bavinck voorbeeldig cultuurkritische pedagogiek bedreef.”

Kunz: „Ik denk aan de kerkvader Augustinus, die waardevolle dingen geschreven heeft over onderwijs, en aan Nicholas Wolterstorff, een Amerikaanse godsdienstfilosoof die me geleerd heeft om in deze seculiere tijd onbevangen over God te spreken.”

Welke Bijbelteksten vinden jullie van belang voor de opvoeding?

Kunz: „Centraal in ”Gidsen” staat Psalm 78. Daarin gaat het om het doorgeven van het werk van God aan het navolgende geslacht. Daarnaast zou ik Efeze 6:4b willen noemen: „Voedt hen op in de lering en vermaning des Heeren.” Het gaat in dat vers om het kennen van Christus, in Wie alle schatten van wijsheid verborgen zijn. Een belangrijke tekst vind ik ook 2 Timotheüs 3:17: „Opdat de mens Gods volmaakt zij, tot alle goed werk volmaakt toegerust.””

17783974.JPG

Waarom heet het boek ”Gidsen”?

Kunz: „Gidsen is een werkwoord en een zelfstandig naamwoord. Het laatste ziet op de leraren. Zij zijn er om de kinderen en de jongeren die aan hun zorgen zijn toevertrouwd de weg te wijzen, te gidsen. Ze moeten het niet van zichzelf verwachten en ook niet de opvattingen van het voorgeslacht kopiëren.

Leraren zijn gidsen die leerlingen helpen om tot christelijke betekenisgeving te komen. Natuurlijk moet de leerling zelf tot kennis van deze wereld komen, maar de leraar leidt hem in betekenissen in. Als gids draagt de leraar bij aan het vormingsproces. Het gaat weliswaar niet om de leraar, maar in de schoolsituatie draait het wel om hem.”

Wat zijn de fronten van deze christelijke pedagogiek?

De Muynck: „Er zijn twee hoofdfronten: het neoliberalisme en het constructivisme. Bij het neoliberalisme zijn efficiency en maakbaarheid belangrijk. Het leren lijkt te gaan om het halen van toetsen. De invloed daarvan zie je in het grote aantal leerlingen dat bijles volgt. Reformatorische christenen gaan gemakkelijk mee in deze cultuur. Wij stellen hier tegenover dat het in het onderwijs ten diepste gaat om het leren kennen van Gods wereld en om de kinderen hun verantwoordelijkheid te leren verstaan.

Bij het constructivisme gaat het erom dat de leerlingen alles al in zich hebben en dat ze alleen maar op de juiste wijze begeleid moeten worden. De leerlingen zijn zelfwerkzaam en de leerkracht is de vraagbaak. Dat is op zich wel goed, maar het is niet voldoende. De leerkracht moet ook vragen opwerpen die de leerlingen niet zelf stellen, nieuwe gegevens voor het voetlicht brengen en zo een gids zijn. De rol van de leerkracht is moeilijk te onderschatten.”

Hoe staan jullie ten opzichte van het individualisme?

De Muynck: „Het onderwijs tendeert naar individualisering. Dat wordt mede in de hand gewerkt door de digitalisering. Het onderwijsaanbod wordt afgestemd op de specifieke behoefte van iedere leerling. Die ontwikkeling is echter niet te behappen voor de docenten; het lukt niet om iedere leerling individueel te begeleiden.

Bovendien is zo’n individualistisch onderwijsconcept niet goed. We kunnen ons beter laten voeden door het beeld van de christelijke gemeente. Het gaat er niet om dat iedereen tot maximale ontplooiing komt maar dat men er is voor de gemeenschap en dat ieder kind zijn gaven aanwendt ten nutte van anderen. Dat staat de ontwikkeling van het kind niet in de weg; integendeel. Het omzien naar elkaar kan gestalte krijgen in het team en de klas, bijvoorbeeld door pesten actief tegen te gaan en te zorgen voor passend onderwijs.”

Hoe zit het in dat verband met ICT?

De Muynck: „Digitale leermiddelen kunnen nuttig zijn, bijvoorbeeld om te leren spellen, maar je moet niet alle leerlingen met ICT volledig zelfstandig laten werken. Dan help je de christelijke waarden om zeep. Er moet bijvoorbeeld voldoende aandacht zijn voor kringgesprek en vertellen. Klassikale doelen gaan vooraf aan individuele doelen.”

Waarom is het boek een pedagogiek voor de 21e eeuw?

Kunz: „We formuleren geen antwoorden op problemen van vroeger. We zijn trouw aan de christelijke traditie, maar leven nu en dat is in een seculiere wereld waarin God buiten de werkelijkheid geplaatst wordt. Daarom proberen we vanuit de Bijbel richtinggevende antwoorden te geven op de vragen van deze tijd.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer