Schoonrijden: In cadans op het ijs
Sierlijke en royale bogen maken op het ijs: dat is wat schoonrijders doen. „Als we oefenen gebruiken we de volledige breedte van de ijsbaan”, vertelt Pleunie Korteland. „De cadans van de beweging vind ik het mooist.”
Dertien jaar geleden begon Pleunie Korteland (55) uit Papendrecht met een nieuwe hobby: schoonrijden. In de wintermaanden oefent ze daarvoor elke week een uur op de ijsbaan in Dordrecht. De schoonrijders hebben de ijsvloer dan voor zichzelf. Dat moet ook wel, want doordat de slagen die ze maken zo royaal zijn gebruiken ze de volledige breedte van de ijsbaan.
Volgens de Landelijke Vereniging van Schoonrijders is schoonrijden de oudste Nederlandse vorm van schaatsen. Kunstrijden en hardrijden zijn ‘jonger’. Al rond 1850 werden er wedstrijden voor schoonrijders georganiseerd. Tegenwoordig wordt deze vorm van schaatsen nog maar door een betrekkelijk kleine groep mensen beoefend. De vereniging telt ongeveer 165 leden, die in het winterseizoen wekelijks oefenen op zes ijsbanen (in Alkmaar, Dordrecht, Heerenveen, Hoorn, Utrecht en Zoetermeer).
Korteland: „Ik had al langer zin om te leren schoonrijden. Het ziet er zo sierlijk uit. Ik vond het ook interessant vanwege de verbinding met het verleden. Op van die oude schilderijtjes met wintertaferelen zie je wel mensen die aan het schoonrijden zijn. Het geeft een bijzonder gevoel dat wij dat nu nog op dezelfde manier doen.”
Zekerder
„Toen ik met schoonrijden begon, kon ik best redelijk schaatsen. Dat is wel een voorwaarde als je zo’n nieuwe techniek wilt leren. Je staat dan toch al wat zekerder op het ijs.” Ze ging op les en was al snel verkocht. „Je moet de slag onder de knie zien te krijgen en je moet leren hoe je je balans bewaart. Het is een heerlijke en ontspannende sport. Als je aan het schaatsen bent, kun je je gedachten even helemaal loslaten, al glijdend over het ijs genieten van de slag. De cadans van de beweging vind ik het mooist. Eerst hel je over op het ene been, en daarna op het andere. En dat steeds maar weer. Als je het goed doet, heb je er niet veel kracht voor nodig. Het is echt een kwestie van techniek. Je lichaam en de schaats moeten op een optimale manier samenwerken.”
Als beginner was ze indertijd aan de jonge kant. „Op de vereniging zie je geen twintigers of dertigers. Veel mensen beginnen rond hun vijftigste met schoonrijden. Bijvoorbeeld omdat ze graag schaatsen, maar geen zin meer hebben in zo hard mogelijk gaan. Als er weer eens op natuurijs kan worden geschaatst, neemt de belangstelling voor schoonrijden vaak toe. Het is een sport die je, als je gezond bent, lang kunt volhouden. Het oudste lid van onze vereniging, dat overigens pas gestopt is met schoonrijden, is 95.”
Wat het risico op vallen betreft: dat gebeurt weleens, maar de kans daarop is volgens Kortelands niet heel groot. „Als je maar voldoende schaatservaring hebt en de techniek beheerst.”
Geen puntjes
Veel mensen halen schoonrijden en zwieren door elkaar, maar het gaat toch echt om twee verschillende schaatstechnieken, legt Korteland uit. „Ik kan het in principe allebei, maar schoonrijden is wel moeilijker.”
Als je er van bovenaf naar zou kijken maken schaatsers die aan het zwieren zijn een meer driehoekige beweging die wel wat op een Z lijkt. Wat schoonrijders doen heeft meer weg van het aan elkaar rijgen van S’en. „Voor zwieren kun je eventueel kunstschaatsen gebruiken, met puntjes aan het uiteinde van het ijzer. Voor schoonrijden heb je schoonrijschaatsen nodig. Die hebben geen puntjes en de onderkant van het ijzer is wat ronder van vorm.” Als je rechtop staat, heb je op schoonrijschaatsen maar heel weinig contact met het ijs. Dat verandert als je naar links of naar rechts overhelt, wat tijdens het schaatsen gebeurt.
In principe kun je in je eentje schoonrijden, maar het is gebruikelijk om het met anderen te doen. „Als je samen schaatst, ben je wat stabieler. En het is ook gezellig. Terwijl je aan het schaatsen bent, kun je gerust een praatje maken.”
Schoonrijders schaatsen vaak met z’n tweeën, maar een grotere groep is ook mogelijk. „We doen het zelfs weleens met twaalf mensen.” Er zijn verschillende variaties mogelijk: schoonrijders kunnen naast of achter elkaar rijden en ze houden elkaars hand of een stok vast.
In streekdracht
Schoonrijders ontmoeten elkaar niet alleen tijdens de oefenuurtjes op de ijsbaan, maar ook tijdens regionale wedstrijden. Eens in het jaar wordt er ook een Nederlands kampioenschap schoonrijden georganiseerd. Bovendien zijn er schoonrijders die, in historische streekdracht gestoken, op verschillende plaatsen in het land demonstraties geven in de openlucht. „Als er natuurijs ligt zorgt dat voor mooie, nostalgische plaatjes.”
Korteland heeft goede herinneringen aan ijsdagen afgelopen februari toen ze schoonreed tussen de molens bij Kinderdijk. „Schoonrijden staat op de lijst Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland. De molens van Kinderdijk staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Die combinatie vond ik wel heel speciaal.”
De slag te pakken
Schoonrijden is een echte seizoenssport. Er kan alleen geoefend worden in de wintermaanden, als de ijsbanen open zijn. In de zomerperiode blijven de schaatsen normaal gesproken ongebruikt. „Maar dit jaar waren de banen in Hoorn en Alkmaar vanwege de coronaomstandigheden ook in de zomer open. Toen heb ik in de zomerperiode ook nog een keer of drie, vier op de schaatsen gestaan. Best bijzonder: terwijl het buiten 25 graden was.”
Als ze een aantal maanden niet op de schaatsen heeft gestaan, vraagt Korteland zich weleens af of ze het nog kan. „Het is bijzonder om te merken dat je binnen de kortste keren de slag weer te pakken hebt. Na een paar bogen zit je er weer in. Schoonrijden is net zwemmen: je verleert het nooit.”