Keijzer: Coronabeleid strijdt aan alle kanten met gedachtegoed CDA
Het coronabeleid van het demissionaire kabinet is totaal niet te rijmen met het gedachtegoed van het CDA. Voor ex-staatssecretaris Mona Keijzer was die constatering de doorslaggevende reden om de politiek te verlaten, zo zet ze in haar afscheidsbrief nogmaals uiteen.
Keijzer schrijft dat ze als CDA’er wil vasthouden aan het uitgangspunt dat de overheid alleen mag ingrijpen in het leven van mensen, en in de gemeenschappen waarin zij leven, als dat noodzakelijk is. De manier waarop moet effectief en proportioneel zijn. De coronabesluiten van de afgelopen zomer beperken volgens haar de evenementenbranche, de sport, de horeca, de kunst- en cultuur- en de reissector op een manier die niet meer is uit te leggen. „En dat”, zo staat in de brief, „terwijl ze al 1,5 jaar beperkingen achter de rug hebben met niet zelden desastreuze effecten voor de ondernemers en hun gezinnen.”
De druppel die voor Keijzer de emmer deed overlopen, was de bredere inzet van het coronatoegangsbewijs; iets waar een nipte meerderheid van 82 Kamerleden twee weken geleden toe besloot. Daaruit volgt dat deelnemen aan grotere bijeenkomsten voorlopig alleen is toegestaan als mensen een recente, negatieve testuitslag dan wel een vaccinatie- of herstelbewijs kunnen laten zien.
In het meest recente OMT-advies verwijzen de virusbestrijders naar berekeningen waaruit blijkt dat de kans dat iemand een besmettelijk virus bij zich draagt ondanks een negatieve antigeensneltest nog altijd circa tweemaal zo groot is als de kans dat een volledig gevaccineerd persoon het virus draagt. Om het aantal ziekenhuisopnames te beperken, kan het daarom volgens het OMT een overweging zijn om in hoogrisicosettings zoals bijvoorbeeld de nachthoreca alleen nog personen toe te laten die immuun zijn op basis van vaccinatie of doorgemaakte infectie, zoals nu al gebeurt in diverse Duitse steden. Als het aan D66 ligt, kiest het kabinet deze lijn nu ook al voor de Nederlandse nachthoreca.
Een Kamermeerderheid is daar nu nog tegen, zo bleek in het coronadebat van twee weken geleden, maar VVD, D66 en ook het CDA , inclusief demissionair zorgminister De Jonge willen deze stap voor de toekomst niet uitsluiten. Keijzer is mordicus tegen. Mensen bang maken voor elkaar door ze op allerlei plekken te vragen de pas te laten zien, „is de bijl aan de wortel van samenleven”, zo luidt haar ongezouten kritiek.
Binnen het CDA maakt het opstappen van Keijzer, die overigens wel CDA-lid blijft, de tongen los. Oud-Kamerlid Van Dam zei maandag in de talkshow Op1 dat ze mogelijk nog onderdeel van de Tweede Kamerfractie had kunnen blijven als ze zelf het besluit had genomen om af te treden.
Keijzer, die te boek stond als een wat volkse politicus, blijkt een snaar te hebben geraakt met haar ideologisch gedreven verzet tegen het coronabeleid. Zo twitterde de Haarlemse CDA-wethouder Rog, die net als Van Dam tijdens Rutte III in de fractie zat, maandag: „Zonde dat Mona Keijzer de landelijke politiek verlaat. En wát een sterke brief. Respect! Als mede-CDA’er helemaal eens: de coronapas leidt tot tweedeling in de samenleving, staat op gespannen voet met vrijheidsrechten en is niet proportioneel.”