Verheugt u met beving
Waarom zegt de Bijbel zo’n 365 keer ”Wees niet bevreesd” terwijl we tegelijkertijd keer op keer worden opgeroepen om de Heere te vrezen? Moet iemand die gelooft nu wel of niet vrezen?
Over deze schijnbare tegenstrijdigheid heeft de Engelse theoloog Michael Reeves een heel verhelderend, goed leesbaar en nuttig boek geschreven. Hij kan dat, zo heeft hij eerder bewezen met zijn geweldige boeken over Christus en over de Drie-eenheid. En dat blijkt ook nu weer, nu hij de vreze des Heeren uitlegt.
Daar mogen we dankbaar voor zijn. Want hoewel je met de veelvoorkomende en fundamentele Bijbelse uitdrukking ”de vreze des Heeren” het hele geloofsleven kunt samenvatten, is het voor sommige christenen een lastige uitdrukking, omdat ze het plaatsen tegenover het liefhebben van God. Ook voor mensen voor wie het een bekende uitdrukking is, is het nog niet eenvoudig om het goed uit te leggen. Probeer ”vreze des Heeren” maar eens met andere, hedendaagse woorden te omschrijven. Hebben wij door dat de vreze des Heeren feitelijk niets anders is dan het liefhebben van de Heere om Wie Hij is? Dat wie in Hem gelooft zich in Hem gaat verheugen mét beving? Die tere vreze des Heeren die het hart van een kind van God verheugt, beschrijft Reeves in dit boek op een mooie manier.
Hij begint het boek met een verkenning vanuit de hedendaagse cultuur en laat zien dat wij in een angstcultuur leven omdat het geloof in God verdwenen is. Hij onderscheidt vervolgens op Bijbelse gronden twee soorten vrees: de zondige vrees en de goede vrees. De vrees die veroorzaakt wordt door de zonde drijft een zondaar van God vandaan, zoals Adam in het paradijs wegvluchtte en zoals de jonge Luther angst kende voor de toornende God. De goede vrees gaat juist naar de Heere toe, buigt voor Hem, aanbidt Hem, houdt van Hem en schuilt bij Hem. Dat is het werk van de Heilige Geest. In de vreze des Heeren vrees je God niet om Zijn straffen, maar je vreest Hem juist vanwege alle goedheid en genade en overvloed van zegen die Hij heeft en geeft. Dat lijkt tegenstrijdig, maar Reeves legt hier de Schriften prachtig open.
Scheppermacht
Alles van God roept bij Gods kinderen vrees op. Zijn wijsheid bijvoorbeeld (Jeremia 10:7), of Zijn heiligheid (Openbaring 15:4), Zijn grootheid (Deuteronomium 10:12-17), of Zijn vergeving (Psalm 130:4). Reeves gaat in de volgende hoofdstukken nader in op de vrees voor Gods Scheppermacht, die alleen dan goede vreze des Heeren is als je weet dat die Schepper uit enkel genade in Zijn Zoon Jezus Christus onze Vader is. Door die genade is er geen angst meer voor de almachtige God, maar een kinderlijk vrezen en liefhebben van Hem.
Aanstekelijk
Ik vind het een aanstekelijk boek. De Schriften gaan open en daarbij klinken stemmen uit het verleden, het meest van reformatoren en puriteinen als Calvijn, Flavel, Edwards en Spurgeon, waardoor je gaat zien waarom de Heere een welgevallen heeft aan hen die Hem vrezen (Psalm 147:11).
Dit boek is wat mij betreft een mooi voorbeeld van wat de Schrift „de gezonde leer” noemt (Titus 2:1). Het wekt verlangen naar deze God in Christus en het geeft diep ontzag voor Zijn majesteit, genade en heiligheid, zó heerlijk, zó groot, zó goed, zó genadig, zó mild, zó overweldigend, dat je daarvan vervuld beeft en trilt en Hem vol liefde aanbidt en wilt dienen.
Dat is nu de ”vreze des Heeren”, en Reeves heeft gelijk als hij stelt dat er eigenlijk geen ander woord voor te vinden is waarmee het ook zou kunnen worden weergegeven. We moeten het uitleggen, en dan is dit boek een uitstekende plek om te beginnen.
Rejoice and Tremble. The Surprising Good News of the Fear of the Lord, Michael Reeves; uitg. Crossway; 192 blz.; $ 19,99